maandag 31 oktober 2011

Wat was


Maandag wasborddag. Wasbord huh? Wasbord was, lang geleden. Maar bestaat maandag wasdag wel nog? Ik herinner me van lang geleden een open dag op de watertoren in Wageningen. De rondleider vertelde dat op maandagmorgen het waterpeil in de toren zichtbaar zakte.
Watertoren was, althans in functie. Gelukkig blijft het prachtige gebouw wel behouden, maar wanneer wordt de nieuwe bestemming bekend?

Voor mij was deze maandag stranddag. Een werkafspraak in noordwest-Nederland, die voert mij onvermijdelijk naar de kust en dan het liefst naar 'mijn' Egmond. De zee was op haar lieflijkst, najaarszon en milde wind. Wandelend was het 'met zonder' jas zelfs nog te warm.

De zee blijft, maar hotel Bellevue was, zag ik enigszins geschokt. Zolang ik in Egmond kom, toch al gauw een jaar of twintig, stond het daar. Daarnaast al jarenlang een leegstaand restaurant en daar weer naast een eigenwijs vakantiehuis. Bellevue is ontmanteld, de twee panden ernaast zijn al weg. Er schijnt een groot nieuw hotelcomplex te komen waarvoor en passant ook het achterliggende hotel Golfzang wordt gesloopt.
Ze worden zeldzaam, de losse huizen aan de boulevard, de kleinschalige familiehotels.
Naast de windmolens in de verte verrees als een fata morgana een boorplatform. Ooit was de horizon leeg. Aan de molens ben ik min of meer gewend, hoewel ze toch altijd mijn aandacht trekken. Zo blijf ik op een nevelige dag turen of ik ze écht niet kan zien.

En dan is de vloedlijn vaak een uitstalling van wat was: schelpen, zwaardscheden, krabjes en vissen. Eigenlijk heel wonderlijk dat ik zelden een schoongemaakte graat aantref, vandaag wel.
Ik nam zelf maar geen vis op het menu. Dat is pas voor vrijdag.     

Wisseling van seizoenen

Gisterochtend was ik me danig bewust van de wisseling van seizoenen. We hadden net de klok weer teruggezet, goed gezet eigenlijk. Wintertijd.
Maar de herfstkleuren beginnen nu pas echt los te barsten, zag ik toen ik door het bos van de Dorschkamp fietste. Soms regende het blad en bij de klimmetjes sloften mijn fietsbanden door de bladerlaag.
Hoe mooi ook, het bos is toch niet mijn favoriete landschap. Er staan me al gauw te veel bomen. Ik ben meer van de vergezichten en en daarom zocht ik daarna weer eens Arboretum Belmonte op. Prachtig zicht op het rivierlandschap. In het grasland aan de voet van de Wageningse Berg lagen de rollen hooi alsof ze daar juist na een warme zomerdag waren verzameld.

Ook als bomen en planten hun blad laten vallen en ogenschijnlijk sterven, is er nog veel moois te zien, zoals die pluizige uitgebloeide struik. Toch vielen er in het arboretum ook nog allerlei eigenwijze of dappere planten te vinden die bloeiden alsof ze van geen wintertijd wisten.




Thuis heb ik ook zo'n paar laatbloeiers, de zonnebloemen. Na een trage start hebben ze de eerste nachtvorst getrotseerd en doen ze nu, tikkeltje overmoedig, alsof november nog ver weg is.

zaterdag 29 oktober 2011

Geluksdag (2)

Of de Geluksdag in Wageningen me uiteindelijk veel nieuwe schrijfcursisten oplevert, geen idee. Maar in elk geval was het voor mij een geslaagde dag.
Ik heb zulke mooie gesprekken gehad, met mensen die me even een inkijkje gaven in hun leven.

Een glimp van verdrietige tijden en de dappere manier om daarin staande te blijven en hoe schrijven soms kan helpen.
Meegenieten van de weldaden die het leven vaak ook schenkt, de mensen die je pad 'toevallig' kruisen en met wie je een eindje oploopt in verbondenheid.
Weer eens kreeg ik het besef: geluk vinden = het geluk zien.


 Geluksdag 2011 - Happiness4all

vrijdag 28 oktober 2011

Geluksdag (1)

Heb je het geluk gevonden en wil je anderen leren hoe zij dat ook kunnen vinden? Ben je op zoek naar het geluk en wil je weten hoe anderen dat gevonden heb? Wil je eindelijk wel eens een gelukkig mens zien? Zoek je niet en ben je al gelukkig met wat je toevallig vindt?
Weet je net als ik dondersgoed dat geluk niet als permanente staat van zijn voorkomt, maar dat het gaat om gelukkige dagen, uren, momenten misschien slechts?
Zoeken, vinden, zien, ervaren. Dat kan morgen allemaal op de Geluksbeurs in Wageningen (Hof van Wageningen, 11-17 uur). De organisatie Happiness4all laat een palet zien van methodes, intuïtieve aanpak, verrijkende zaken op het gebied van persoonlijke ontwikkeling en spiritualiteit.
Er zijn onder meer workshops, lezingen en consulten. Van een eerdere editie is me bijgebleven dat er een open sfeer was van aandacht en eerbied voor elkaar. Ik vind het een roerend gezicht te merken dat zoveel mensen op hun eigen manier proberen vorm te geven aan hun leven. Ieder mens knokt immers zijn eigen knokseltje, zoals psycholoog Nico Frijda ooit zei.
Zelf heb ik er een stand op de informatiemarkt, waar ik informatie geef over mijn schrijfcursussen. Zoek je het antwoord op een schrijfvraag, misschien vind je dat dan morgen bij mij.

Schrijven maakt vrij, blij en soms zelfs gelukkig.
Dat doet me denken aan het gedicht Waarom schrijf ik' van Toon Tellegen, dat zo begint:
Ik schrijf omdat ik wil schrijven
dat ik gelukkig ben.

Eerder weblog - Ieder mens knokt zijn eigen knokseltje

Toon Tellegen gedicht 'Waarom schrijf ik'

Website Geluksdag 2011 Happiness4all

Werkplekken

Als schrijver beschik ik thuis over verschillende werkplekken, afhankelijk van aard van het werk, mijn stemming en het weer. Bij voorkeur werk ik in de tuin, maar nu breekt onverbiddelijk het binnenseizoen aan.
Er zijn schrijvers die het best gedijen bij een 'room without view', hoogstens zicht op een blinde muur, sommige collega's zweren bij een raamloze cel.
Ik heb juist enige afleiding nodig, al is het maar van de kastanje voor mijn raam die zienderogen verkleurt of de wolkenhemel die voortdurend verandert. Ik heb - heel luxe - maar liefst twee werkkamers. Een schrijfkamer met een bureautje maar waarin vooral de chaise longue me uitnodigt de tijd te nemen en me open stellen voor zinnige en onzinnige gedachten en ideeën. En een werkkamer met computer, archiefkasten, hangmappen, stapelbakken en veel boeken.
Conferentiecentrum Val Monte
in Berg en Dal
In deze periode van het jaar kom ik doorgaans nauwelijks aan schrijven toe. Ik geef cursussen creatief schrijven, lezingen en er zijn meer activiteiten buitenshuis.
Ook een andere neventak vraagt nu veel tijd, de bedrijfstrainingen die ik als freelancer geef voor Schouten & Nelissen. Dat zijn uiteenlopende trainingen schriftelijke communicatie, waarbij deelnemers onder meer leren beter schriftelijk te rapporteren en helder te formuleren. Ook geef ik opfriscursussen spelling. Meestal komen deelnemers van verschillende bedrijven daarvoor naar een conferentiecentrum.
In ruim tien jaar heb ik al heel wat trainingslocaties bezocht, vaak schitterend gelegen.
Mijn favoriete werkplek was ooit in Noordwijk, waar ik vanaf mijn tafel 'voor de klas' zelfs zicht op zee had. Maar gisteren heeft zich een nieuwe favoriet aangediend. Ik gaf een training in Berg en Dal waar de trainingsruimte grensde aan een prachtige tuin, maar waar we ook een adembenemend uitzicht hadden op de Ooijpolder en daarachter het heuvelige Reichswald.

Roland Holst Huis Bergen
eerste verblijf april 2009
 Hoezeer ik ook geniet en voldoening krijg van al die schrijfcursussen, ik kijk uit naar iets meer rust in de tent waardoor ik eindelijk weer kan neerstrijken in mijn schrijfkamer.

Vorig jaar om deze tijd stond ik aan de vooravond van een hele schrijfmaand in het Roland Holst Huis in Bergen. Een plek die veel betekend heeft voor mijn schrijven.
Nu is er een vrijwel unieke kans voor wie nieuwsgierig is naar dat bijzondere schrijvershuis: op 30 oktober is er namelijk open huis. Bovendien zijn er optredens van schrijvers.

Open dag 30 okt. Roland Holst Huis Bergen

Weblog november 2010 - Verblijf in Roland Holst Huis

zondag 23 oktober 2011

Hoogtetraining

Voor mijn zondagse ommetje in het Binnenveld besloot ik de fiets te laten staan en te gaan lopen. Het is immers zo 2012 en dan staat Nepal weer op het programma. Vorig jaar heb ik de wandeltocht tot een goed einde gebracht, ook dankzij een goede fysieke voorbereiding. In het dagelijks leven loop ik namelijk al blaren op na een uurtje, in twee weken Nepal niet één blaar.
Het Binnenveld is vlak, maar ik besloot ferm maar meteen met een hoogtetraining te vervolgen: de Grebbeberg. Ik attaqueerde hem vanaf het pad onderlangs via een indrukwekkend aantal trappen.
Een opstapje overigens in vergelijking met de '3280 steps' bij Ulleri. Dat pad daalden we af, maar toch. In vergelijking daarmee stelt traplopen sindsdien niets meer voor.
Het is jaren geleden dat ik op de Grebbeberg rondwandelde. Was dat stalen uitzichtbalkon er altijd al? Het bood een prachtig uitzicht over de Blauwe Kamer en het rivierlandschap.

En de Koningstafel was gedeeltelijk opgelapt, de kantelen keurig gemetseld, maar als ruïne vond ik hem toch stemmiger. Er zijn mensen die aan de locatie bijzondere spirituele krachten toeschrijven. Misschien moet je dan in het schemerdonker komen in plaats van op een zondagmiddag.
Op de binnenmuren staan naast liefdesbetuigingen en 'Ik was ook hier'-manifestaties twee teksten die dichtregels zouden kunnen zijn. Maar het is geen troost te moeten weten en aan de overzijde, als ik het goed heb ontcijferd: Dat dit alles zo niet moet.

De regels blijven ook bij herlezing cryptisch voor me.


Sloffend door het afgevallen blad kwam ik bij de militaire begraafplaats uit en ik was van plan om aan de afdaling van de Greb te beginnen. Toen voelde ik de twee schroeiplekjes onder mijn voeten, blaren in statu nascendi.
Gelukkig kwam net de bus naar Wageningen aanrijden en ik bezweek voor de verleiding. Snel thuis, die grote stoere stappen bewaar ik wel voor een volgende keer.
Het is duidelijk nog een lange weg naar Nepal.


De Koningstafel  

zaterdag 22 oktober 2011

Genieten op de vierkante meter

Wageningen - Bovenste Polder - 2011
Toen ik zondag bij de nevengeul in Wageningen stond te genieten van de rust en de natuur, overviel me de gedachte: kan ik hier ook over tien of twintig jaar staan te genieten?
Zoals ik die ochtend de fiets had gepakt en na een tochtje door het bos nog volop energie had om in de uiterwaarden te wandelen. Alsof het zo vanzelfsprekend is dat ik kan gaan en staan waar ik wil, dat mijn lichaam en geest het allemaal mogelijk maken. En dat terwijl mijn leeftijdgenoten of nog jongeren lijden aan chronische kwalen, of er al niet meer zijn.

Nepal - Annapurna - 2010
 De afgelopen jaren heb ik mooie en verre reizen gemaakt en Nepal 2012 is alweer geboekt.
Ik stond er zondag bij het water even bij stil dat niets vanzelfsprekend is en dat het leven er van het ene op het andere moment totaal anders kan uitzien.
Dat de ouderdom minder mobiel en minder gezond maakt, ligt in de natuurlijke loop der dingen. Over tien jaar-twintig jaar koers ik onafwendbaar af op de zeventig-tachtig en, aartsoptimist of niet, mijn conditie en gezondheid zullen er gaandeweg niet beter op worden.
Maar dat wil niet zeggen, bedacht ik daar aan het water, dat ik niet meer kan genieten. Er schoten me onmiddellijk enkele oplossingen te binnen: ik laat me op een mooie herfstdag per taxi bij Nol in 't Bosch droppen, maak voor de vorm een nano-boswandeling en strijk dan in de najaarszon neer op het terras. En als ik niet meer per rollator tot de nevengeul kan komen, nodigt een bankje op de dijk ook uit tot genieten. Genieten op de vierkante meter.
Het gaat dan niet meer om ver en lang en uitdagend, maar rustig en in het moment. Genieten van het kleine, - en al wordt het kleine ooit noodgedwongen steeds kleiner en dichter bij huis -, ik wens mezelf toe dat ik die kunst blijf verstaan.

Weblog zondag 16 okt. :Warmte hamsteren

vrijdag 21 oktober 2011

Peppels

Bij mijn fietstocht gisteren in het Wageningse Binnenveld reed ik door de Veensteeg, een smalle weg met populieren. De peppels, een prachtig synoniem, zijn enorm én oud.
Mijn oog viel op een exemplaar dat zich nog maar met moeite staande lijkt te houden. Aan een zijde gaapt de hellende slootkant, aan de onderkant is de boom aangevreten, leeggevreten en weggevreten.
Het is wonderlijk dat de vermolming de boom nog niet bij een stevige wind fataal is geworden. Maar wellicht houden zijn soortgenoten hem uit de wind.
Als hij omvalt, stort hij waarschijnlijk het weiland in, maar toch.

Ik hou erg van deze peppelweggetjes in het Binnenveld, vooral als de wind door de bladeren ruist. Maar met een loeiende herfststorm zal ik toch meer op mijn hoede zijn. Ik vraag me alleen af wat ik zou kunnen beginnen tegen zo'n omvallende reus. Heeeel hard fietsen.

donderdag 20 oktober 2011

Bruggetje

Ik ging naar het Binnenveld om de nieuwe brug te zien.
Begin deze week is de brug over de Grift geplaatst en hij verbindt Wageningen en Achterberg (gemeente Rhenen). Tussen de buien door ging ik vanmiddag op zoek, want ik had geen idee waar de Veenkampen lag. Het moest ergens bij het meteoveld zijn van Wageningen Universiteit. Het nieuwe wel te verstaan, zo bleek.

De nieuwe brug dient als verbindende schakel in het fietsnetwerk van het Binnenveld, het open groen tussen Wageningen, Veenendaal, Rhenen en Ede. Dat mocht wat kosten, een tonnetje of twee, las ik.

Op 18 november wordt hij officieel in gebruik genomen, maar hij zou nu al te passeren zijn. Passeren in de zin van aan de overzijde over het fietspad erlangs fietsen, maar ik kon er dus niet overheen. Zo te zien was er pas nog een vers aansluitinkje gestort.
De brug oogt flitsend, maar ik moet zijn nut nog ontdekken. Op dit moment althans ziet hij er uit als de verbinding van ergens naar nergens, of omgekeerd. Zoveel tijdwinst lijkt me deze verbinding niet op te leveren, want zo'n grote omweg was het nou eerst ook weer niet. Wat maalt de recreatieve fietser trouwens om tijdwinst of omweg?
Laat ik mijn oordeel maar even opschorten tot ik via de brug in Achterberg geraak en kan ervaren of mijn fietsmogelijkheden in het Binnenveld voortaan schier oneindig zijn.

Filmpje van Mugmedia: Fietsbrug voor anker

de Gelderlander: Bruggetje over de Grift tussen Wageningen en Achterberg ligt op zijn plaats

woensdag 19 oktober 2011

Heivisj

Heivisj, Limburgs dialectwoord voor: naar huis (in het Weerts, mijn moedertaal: heivers). Het is een van de woorden die blijven hangen na het lezen deze dagen van twee prachtige boeken van Benny Lindelauf.
Met Negen open armen kreeg Benny Lindelauf al veel lof toegezwaaid (o.m. Gouden Zoen 2005), maar zijn boek van vorig jaar De hemel van Heivisj had mogelijk nog meer succes. Hij kreeg er dit jaar de Woutertje Pieterse Prijs voor en de Dioraphte Jongerenliteratuur Prijs. En terecht!
Zijn Limburgse wortels verloochent hij niet in deze boeken en met zijn echtheid spreekt hij overtuigend ook de rest van het land aan. Lindelauf is een geboren verhalenverteller en dat talent wijst hij toe aan zijn verteloma.
Hij schrijft zowel poëtisch als rauw realistisch af en toe, en vooral ook neemt hij mij als lezer mee in een onbekende wereld die toch voorstelbaar is en soms zelfs vertrouwd aandoet.
Meisje Fing vertelt het verhaal: over haar zusjes Muulke en Jes, de Pap en oma Mei, en haar vier broers, voor en tijdens de oorlog. De rollen binnen de familie, je plaats zoeken in de wereld, goedwillend zijn en toch ook maar een mens zijn en dus geconfronteerd worden met de lelijke kanten in jezelf, het is zo universeel menselijk.

Benny Lindelauf is op 13 november te gast in Renkum tijdens Lekker Literair, waar Marja Käss hem interviewt tijdens een maaltijd voor literatuurliefhebbers.
Lekker Literair op 13 nov. met Benny Lindelauf

Uitgeverij Querido: biografie en boeken Benny Lindelauf

zondag 16 oktober 2011

Warmte hamsteren

Warmte hamster ik
om uit te puren
nu de barre tijden komen gaan.

Dat zijn de slotregels van mijn gedicht Warmte warm me. Toen ik eind van de middag met spijt mijn tuinstoel verliet, had ik het gevoel dat ik alles uit deze zonnedag had gehaald, maar ook dat het voorlopig voor het laatst was. Het is per slot van rekening half oktober en zonder-jassen-weer is dan niet vanzelfsprekend. Zoveel mogelijk zonnewarmte opslaan in het accuutje om de winter mee door te komen.

Vanmorgen zat ik vroeg op de fiets, deze keer naar de bossen die ik in herfsttooi verwachtte. Maar de bomen waren nog volop groen, hoewel ik toch heus door delen met loofbomen ben gekomen. Ook de vegetatie in de uiterwaarden van de Bovenste Polder waar ik wandelde, zag er nog levend uit, al oogde het groen wat vermoeid.

Natuurlijk was er verdorring, verrotting en verdroging, maar zo'n kaardebol oogt toch krachtig en de rode bessen stippelden de dag met kleur.

Als toefje op de nazomertaart was er de grote witte vogel die vorstelijk door de nevengeul waadde. De mogelijkheden afstrepend (geen ooievaar, geen lepelaar, geen zwaan) dacht ik voorzichtig dat het een grote zilverreiger kan zijn geweest.

Thuis wachtten de tuinstoel en een goed boek en gaandeweg de middag steeds meer zon in mijn achtertuin.
Aan het begin van de middag was er achterin precies al dat ene uitgelichte plekje voor mijn tuinstoel.
Wat voelde ik me een zondagskind toen ik daar neerstreek.


Gedicht: Warmte warm me

woensdag 12 oktober 2011

Strips

Maar liefst 160 Vlaamse en Nederlandse schrijvers spraken zich onlangs uit over hun relatie tot strips. Het gaat bijvoorbeeld om de vraag of ze voor hun werk schatplichtig zijn aan strips.
Ze deden dat in een mini-interview van Wouter Porteman van de Vlaamse website De Stripspeciaalzaak.
Elke werkdag verschijnen er vijf nieuwe vraaggesprekjes op de site. Vanaf vandaag staat ook mijn reactie erbij.
Ik kan mezelf met de beste wil van de wereld geen strip-fanaat noemen, al had ik lang geleden wel enkele favorieten. Ik moest dan ook diep graven om de vragen te beantwoorden.
Misschien komt het ook doordat ik niet zo visueel ben ingesteld als de meeste mensen. Klanken, geluiden en wat mensen zeggen, dat blijft vaak veel beter bij mij hangen dan een plaatje.
In mijn jeugd - en later ook nog wel - vonden sommige pedagogen dat strips slecht waren voor taalontwikkeling en literair gevoel, maar dat vind ik onzin. Op die vraag daarover op 'Schrijvers over strips' kon ik in elk geval wel een overtuigd antwoord geven.

Schrijvers over strips - AnnievanGansewinkel 

http://www.stripspeciaalzaak.be/ 

zondag 9 oktober 2011

Opstaan voor ouderen

Toen ik eergisteren 's ochtends vroeg in Wageningen een volle bus instapte, voelde ik me fris en energiek. Welgemoed ging ik op weg naar een staanplaats halverwege de bus. Toen ik daar echter was aangekomen, voelde ik me op slag oud en verward. Wat was er nou helemaal gebeurd?
Niet één, maar twee meisjes boden me achtereenvolgens bij het passeren hun zitplaats aan.
Hoezo, jeugd van tegenwoordig?
Dat het zo erg niet is gesteld met de verhuftering, wist ik. Maar dat de meisjes me voor zó oud aanzagen dat ze voor me wilden opstaan, dat shockeerde me vooral. Blijkbaar zag ik er minstens zo oud uit als ik ben.
Tijdens de busrit naar het station Ede-Wageningen schoot me vanalles door het hoofd. Hoeveel mensen  heb ik zelf vroeger onbedoeld beledigd wanneer ik weer eens als beleefd meisje mijn plaats wilde afstaan? Natuurlijk is voor iemand van 20 een 57-jarige oud.
Ik dacht aan bordjes als: 'Wilt u zitten, ik kan staan', die ooit in bussen hingen. Ik dacht aan de gereserveerde zitplaatsen in de Franse metro voor de 'mutilés de guerre'. Zouden ze er nog zijn? De bordjes, bedoel ik.

'Zeg maar jij',  spoor ik nog altijd mensen aan, maar ik leg me er tegenwoordig bij neer als het ze soms met geen mogelijkheid lijkt te lukken.
En ik fleur op wanneer een jonger iemand me met 'jij' aanspreekt. Zoals een omgekeerde McDonald's-reclame van weleer waarin het jongetje juicht: 'Ze zei u tegen mij.'

Later bedacht ik pas dat ik in mijn verwarring de meisjes in de bus niet eens heb bedankt. Met een 'nee, nee, nee' wimpelde ik hun aanbod resoluut af.
Niet erg beleefd van me.

Tv-programma Praatjesmakers: Moet je opstaan voor ouderen?  

donderdag 6 oktober 2011

Boekenfeest

Vandaag heb ik weer eens ervaren dat de Kinderboekenweek voor veel kinderen ook echt een boekenfeest is, alle sombere berichten over ontlezing ten spijt.
Ik was te gast op de Johannesschool in Arnhem, waar gisteren de boekenweek al feestelijk ingeluid werd. De bibliotheek had gezorgd voor veel boeken van de aanwezige schrijvers. Ook Leny van Grootel en Nicolle van den Hurk waren uitgenodigd. De kinderen waren goed voorbereid op het schrijversbezoek.
Bij de ingang voelde ik me al welkom door de prachtige tafel waar boeken van ons op stonden en bordjes ernaast met onze namen.

Ik bezocht achtereenvolgens de groepen 6, 7 en 8. De leerlingen stelden veel vragen en luisterden aandachtig. Maar liefst een uur lang, alle sombere berichten over gebrek aan concentratie ten spijt.
Hoewel ik het ook heerlijk vind om door het jaar heen scholen en bibliotheken te bezoeken, is de Kinderboekenweek toch altijd extra feestelijk.





Mijn lezers ontmoeten, ogen vol aandacht, nieuwsgierige vragen, kinderen zo in een verhaal te zien opgaan dat ze de bel niet eens horen. Daar doe ik het voor.


Kinderboekenweek op de Johannesschool Arnhem - Schrijvers in de klas

Stichting Schrijvers School Samenleving

dinsdag 4 oktober 2011

Superhelden


De Kinderboekenweek is begonnen en die startte vandaag voor mij met een bezoek aan O.B.S. 't Lange in Gastel. Op een aangenaam kleine school heb ik alle klassen bezocht, zelfs groep 1 en 2.
Ik had dan ook voor het eerst iets te vertellen aan zulke jonge leerlingen, namelijk over de logeerbeer waarvan het prentenboek in de maak is. De 9 kleuters vormden dus het premièrepubliek voor mijn logeerbeer Knoef, die heimwee heeft. Het was heerlijk om mijn verhaal te vertellen aan de kindjes die vol aandacht zijn avontuur volgden.
In de groepen 3 t/m 8 kon ik ook aandacht besteden aan het thema van deze kinderboekenweek, Superhelden. Ik kwam erachter dat ik nogal wat helden in mijn kinderboeken heb gestopt. Niet zozeer de klassieke held met de spectaculaire acties en de grote gebaren. Nee, vooral de held die in weerwil van zichzelf iets overwint en meer durft dan hij dacht.
Zoals Hanneke in 'Kopje-onder' met haar angst voor zwemmen en voor Ivo. Als ze ervoor staat, redt ze een lammetje dat te water is geraakt, trotseert ze de woeste vader van Evertje en duwt ze Ivo kopje-onder.
Zoals de verlegen Noud in 'Stoerewatjeskamp' die het heft in handen neemt als een stoere met hoogtevrees een levensgevaarlijke situatie veroorzaakt, terwijl de andere stoeren alleen verlamd kunnen toekijken.
Zoals de onhandige, dromerige Claire in 'Circus in gevaar' die ondanks haar beperkingen in een circusvoorstelling optreedt en met gericht speurwerk ook nog een vandaal op school opspoort.
Zoals de vogeltjes die onverschrokken als tandenstokers de bekken van de krokodillen schooneten in het verhaal van de Afrikaanse Moussa, ook in 'Stoerewatjeskamp'. En zo zijn er volop helden te vinden in mijn boeken.
Maar de IRL-held is voor mij nu toch wel het 6-jarig jongetje uit het krantenbericht dat ik in september las over een scheepsramp in Tanzania. De overvolle reddingsboot waar hij op zat, zonk ook. Gelukkig had hij zelf een reddingsvest, maar ook zijn 1,5 jarig broertje was aan boord.
Die heeft hij het leven gered door hem vier uur lang boven water omhoog te houden. Superheld!

O.B.S 't Lange in Gastel, klik op Activiteiten, Kinderboekenweek 2011

zaterdag 1 oktober 2011

Kerk dicht

O.L.V. van Fatima
Elk jaar sluiten er kerken en volgens de prognoses zet dat voorlopig door. De berichten in de media treffen me niet bijzonder, maar het was anders op zaterdag 24 september. Toen ging namelijk mijn eigen oude kerk dicht, O.L.V. van Fatima in Weert.
Nou ja, oud, de kerk is met haar 56 jaar een jaar jonger dan ik. Gedoopt ben ik daar dus niet, maar er liggen heel wat voetstappen van mij. De afgelopen maanden was ik er weer regelmatig, voor de uitvaarten van mijn ouders en daarna voor de missen die tot hun intentie werden opgedragen. Het was voor mij vanzelfsprekend dat ik ook bij de laatste mis zou zijn.
Ik ben opgegroeid in de nadagen van het Rijke Roomse Leven. De scherpe kantjes waren er al af en ik heb er niet onder geleden.
Eerste communie, vormsel en plechtige communie heb ik daar beleefd. Ik ging er biechten. Wat zou er trouwens met die biechtstoelen gebeurd zijn? De goede tijden met drie missen op zondag en elke ochtend door de week. De processies door de straten van de parochie Fatima.
Er waren jaren dat ik drie keer per week 's morgens naar de kerk ging. 's Winters als het nog donker was, werd de mis in de crypte opgedragen. Dat scheelde in stookkosten. In de vastentijd kregen we op de lagere school een kleurplaat met veertig vakjes. Telkens als je naar de mis ging, mocht je een vakje kleuren. Die vakjes kwamen ooit nagenoeg vol.
Als tiener heb ik zelfs nog een aantal jaren gezongen in het kerkkoor.

De kerk heeft sindsdien als bindende factor afgedaan. De laatste jaren hebben de misbruikschandalen de leegloop wellicht verergerd.
Ik vind het jammer voor al die goedwillende, integere geestelijken dat hun branche in een kwade reuk is komen te staan.
Het raakte me de afgelopen maanden als ik in de zaterdagavondmis zat, afgezien van de woensdagavond nog maar de enige mis per week. Priesters droegen met toewijding de mis op, terwijl ze al ver voorbij de pensioengerechtigde leeftijd waren. Het uitgedunde koor deed al het mogelijke om de kerkdienst op te luisteren. Meestal waren er niet meer dan enkele tientallen, voornamelijk oudere, kerkgangers. Op die basis kun je geen kerk openhouden.
Maar tijdens de allerlaatste mis was de kerk weer ouderwets gevuld, ook met leeftijdgenoten, die voor de laatste maal in de kerk van hun jeugd wilden zijn. Een mis met drie heren, misdienaren, het kerkvolk dat fanatiek meebad, de hele voorraad wierook scheen er doorheen te worden gejaagd. Even leek het weer de geloofsgemeenschap van weleer, maar dat maakte het des te triester.

Als de kerk altijd zo vol zat, had hij open kunnen blijven. Maar ondanks goede wil en inzet van de meeste priesters spreken de officiële katholieke kerk en gelovigen (want niet naar de kerk gaan betekent niet dat je niet gelooft) een verschillende taal en begrijpen ze elkaar niet meer. Tijdens de cruciale momenten in een leven, zoals bij overlijden, zie ik echter dat de geloofstraditie voor veel mensen nog altijd een grote rol speelt.
De Fatimakerk wordt goddank niet gesloopt - als tenminste snel een andere bestemming wordt gevonden voordat het verval onontkoombaar inzet. Dat zou eeuwig zonde zijn.
Volgens kenners heeft het gebouw een geweldige akoestiek, bovendien is er een bijzonder mozaïek op het priesterkoor. Maar het zijn ook barre tijden voor de cultuur, dus er is misschien een wonder nodig.

Kerkgebouwen in Limburg - Fatimakerk Weert