Zoals wanneer ik een nieuwe aanwinst een plek wil geven in de te volle boekenkasten, met soms dubbele rijen en wanneer er net geen plek meer blijkt te zijn op de plank van de K, de M of de V.
Ooit nam ik me ferm voor: 1 erin, 1 eruit. Maar dat voornemen is zichtbaar ergens gestrand. Tja, zult u roepen, dat probleem heb je dus niet met e-books. Eigen schuld.
Ook kijk ik soms met een duistere blik naar de to read-stapel in mijn woonkamer. Jammer voor de noodlijdende boekhandelsector, maar die stapel indachtig lukt het me tegenwoordig steeds vaker om alleen te kijken en niet te kopen.
De afgelopen weken is die stapel geslonken. Dat komt mooi uit, want ik heb enkele boeken op mijn to buy-lijstje staan.
Voordat ik drie onlangs gelezen boeken in de boekenkast probeer te persen, krijgen ze een plaatsje in dit blog.
Havik van Marco Kamphuis vond ik een prachtig boek. De grootste wens van de jongen van 12 is een havik zien, zijn grootste angst is dat zijn ouders scheiden. Kamphuis heeft zich goed ingeleefd in een jongen van 12 en het onderzoekende van jongens van die leeftijd, althans voor zover ik dat kan beoordelen. Eerste verliefdheid, levendige portretten van familieleden, grote dromen (de Nobelprijs voor de biologie winnen. Tot hij op een dag ontdekt dat die niet bestaat). Marco Kamphuis schetst ook een goed tijdsbeeld van eind jaren '70.
De leeftijd tussen twee werelden beschrijft hij treffend in de passage waarin de jongen als vanouds een strijd naspeelt: (p.28) 'Ik was de wapenkamer binnengegaan, had me in mijn harnas gehesen en een duel op leven en dood uitgevochten met een onverzettelijke jonge eik - maar het viel tegen, het was alsof ik mezelf van een afstandje gadesloeg. Mijn wapens waren speelgoedwapens. Het was kinderachtig.'
Een boek voor volwassenen dat ontroering en herkenning oproept, en dat met humor lichtheid geeft aan het niet gemakkelijke bestaan van een puber.
Koloniekak. Leven in een gevangenisdorp van Mariët Meester sprak me om een totaal andere reden aan. Het gevangenisdorp Veenhuizen trekt me al heel lang door zijn monumenten, de spanning tussen vrijheid en opgesloten zijn en zijn geschiedenis. Ik schreef daar al over in mijn blog Beperking en vrijheid. Mariët Meester schreef eerder fictie over het dorp waar ze lang woonde. Vorig jaar verscheen Koloniekak, non-fictie, waarin ze de herinneringen optekende van uiteenlopende oud-inwoners. Daaruit wordt me des te meer duidelijk hoe wonen en werken, binnen en buiten de gevangenis, met elkaar verbonden zijn. Dit boek van Mariët Meester biedt een inkijkje in de gesloten wereld van dit ongewone Drentse dorp.
Van een heel andere orde is Love game, de derde thriller in de Herder & Herder-serie van Hetty Visser uit Wageningen. Het verscheen dit voorjaar en ik heb het met plezier gelezen, me voortdurend afvragend welke bruut het toch voorzien had op de jonge, kwetsbare meisjes.
Als Wageningse kon ik detective Tess de Herder exact volgen in haar speurtocht. Hetty Visser noemt straat en steeg en zelfs het center court van mijn tennisclub is bijvoorbeeld een van de locaties. Vorige week speelde ik bij wijze van spreken nog een partijtje op de lugubere plaats delict.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten