Over enkele weken komt mijn nieuwe jeugdboek uit: Vreemdgaan. Een boek dat ik op de eerste plaats heb geschreven voor 12+'ers die moeite hebben met lezen. Het wordt, na Zat, mijn tweede boek in de serie Thuisfront van uitgeverij Eenvoudig Communiceren.
De groep 'moeilijke lezers' ligt me na aan het hart en in het verleden schreef ik ook voor de Zoeklicht-plus serie van uitgeverij Zwijsen. Ik bezoek graag vmbo-klassen en praktijkscholen en ik merk hoe goed deze boeken werken voor de doelgroep.
Zo was het voor mij een groot compliment toen bleek dat een zwaar dyslectisch meisje haar uiterste best had gedaan om mijn boek Zat helemaal uit te lezen. Ze wilde dat per se, ook omdat het onderwerp haar persoonlijk raakte, een alcoholverslaafd familielid. Aan de hand van dat boek komen we vaak tot bijzondere gesprekken.
In Vreemdgaan gaat het over Britt. Haar ouders zijn gescheiden en sinds enkele jaren woont Inge, de nieuwe vriendin van haar vader bij hen in.
Britt is verliefd op Bas, maar hij heeft al een vriendin, Dorris, het meisje dat alles al heeft. Volgens Anouk moet Britt van Bas afblijven, maar ze is zo gek op hem.
Wat haar nog meer verwart, is het gedrag van haar vader. Hij doet ongezellig, moet overwerken en krijgt vaak whatsappjes.
Op een dag wil ze zijn weekendtas lenen en haalt hem van zolder.
Uitgeverij Eenvoudig Communiceren
Eenvoudig Communiceren: Vreemdgaan
donderdag 27 februari 2014
woensdag 26 februari 2014
Voorleesfeest
Een afgeladen bibliotheek in Wageningen, supporters die er een heksenketel van maakten om hun favorieten aan te moedigen, én muisstil waren bij het voorlezen.
Het was weer een feest vanmorgen bij de Wageningse finale van de Nationale Voorleeswedstrijd. Vijf schoolkampioenen traden aan en ze maakten het de jury knap lastig: wethouder Lex Hoefsloot van o.m. Cultuur, cultuurmakelaar Olga Kersten, en ikzelf.
Elke deelnemer leest 5 minuten voor en in die tijd moet je als jurylid op alles tegelijk letten. En dan zijn ze ook nog eens allemaal goed! Ze zijn immers niet voor niets kampioen van hun school geworden.
Hebben ze een geschikt boekfragment gekozen, zijn ze verstaanbaar, lezen ze met tempowisselingen en met de juiste emotie, weten ze hun publiek te boeien, zetten ze geen stemmetjes op?
De jongens waren deze Wageningse finale in de meerderheid en dat is bijzonder. In de afgelopen jaren dat ik in verschillende voorleesjury's zat, waren het meestal meisjes. Fijn dat jongens inzien dat voorlezen geen 'meidending' is. Voorlezen en voorgelezen worden is belangrijk voor iedereen, leuk en van alle leeftijden.
En dit waren, in volgorde van opkomst, de schoolkampioenen die ons als jury luisterplezier bezorgden en het ons lastig maakten bij de keuze:
* Thijmen Vernéde - OBS De Nijenoord
* Selke Riedel - OBS De Tarthorst
* Paula van der Laan - Margrietschool
* Aron Taen - St. Jozefschool
* David Babae - Johan Frisoschool, locatie Zuid
Op de foto hierboven zie je de deelnemers op de eerste rij. V.l.n.r. David, - stoel van Aron die op dat moment voorleest -, Paula, Selke, Thijmen.
Tijdens ons juryberaad brak presentator en goochelaar Jan even de spanning met verbazingwekkende acts. Tot hij de spanning weer torenhoog opvoerde toen juryvoorzitter Lex Hoefsloot de winnaar bekend maakte.
En de winnaar is: Aron Taen
Aron las het begin voor van 'Mees Kees in de gloria' van Mirjam Oldenhave.
Hij bracht de heel verschillende personages uit het boek werkelijk tot leven. Bovendien zag je aan zijn hele houding hoeveel plezier Aron erin had om ons allemaal voor te lezen.
Aron gaat door naar de volgende ronde, de regionale finale op 22 maart in Velp. Veel succes, Aron!
Eerder blog: Voorleeswedstrijd
Het was weer een feest vanmorgen bij de Wageningse finale van de Nationale Voorleeswedstrijd. Vijf schoolkampioenen traden aan en ze maakten het de jury knap lastig: wethouder Lex Hoefsloot van o.m. Cultuur, cultuurmakelaar Olga Kersten, en ikzelf.
Elke deelnemer leest 5 minuten voor en in die tijd moet je als jurylid op alles tegelijk letten. En dan zijn ze ook nog eens allemaal goed! Ze zijn immers niet voor niets kampioen van hun school geworden.
Hebben ze een geschikt boekfragment gekozen, zijn ze verstaanbaar, lezen ze met tempowisselingen en met de juiste emotie, weten ze hun publiek te boeien, zetten ze geen stemmetjes op?
De jongens waren deze Wageningse finale in de meerderheid en dat is bijzonder. In de afgelopen jaren dat ik in verschillende voorleesjury's zat, waren het meestal meisjes. Fijn dat jongens inzien dat voorlezen geen 'meidending' is. Voorlezen en voorgelezen worden is belangrijk voor iedereen, leuk en van alle leeftijden.
En dit waren, in volgorde van opkomst, de schoolkampioenen die ons als jury luisterplezier bezorgden en het ons lastig maakten bij de keuze:
* Thijmen Vernéde - OBS De Nijenoord
* Selke Riedel - OBS De Tarthorst
* Paula van der Laan - Margrietschool
* Aron Taen - St. Jozefschool
* David Babae - Johan Frisoschool, locatie Zuid
Op de foto hierboven zie je de deelnemers op de eerste rij. V.l.n.r. David, - stoel van Aron die op dat moment voorleest -, Paula, Selke, Thijmen.
Tijdens ons juryberaad brak presentator en goochelaar Jan even de spanning met verbazingwekkende acts. Tot hij de spanning weer torenhoog opvoerde toen juryvoorzitter Lex Hoefsloot de winnaar bekend maakte.
En de winnaar is: Aron Taen
Aron las het begin voor van 'Mees Kees in de gloria' van Mirjam Oldenhave.
Hij bracht de heel verschillende personages uit het boek werkelijk tot leven. Bovendien zag je aan zijn hele houding hoeveel plezier Aron erin had om ons allemaal voor te lezen.
Aron gaat door naar de volgende ronde, de regionale finale op 22 maart in Velp. Veel succes, Aron!
Eerder blog: Voorleeswedstrijd
dinsdag 25 februari 2014
Luis in de pels
Toen ik 21 jaar geleden in Wageningen kwam wonen, kon ik als journalist meteen tijdelijk aan de slag. Op de Wageningse redactie van het Gelders Dagblad kreeg ik de best denkbare inburgering in mijn nieuwe woonplaats. We zaten met vijf mensen in een kleine kantoorruimte aan de Markt. Onze redactie zat boven, de Veluwepost op de begane grond. Hartje stad, waar het nieuws niet alleen op straat lag, maar er ook voorbijliep en zelfs binnenkwam. De plaatselijke correspondenten, fotografen of inwoners die iets te melden hadden.
Een jaar of wat later werkte ik drie maanden op het kantoor van de redactie Gelders Dagblad in Veenendaal, ook daar in het centrum. Als redactie dicht bij de mensen.
In Wageningen hadden we concurrentie van De Gelderlander, een VNU-krant en later samengegaan met Gelders Dagblad van Wegener.
De Gelderlander was een ochtendkrant, Gelders Dagblad een middagkrant. 's Ochtends bekeken we altijd eerst of we toch iets hadden gemist of waar we een actueel vervolg konden geven aan berichtgeving uit De Gelderlander. Het hield ons scherp.
Ik werk al lang niet meer in de journalistiek en de tijd is voorbij dat ik vijf kranten per dag las en twee opinieweekbladen.
Wageningen is een one paper city geworden en hoewel ik De Gelderlander een goede regionale krant vind, is meer concurrentie in de nieuwsgaring altijd beter.
Wageningen zat ooit in de riante positie dat het maar liefst drie huis-aan-huis-bladen had, van drie eigenaren. Belangrijk voor mensen die zich geen krant kunnen veroorloven, maar ook als podium voor organisaties die hun activiteiten willen melden. Het versterkt de binding in een plaats.
De Stad Wageningen werd overgenomen door Wegener dat de Veluwepost al had. Nu heeft Wegener helaas besloten om met de Veluwepost te stoppen, onder de kop: 'Kranten bundelen krachten'. Typisch reclamebobotaal: het wordt slechter, maar we doen alsof het een verbetering is. Per slot van rekening verdwijnt er toch weer een krant. Deze week verschijnt, na 67 jaar, het laatste nummer van de Veluwepost.
Het is goed dat Hoog en Laag er ook nog is, van uitgeverij BDU, want anders zouden alle geschreven media in handen zijn van Wegener.
Alles verandert en ik zie ook wel dat de geschreven media terrein verliezen. Maar een onafhankelijke pers en gezonde rivaliteit bij nieuwsgaring is een factor van belang in de democratie. De pers als waakhond, luis in de pels.
Ik maak me daar wel zorgen over. Tot mijn tevredenheid zag ik onlangs dat de
gemeenteraad van Wageningen die zorgen deelt. Een weerslag daarvan lees ik namelijk in een bericht van het college van B. en W. Wageningen over het contract dat de gemeente heeft afgesloten met Wegener Media. Wegener mag de informatie- en raadspagina's van de gemeente produceren, maar op voorwaarde dat er altijd een journalist aanwezig is bij raadsvergaderingen om daarover verslag te doen.
Ik weet niet hoe dat 'moeten' zich verhoudt tot de eigen journalistieke afweging. Het gebeurde echt wel ooit dat ik als journalist op de redactie terugkwam van een lange vergadering met de melding: Er zat niets in.
Ik ben niet gerust op het mediabeleid van Wegener dat in mijn ogen de maatschappelijke rol van de krant ondergeschikt maakt aan de advertentiepotentie en steeds hogere rendementseisen van aandeelhouders.
Of de gemeente er ook niet gerust op was met Wegener of wel, in elk geval betaalt ze voor haar eigen luis in de pels. Luis of waakhond, elke gemeente verdient journalistieke bijtertjes, geen schoothondjes.
Laten we hopen dat de 'gebundelde krachten' van Wegener niet tot nog meer verschraling leiden.
Radio 1 heeft momenteel in het programma De ochtend een serie:
De lokale waakhond
Een jaar of wat later werkte ik drie maanden op het kantoor van de redactie Gelders Dagblad in Veenendaal, ook daar in het centrum. Als redactie dicht bij de mensen.
In Wageningen hadden we concurrentie van De Gelderlander, een VNU-krant en later samengegaan met Gelders Dagblad van Wegener.
De Gelderlander was een ochtendkrant, Gelders Dagblad een middagkrant. 's Ochtends bekeken we altijd eerst of we toch iets hadden gemist of waar we een actueel vervolg konden geven aan berichtgeving uit De Gelderlander. Het hield ons scherp.
Ik werk al lang niet meer in de journalistiek en de tijd is voorbij dat ik vijf kranten per dag las en twee opinieweekbladen.
Wageningen is een one paper city geworden en hoewel ik De Gelderlander een goede regionale krant vind, is meer concurrentie in de nieuwsgaring altijd beter.
Wageningen zat ooit in de riante positie dat het maar liefst drie huis-aan-huis-bladen had, van drie eigenaren. Belangrijk voor mensen die zich geen krant kunnen veroorloven, maar ook als podium voor organisaties die hun activiteiten willen melden. Het versterkt de binding in een plaats.
De Stad Wageningen werd overgenomen door Wegener dat de Veluwepost al had. Nu heeft Wegener helaas besloten om met de Veluwepost te stoppen, onder de kop: 'Kranten bundelen krachten'. Typisch reclamebobotaal: het wordt slechter, maar we doen alsof het een verbetering is. Per slot van rekening verdwijnt er toch weer een krant. Deze week verschijnt, na 67 jaar, het laatste nummer van de Veluwepost.
Het is goed dat Hoog en Laag er ook nog is, van uitgeverij BDU, want anders zouden alle geschreven media in handen zijn van Wegener.
Alles verandert en ik zie ook wel dat de geschreven media terrein verliezen. Maar een onafhankelijke pers en gezonde rivaliteit bij nieuwsgaring is een factor van belang in de democratie. De pers als waakhond, luis in de pels.
Ik maak me daar wel zorgen over. Tot mijn tevredenheid zag ik onlangs dat de
gemeenteraad van Wageningen die zorgen deelt. Een weerslag daarvan lees ik namelijk in een bericht van het college van B. en W. Wageningen over het contract dat de gemeente heeft afgesloten met Wegener Media. Wegener mag de informatie- en raadspagina's van de gemeente produceren, maar op voorwaarde dat er altijd een journalist aanwezig is bij raadsvergaderingen om daarover verslag te doen.
Ik weet niet hoe dat 'moeten' zich verhoudt tot de eigen journalistieke afweging. Het gebeurde echt wel ooit dat ik als journalist op de redactie terugkwam van een lange vergadering met de melding: Er zat niets in.
Ik ben niet gerust op het mediabeleid van Wegener dat in mijn ogen de maatschappelijke rol van de krant ondergeschikt maakt aan de advertentiepotentie en steeds hogere rendementseisen van aandeelhouders.
Of de gemeente er ook niet gerust op was met Wegener of wel, in elk geval betaalt ze voor haar eigen luis in de pels. Luis of waakhond, elke gemeente verdient journalistieke bijtertjes, geen schoothondjes.
Laten we hopen dat de 'gebundelde krachten' van Wegener niet tot nog meer verschraling leiden.
Radio 1 heeft momenteel in het programma De ochtend een serie:
De lokale waakhond
maandag 24 februari 2014
Aangeharkt
Ik móest vanmiddag naar buiten, te mooi weer om door te werken. Een van de geneugten van eigen baas zijn: werken wanneer het je uitkomt. Liever vanavond langer doorgaan dan de zonnestralen en die föhnachtige lauwe wind missen.
Ik was zowat de hele winter niet meer in de uiterwaarden van de Bovenste Polder in Wageningen geweest. Er was veel onderhoud gepleegd in de tussentijd: het gebied lag er wat aangeharkt bij.
Zelfs de zwerffiets was niet de nevengeul ingepleurd, maar keurig vastgesnoerd aan de leuning van de schaatsbrug. Was het een zwerffiets of jatfiets, of had de rechtmatige eigenaar hem op deze originele manier gestald?
Vlakbij de brug was trouwens een nieuw poortje geplaatst, richting Pabstsendam. Het pad was er geplaveid met snoeihout.
De terreinbeheerders hadden fors gesnoeid. De stapels snoeihout getuigden daarvan, evenals de achtergebleven stronken.
Delen van de oever lagen er bloot bij en ik vermoed dat vogels en andere dieren niet zo blij zijn dat hun schuilplaatsen verdwenen zijn.
Toch zag ik er een zilverreiger (of was het een witte reiger). Mooi in elk geval en een kleine compensatie voor het feit dat werkelijk iedereen vandaag kraanvogels heeft gezien, behalve ik.
Wel genoot ik via twitter mee van al die opgetogen waarnemers. Wat kan een vlucht vogels mensen toch gelukkig maken.
Ook de wilgen waren geknot en het zag er allemaal enigszins kaal en keurig uit. Maar snoeien doet groeien en over enkele maanden is de menselijke kniprand weer lekker overwoekerd.
Nog een nouveauté: een nieuw bankje op de Grebbedijk, tussen de oude bij Spijk en de Dijkstraat. Goede actie, want ook vandaag lieten mensen zich er koesteren door de zonnewarmte.
Bij thuiskomst krabde ik voldaan de klei uit het profiel van mijn wandelschoenen. Tipje: trek laarzen aan.
Ik was zowat de hele winter niet meer in de uiterwaarden van de Bovenste Polder in Wageningen geweest. Er was veel onderhoud gepleegd in de tussentijd: het gebied lag er wat aangeharkt bij.
Zelfs de zwerffiets was niet de nevengeul ingepleurd, maar keurig vastgesnoerd aan de leuning van de schaatsbrug. Was het een zwerffiets of jatfiets, of had de rechtmatige eigenaar hem op deze originele manier gestald?
Vlakbij de brug was trouwens een nieuw poortje geplaatst, richting Pabstsendam. Het pad was er geplaveid met snoeihout.
De terreinbeheerders hadden fors gesnoeid. De stapels snoeihout getuigden daarvan, evenals de achtergebleven stronken.
Delen van de oever lagen er bloot bij en ik vermoed dat vogels en andere dieren niet zo blij zijn dat hun schuilplaatsen verdwenen zijn.
Toch zag ik er een zilverreiger (of was het een witte reiger). Mooi in elk geval en een kleine compensatie voor het feit dat werkelijk iedereen vandaag kraanvogels heeft gezien, behalve ik.
Wel genoot ik via twitter mee van al die opgetogen waarnemers. Wat kan een vlucht vogels mensen toch gelukkig maken.
Ook de wilgen waren geknot en het zag er allemaal enigszins kaal en keurig uit. Maar snoeien doet groeien en over enkele maanden is de menselijke kniprand weer lekker overwoekerd.
Nog een nouveauté: een nieuw bankje op de Grebbedijk, tussen de oude bij Spijk en de Dijkstraat. Goede actie, want ook vandaag lieten mensen zich er koesteren door de zonnewarmte.
Bij thuiskomst krabde ik voldaan de klei uit het profiel van mijn wandelschoenen. Tipje: trek laarzen aan.
vrijdag 21 februari 2014
Toneel
Zoek je als regisseur of lid van een (amateur)gezelschap een goede theatertekst? Dan kun je sinds kort terecht op de nieuwe site VvL Theaterteksten
De Vereniging van Letterkundigen (VvL) heeft gelukkig het bestand van Stichting Lira overgenomen toen deze auteursrechtorganisatie met haar site stopte.
De nieuwe site ontsluit uiteenlopende teksten van professionele toneelschrijvers en maakt overleg mogelijk tussen toneelspelers en auteurs over een redelijke vergoeding.
Natuurlijk vinden schrijvers het fijn als hun stuk wordt opgevoerd, maar daarvoor is wel hun toestemming nodig. De site maakt contact daarover gemakkelijker.
Evenals op de Lira-site staat ook op deze nieuwe site mijn toneelstuk Stilleven. Het is een monoloog voor één actrice. Informatie over dit stuk en wat ik nog meer schrijf, is hier te vinden.
Op mijn website staan mijn ervaringen met toneelspelen en -schrijven
Overigens is mijn korte toneelstukje Hiep hiep voor juf te vinden en te koop via de website Kinderpodium (bovenbouw, categorie: overig)
De Vereniging van Letterkundigen (VvL) heeft gelukkig het bestand van Stichting Lira overgenomen toen deze auteursrechtorganisatie met haar site stopte.
De nieuwe site ontsluit uiteenlopende teksten van professionele toneelschrijvers en maakt overleg mogelijk tussen toneelspelers en auteurs over een redelijke vergoeding.
Natuurlijk vinden schrijvers het fijn als hun stuk wordt opgevoerd, maar daarvoor is wel hun toestemming nodig. De site maakt contact daarover gemakkelijker.
Evenals op de Lira-site staat ook op deze nieuwe site mijn toneelstuk Stilleven. Het is een monoloog voor één actrice. Informatie over dit stuk en wat ik nog meer schrijf, is hier te vinden.
Op mijn website staan mijn ervaringen met toneelspelen en -schrijven
Overigens is mijn korte toneelstukje Hiep hiep voor juf te vinden en te koop via de website Kinderpodium (bovenbouw, categorie: overig)
donderdag 20 februari 2014
Heldhaftigheid
Ik was weer eens in Drenthe. Tijdens een wandeling in het Valtherbos stond ik niet alleen oog in oog met een hunebed en een pingo-ruïne, maar ook met een monument voor heldhaftigheid: het Onderduikershol.
Kippenboer Bertus Zefat uit Valthe besloot in 1942 joodse onderduikers bij zijn huis onderdak te geven. Maar al snel bleek het daar niet veilig genoeg en groef hij samen met anderen een ondergrondse schuilplaats in het bos.
Ook bijvoorbeeld Aaltjo Oldenburger maakte deel uit van de verzetsgroep en de leden riskeerden eveneens hun eigen veiligheid bij het verzorgen van de vluchtelingen.
Meermalen werd de groep van 16 onderduikers bijna ontdekt, maar zij kwamen uiteindelijk levend de oorlog door. Zefat zelf moest zijn heldhaftigheid met de dood bekopen, in 1944 werd hij geëxecuteerd.
En wat doet zijn vrouw? Ze houdt zich niet, verlamd van schrik - zo voorstelbaar - gedeisd, maar zet samen met anderen de zorg voor de onderduikers voort.
Een van de onderduikers Ab van Dien schreef na de oorlog een boek over zijn ervaringen: De opgejaagden
Dat boek heeft geleid tot de musical 'De opgejaagden' die vorig jaar succesvolle opvoeringen beleefde in Odoorn. Op de website van deze muziektheaterproductie is ook een filmpje te zien met een lied uit de musical en actuele beelden van het onderduikershol.
Vanmorgen stond ik op die plek waar vlakbij ook het ondergrondse vrouwenverblijf was. Terwijl de vogels lenteachtig zongen, was het moeilijk voor te stellen hoe mensen hier jarenlang verbleven, afhankelijk van de heldhaftigheid van anderen en voortdurend benauwd ontdekt te worden.
Elk tijdperk heeft duizenden helden die in geen enkel geschiedenisboek staan vermeld. Zo luidt het bord iets verderop in het Valtherbos en het eert op deze manier in elk geval ook Aaltjo Oldenburger.
Het is goed dat we tijdens een aangename boswandeling ineens weer herinnerd worden aan deze verhalen over buitengewone 'gewone' mensen.
Kippenboer Bertus Zefat uit Valthe besloot in 1942 joodse onderduikers bij zijn huis onderdak te geven. Maar al snel bleek het daar niet veilig genoeg en groef hij samen met anderen een ondergrondse schuilplaats in het bos.
Ook bijvoorbeeld Aaltjo Oldenburger maakte deel uit van de verzetsgroep en de leden riskeerden eveneens hun eigen veiligheid bij het verzorgen van de vluchtelingen.
Meermalen werd de groep van 16 onderduikers bijna ontdekt, maar zij kwamen uiteindelijk levend de oorlog door. Zefat zelf moest zijn heldhaftigheid met de dood bekopen, in 1944 werd hij geëxecuteerd.
En wat doet zijn vrouw? Ze houdt zich niet, verlamd van schrik - zo voorstelbaar - gedeisd, maar zet samen met anderen de zorg voor de onderduikers voort.
Een van de onderduikers Ab van Dien schreef na de oorlog een boek over zijn ervaringen: De opgejaagden
Dat boek heeft geleid tot de musical 'De opgejaagden' die vorig jaar succesvolle opvoeringen beleefde in Odoorn. Op de website van deze muziektheaterproductie is ook een filmpje te zien met een lied uit de musical en actuele beelden van het onderduikershol.
Vanmorgen stond ik op die plek waar vlakbij ook het ondergrondse vrouwenverblijf was. Terwijl de vogels lenteachtig zongen, was het moeilijk voor te stellen hoe mensen hier jarenlang verbleven, afhankelijk van de heldhaftigheid van anderen en voortdurend benauwd ontdekt te worden.
Elk tijdperk heeft duizenden helden die in geen enkel geschiedenisboek staan vermeld. Zo luidt het bord iets verderop in het Valtherbos en het eert op deze manier in elk geval ook Aaltjo Oldenburger.
Het is goed dat we tijdens een aangename boswandeling ineens weer herinnerd worden aan deze verhalen over buitengewone 'gewone' mensen.
dinsdag 18 februari 2014
Rouwboek
18 februari 2014 - de dag dat een tante overlijdt. Een mooie leeftijd, maar toch een groot gemis voor de familie en weer een stuk geschiedenis dat wegvalt. Zij heeft me gezien toen ik nog maar net geboren was. Zij kende mijn ouders langer dan ik ze heb gekend.
18 februari 2014 - de dag dat Anne, een jeugdvriendin, 60 zou zijn geworden, maar ze haalde de 50 zelfs niet. Ongeneeslijk ziek, wrede dood van een moeder met twee nog jonge zoons.
Een uitgelezen dag om het Rouwboek er weer eens bij te pakken. Deze maand presenteerde de commissie Volkscultuur van Veldeke Limburg dit boek. De titel is: Lèste wäörd. Tekste in 't Limburgs bie begrafenis en crematie.
Vaak is dialect, anders dan het Nederlands, de taal voor emoties. Ik zie steeds vaker dat in Limburg teksten van rouwadvertenties en uitvaarten in het Limburgs zijn. Dit boek zal zeker aan die toenemende behoefte voldoen.
Van dialectschrijvers uit de hele provincie staan er gedichten in rond dood en gemis. De gedichten raken vaak door hun eenvoud, door de taal die rechtstreeks naar het hart gaat, maar ook door beeld- en klankrijke taal.
Daarnaast zijn liedteksten van Limburgse artiesten als Neet oet Lottum, Gé Reinders, Paul van Loo, Sjef Diederen en Rowwen Hèze opgenomen. Ook besteedt Annie Schreuders-Derks aandacht aan volksgebruiken en volksgeloof rond de dood.
De teksten mogen - met bronvermelding - worden gebruikt bij uitvaarten en daardoor maakt dit boek mogelijk dat mensen in hun moedertaal hun doden gedenken.
Van mijzelf staat er ook een gedicht in: Livven hieër over het missen van ouders, van mijn ouders. Dit gedicht (evenals de Nederlandse vertaling) plaatste ik al eerder op dit weblog.
Website Veldeke
Webshop Huis voor de Kunsten Limburg - hier is het boek te bestellen voor 10 euro, excl. verzendkosten
18 februari 2014 - de dag dat Anne, een jeugdvriendin, 60 zou zijn geworden, maar ze haalde de 50 zelfs niet. Ongeneeslijk ziek, wrede dood van een moeder met twee nog jonge zoons.
Een uitgelezen dag om het Rouwboek er weer eens bij te pakken. Deze maand presenteerde de commissie Volkscultuur van Veldeke Limburg dit boek. De titel is: Lèste wäörd. Tekste in 't Limburgs bie begrafenis en crematie.
Vaak is dialect, anders dan het Nederlands, de taal voor emoties. Ik zie steeds vaker dat in Limburg teksten van rouwadvertenties en uitvaarten in het Limburgs zijn. Dit boek zal zeker aan die toenemende behoefte voldoen.
Van dialectschrijvers uit de hele provincie staan er gedichten in rond dood en gemis. De gedichten raken vaak door hun eenvoud, door de taal die rechtstreeks naar het hart gaat, maar ook door beeld- en klankrijke taal.
Daarnaast zijn liedteksten van Limburgse artiesten als Neet oet Lottum, Gé Reinders, Paul van Loo, Sjef Diederen en Rowwen Hèze opgenomen. Ook besteedt Annie Schreuders-Derks aandacht aan volksgebruiken en volksgeloof rond de dood.
De teksten mogen - met bronvermelding - worden gebruikt bij uitvaarten en daardoor maakt dit boek mogelijk dat mensen in hun moedertaal hun doden gedenken.
Van mijzelf staat er ook een gedicht in: Livven hieër over het missen van ouders, van mijn ouders. Dit gedicht (evenals de Nederlandse vertaling) plaatste ik al eerder op dit weblog.
Website Veldeke
Webshop Huis voor de Kunsten Limburg - hier is het boek te bestellen voor 10 euro, excl. verzendkosten
vrijdag 14 februari 2014
600 jaar
Is 60 jaar oud? Is 600 jaar lang geleden?
Ach, in het licht van de eeuwigheid is niets oud en lang geleden. Maar mijn geboortestad Weert bestaat wel 10 keer zo lang als ik.
Na het afgelopen jubileumjaar Wageningen-750 in mijn woonplaats maak ik dit jaar af en toe het jubileumfeest van Weert mee. De Stadsagenda voor Weert staat in 2014 goed vol.
Het hoogtepunt valt in mei wanneer Weert groots viert dat het in 1414 marktrechten kreeg. In het eerste weekend van mei wordt de legende van de Rogstaekers opgevoerd. Rogstaekers, zo heten de Weertenaren in carnavalstijd.
Door het jaar heen zijn allerlei activiteiten zoals op 15 maart de viering van het feit dat Weert al 450 jaar een paardenmarkt heeft. Er is een uitwisseling tussen Chinese en Weerter kunstenaars en ook zijn er allerlei sportevenementen.
Het motto 'Met ons in Weert' roept op om het stadsfeest mee te maken. Onder die titel is ook al een feestlied: Het Wieërterlând Lidje.
Natuurlijk speelt de Weerter vlaai een belangrijke rol in dit jubileumjaar en is er bijvoorbeeld Weert bakt
Weert houdt Antje van de Statie sinds 1988 in ere met een pront standbeeld tegenover het station. Van 1897 tot 1926 werkte zij in de stationsrestauratie. Ze liep de treinen langs om bij treinpassagiers de echte Weerter vlaai aan de man te brengen. Haar inspanningen zetten de Weerter vlaai landelijk op de kaart.
Op 8 maart, Vrouwendag, wordt elk jaar de Antje Award uitgereikt aan een vrouw die iets bijzonders heeft gedaan voor Weert.
Tegenwoordig speelt de eigentijdse versie van Antje van de Statie een rol in het feestjaar.
http://www.weert600jaarstad.nl/
Verhaal Weert 600 jaar stad
Ach, in het licht van de eeuwigheid is niets oud en lang geleden. Maar mijn geboortestad Weert bestaat wel 10 keer zo lang als ik.
Na het afgelopen jubileumjaar Wageningen-750 in mijn woonplaats maak ik dit jaar af en toe het jubileumfeest van Weert mee. De Stadsagenda voor Weert staat in 2014 goed vol.
Het hoogtepunt valt in mei wanneer Weert groots viert dat het in 1414 marktrechten kreeg. In het eerste weekend van mei wordt de legende van de Rogstaekers opgevoerd. Rogstaekers, zo heten de Weertenaren in carnavalstijd.
Door het jaar heen zijn allerlei activiteiten zoals op 15 maart de viering van het feit dat Weert al 450 jaar een paardenmarkt heeft. Er is een uitwisseling tussen Chinese en Weerter kunstenaars en ook zijn er allerlei sportevenementen.
Het motto 'Met ons in Weert' roept op om het stadsfeest mee te maken. Onder die titel is ook al een feestlied: Het Wieërterlând Lidje.
Natuurlijk speelt de Weerter vlaai een belangrijke rol in dit jubileumjaar en is er bijvoorbeeld Weert bakt
Weert houdt Antje van de Statie sinds 1988 in ere met een pront standbeeld tegenover het station. Van 1897 tot 1926 werkte zij in de stationsrestauratie. Ze liep de treinen langs om bij treinpassagiers de echte Weerter vlaai aan de man te brengen. Haar inspanningen zetten de Weerter vlaai landelijk op de kaart.
Op 8 maart, Vrouwendag, wordt elk jaar de Antje Award uitgereikt aan een vrouw die iets bijzonders heeft gedaan voor Weert.
Tegenwoordig speelt de eigentijdse versie van Antje van de Statie een rol in het feestjaar.
http://www.weert600jaarstad.nl/
Verhaal Weert 600 jaar stad
dinsdag 11 februari 2014
+1
Deze maand ben ik jarig. (Dank u - geen toespraken, geen bloemen). Elk jaar dat je er in gezondheid bij mag schrijven, is natuurlijk een feest waard. Toch vier ik mijn verjaardag zelden, ik ben niet zo'n feestbeest. Maar ik gedenk het wel in dankbaarheid.
Deze keer bereik ik een kroonjaar: 60, maar ik houd mezelf voor dat dat niet meer is dan 59+1. Leeftijd is slechts een getal. Desalniettemin krijgen kroonjaren extra aandacht, of je dat nu wilt of niet.
Ik herinner me nog goed hoe neerslachtig ik was op mijn 29e en ik 30 'moest' worden. Dat kwam vooral doordat ik het waanidee had dat je op die leeftijd onderhand wel wist hoe leven moest en wat je met je leven wilde. Destijds had ik daar minder dan ooit een idee van. Bijna klaar met de studie journalistiek. Hoe zou het gaan met die nieuwe loopbaan, en wilde ik kinderen?
Bij mijn 40e was ik na 22 jaar Tilburg net verhuisd naar Wageningen, ander werk, totaal nieuwe omgeving, nog maar net gedebuteerd, verfrissend jong alles weer.
Het werd me duidelijk dat die zelfgetrokken deadlines en grenzen onzin waren en dat gevoel had ik op mijn 50e nog sterker. Ik vond het heerlijk om 50 te worden, er was nog zoveel mogelijk. Altijd kun je iets nieuws beginnen.
Vorig jaar toen ik 59 werd, stopte een vriendin twee kaarsjes bij haar cadeautje en ik beloofde dat ik ze in dit levensjaar zou opbranden. Maar het is nog niet gebeurd (ik biecht het maar eerlijk op, Mieke).
Al heel lang heb ik de ferme hoop dat ik 98 word. Ik heb dus besloten de kaarsjes te bewaren tot mijn 95e. Voorlopig lukt het me nog wel de eventuele massa kaarsen op een eventuele taart uit te blazen. Maar tegen die tijd ben ik vast blij als het tot twee beperkt blijft. Het moet een menslievende uitvinder zijn geweest van deze cijferkaarsconstructie.
Terwijl ik zit te spelen met de twee cijfers, zie ik dat ze ook nog min of meer bruikbaar zijn met 62 of 65. Vroeger was 65 een mijlpaal, ging je met pensioen. Maar schrijvers hebben geen pensioen, in meerdere opzichten.
Of ik gebruik ze met 92? Dan heb ik waarschijnlijk toch niet meer in de gaten dat een lontje aan de onderkant zit.
60. Het blijft een onwezenlijk idee. 60 is toch van oude mensen?
Ik weet het, ik zit nog in de ontkenningsfase. Dat ik graag 98 wil worden, heeft daar wellicht ook mee te maken. En dan zijn er ook nog die bladen die vrolijk tetteren dat 60 het nieuwe 50 is. Zo zal 70 ook wel het nieuwe 60 zijn.
Hoe dan ook, ik moet het onder ogen zien: ik ben over de helft.
Voorlopig teken ik voor elk jaar dat ik er in gezondheid bij mag schrijven: +1.
Deze keer bereik ik een kroonjaar: 60, maar ik houd mezelf voor dat dat niet meer is dan 59+1. Leeftijd is slechts een getal. Desalniettemin krijgen kroonjaren extra aandacht, of je dat nu wilt of niet.
Ik herinner me nog goed hoe neerslachtig ik was op mijn 29e en ik 30 'moest' worden. Dat kwam vooral doordat ik het waanidee had dat je op die leeftijd onderhand wel wist hoe leven moest en wat je met je leven wilde. Destijds had ik daar minder dan ooit een idee van. Bijna klaar met de studie journalistiek. Hoe zou het gaan met die nieuwe loopbaan, en wilde ik kinderen?
Bij mijn 40e was ik na 22 jaar Tilburg net verhuisd naar Wageningen, ander werk, totaal nieuwe omgeving, nog maar net gedebuteerd, verfrissend jong alles weer.
Het werd me duidelijk dat die zelfgetrokken deadlines en grenzen onzin waren en dat gevoel had ik op mijn 50e nog sterker. Ik vond het heerlijk om 50 te worden, er was nog zoveel mogelijk. Altijd kun je iets nieuws beginnen.
Vorig jaar toen ik 59 werd, stopte een vriendin twee kaarsjes bij haar cadeautje en ik beloofde dat ik ze in dit levensjaar zou opbranden. Maar het is nog niet gebeurd (ik biecht het maar eerlijk op, Mieke).
Al heel lang heb ik de ferme hoop dat ik 98 word. Ik heb dus besloten de kaarsjes te bewaren tot mijn 95e. Voorlopig lukt het me nog wel de eventuele massa kaarsen op een eventuele taart uit te blazen. Maar tegen die tijd ben ik vast blij als het tot twee beperkt blijft. Het moet een menslievende uitvinder zijn geweest van deze cijferkaarsconstructie.
Terwijl ik zit te spelen met de twee cijfers, zie ik dat ze ook nog min of meer bruikbaar zijn met 62 of 65. Vroeger was 65 een mijlpaal, ging je met pensioen. Maar schrijvers hebben geen pensioen, in meerdere opzichten.
Of ik gebruik ze met 92? Dan heb ik waarschijnlijk toch niet meer in de gaten dat een lontje aan de onderkant zit.
60. Het blijft een onwezenlijk idee. 60 is toch van oude mensen?
Ik weet het, ik zit nog in de ontkenningsfase. Dat ik graag 98 wil worden, heeft daar wellicht ook mee te maken. En dan zijn er ook nog die bladen die vrolijk tetteren dat 60 het nieuwe 50 is. Zo zal 70 ook wel het nieuwe 60 zijn.
Hoe dan ook, ik moet het onder ogen zien: ik ben over de helft.
Voorlopig teken ik voor elk jaar dat ik er in gezondheid bij mag schrijven: +1.
zondag 9 februari 2014
Nogmaals: Veldeke Literatuurprijs 2013
Tweemaal feest. Op 17 november was het feest in Thorn: ik ontving de Veldeke Literatuurpries 2013. Uit handen van député Noël Lebens van Cultuur kreeg ik een mooi geldbedrag. Ook mocht ik alvast het wasmodel vasthouden waarmee kunstenares Jenny Roost uiteindelijk de trofee zou maken.
Eergisteren was het dan zover en kreeg ik het bronzen kunstwerk overhandigd. Dat gebeurde tijdens een Veldeke-bijeenkomst in de volle Ridderzaal van Kasteel Doenrade. Zo werd voor mij de prijsuitreiking in twee etappes dubbel feest.
Diezelfde avond presenteerde Veldeke ook twee boeken. Het Veldeke Jaarboek 2013 met o.m. verslagen van onderzoek naar Limburgse dialecten, maar ook literaire teksten en royaal aandacht voor schrijver Colla Bemelmans. Het andere boek is Lèste Wäörd. Tekste in 't Limburgs bie begrafenis en crematie, dat zijn weg zeker zal vinden bij afscheidsrituelen.
Het was fijn om tijdens de Veldekebijeenkomst zoveel bekenden te zien, al dan niet lid van Veldeke, en zoals altijd was het er weer Limburgs goed van vlaaien en drinken.
Mijn dankwoord gold Veldeke, mijn hechte familie en - in dankbare gedachtenis - 'pap en mam, di-j mich 't dialect, 't Wieërts, met de paplieëpel hebbe ingegaeve.'
Onnodig te zeggen hoe blij ik ben met de Veldekeprijs, zeker ook met het kunstwerk van Jenny Roost. Arno Gubbels, voorzitter van Veldeke Literair karakteriseerde haar werk met de woorden: symboliek en eenvoud.
Haar bronzen werk straalt dat ook uit.
In de basis geeft beweging de V uit het logo van Veldeke weer. De letters VELDEKE komen prominent uit, evenals aan de rechterkant typisch Limburgse lettercombinaties: sj-, ao, en -ke, waar Lei Heijenrath me op wees.
Onderaan dartelen en tuimelen de andere letters van het alfabet. Samen vormen die 26 letters immers het instrumentarium van de schrijver.
Tussen de letters dansen woorden uit uiteenlopende dialecten, zoals kollebloom, brônke, pesjoenkele en vreigele. Zelf mocht ik een Weerts woord aandragen. Maar vraag een schrijver niet ter plekke een mooi woord te noemen, dus gelukkig fluisterde iemand van mijn familie in: snuffeltèr. Vlinder in het Weerts, hij pronkt nu ook in het bronsgroen.
Een prachtig aandenken aan het winnen van de Veldeke Literatuurprijs waar ik heel gruëts op ben.
Website Jenny Roost
WebsiteVeldeke Limburg
Eerder blog over Veldeke Literatuurprijs 2013
Eergisteren was het dan zover en kreeg ik het bronzen kunstwerk overhandigd. Dat gebeurde tijdens een Veldeke-bijeenkomst in de volle Ridderzaal van Kasteel Doenrade. Zo werd voor mij de prijsuitreiking in twee etappes dubbel feest.
Diezelfde avond presenteerde Veldeke ook twee boeken. Het Veldeke Jaarboek 2013 met o.m. verslagen van onderzoek naar Limburgse dialecten, maar ook literaire teksten en royaal aandacht voor schrijver Colla Bemelmans. Het andere boek is Lèste Wäörd. Tekste in 't Limburgs bie begrafenis en crematie, dat zijn weg zeker zal vinden bij afscheidsrituelen.
Het was fijn om tijdens de Veldekebijeenkomst zoveel bekenden te zien, al dan niet lid van Veldeke, en zoals altijd was het er weer Limburgs goed van vlaaien en drinken.
Mijn dankwoord gold Veldeke, mijn hechte familie en - in dankbare gedachtenis - 'pap en mam, di-j mich 't dialect, 't Wieërts, met de paplieëpel hebbe ingegaeve.'
Onnodig te zeggen hoe blij ik ben met de Veldekeprijs, zeker ook met het kunstwerk van Jenny Roost. Arno Gubbels, voorzitter van Veldeke Literair karakteriseerde haar werk met de woorden: symboliek en eenvoud.
Haar bronzen werk straalt dat ook uit.
Jenny Roost - Veldeke Trofee - Foto: Hans Simons |
Onderaan dartelen en tuimelen de andere letters van het alfabet. Samen vormen die 26 letters immers het instrumentarium van de schrijver.
Tussen de letters dansen woorden uit uiteenlopende dialecten, zoals kollebloom, brônke, pesjoenkele en vreigele. Zelf mocht ik een Weerts woord aandragen. Maar vraag een schrijver niet ter plekke een mooi woord te noemen, dus gelukkig fluisterde iemand van mijn familie in: snuffeltèr. Vlinder in het Weerts, hij pronkt nu ook in het bronsgroen.
Een prachtig aandenken aan het winnen van de Veldeke Literatuurprijs waar ik heel gruëts op ben.
Website Jenny Roost
WebsiteVeldeke Limburg
Eerder blog over Veldeke Literatuurprijs 2013
vrijdag 7 februari 2014
Workshop Reisverhalen bij Libelle (2)
Leuk om positieve reacties te krijgen over de fonkelnieuwe online workshop Reisverhalen schrijven die ik ontwikkeld heb voor Libelle Academy. Op de homepage staat bij Tips een interview met mij aangekondigd.
De pagina op Facebook is al vaak geliked en ook meldden zich meteen cursisten.
Ik vind het een plezierige gedachte dat op dit moment al cursisten aan de slag gaan met hun reisverhaal en zich laten bemoedigen en stimuleren door mijn cursus.
Je hoeft geen schrijfervaring te hebben en ook niet de ambitie om complete boekwerken te schrijven over reizen. Anders kijken, al je zintuigen aan het werk zetten en eigenzinnig je indrukken weergeven. Afijn, lees het interview met mij maar op de site van Libelle Academy.
En heb je mijn workshop Reisverhalen gedaan? Laat eens horen wat je ervan vond.
Eerder blog over workshop Reisverhalen
De pagina op Facebook is al vaak geliked en ook meldden zich meteen cursisten.
Ik vind het een plezierige gedachte dat op dit moment al cursisten aan de slag gaan met hun reisverhaal en zich laten bemoedigen en stimuleren door mijn cursus.
Je hoeft geen schrijfervaring te hebben en ook niet de ambitie om complete boekwerken te schrijven over reizen. Anders kijken, al je zintuigen aan het werk zetten en eigenzinnig je indrukken weergeven. Afijn, lees het interview met mij maar op de site van Libelle Academy.
En heb je mijn workshop Reisverhalen gedaan? Laat eens horen wat je ervan vond.
Eerder blog over workshop Reisverhalen
woensdag 5 februari 2014
Sleutel
Sleutel
Soms denk je dat je
de sleutel tot de liefde
gevonden hebt.
Tot op een dag
alle sloten
veranderd blijken.
dinsdag 4 februari 2014
Doek
Doek
Een stofdoek voor stof
een vaatdoek voor
een handdoek voor
en de rest van lijf en leden,
maar wat is de zin
van het leven
voor een theedoek?
maandag 3 februari 2014
Zandgebak
Zandgebak
Mama, voor jou
maak ik een vissentaartje
met slagroom,
en dan een schelpencakeje
met een kwalletje toe.
Wil je zien hoe ik dat doe?
Schep, schep en nog een schep,
stevig aanduwen
en dan hop
op de kop.
Het zandgebak is klaar,
mama, smullen maar.
Abonneren op:
Posts (Atom)