Oudjaar en ook altijd de verjaardag van mijn vader. Het is dit jaar voor de tweede keer dat hij er niet meer bij is.
Begin dit jaar schreef ik het kindergedicht 'Papa's verjaardag'.
Ik noem hem pap, dus voor vandaag wordt het:
voor pap
hang ik vandaag
een slinger op
van tranen
lang zou hij leven.
maandag 31 december 2012
zaterdag 29 december 2012
Vuurwerk
Vuurwerk in mijn hoofd, het eerste jeugdboek van Roland Colastica, heb ik geboeid gelezen. Het speelt zich af op Curaçao waar Jurcell in een jeugdbende verzeild raakt. Daar komt hij tegenover de blanke Gerrit te staan, terwijl ze samen prachtig voetballen en elkaar in feite mogen.
Daartussendoor spelen het eiland, zijn natuur en zijn bewoners een grote rol in het boek. Colastica laat in dit boek zien hoe sterk de slavernij en de afhankelijkheid nog altijd doorwerken, maar ook dat het niet allemaal zwart-wit is. Hij kiest als motto voor het boek een citaat van Bob Marley: Emancipate yourselves from mental slavery.
Het boek ademt voor mij de natuur en cultuur van Curaçao, zoals ik die ervaren heb in 2004 toen ik er een maand was om te schrijven. Ik vond het een mooi en boeiend, maar ook ingewikkeld eiland. Zelfs in die korte tijd voelde ik de nasleep van knechting en bevoogding en dat uitte zich soms enerzijds in onderdanigheid tegenover blanken en anderzijds in minachting. Allebei even akelig, geen basis voor gelijkwaardigheid immers.
Als ik in een taxibusje naar Willemstad ging, werd er over me gepraat. In het Papiaments dook dan meermalen het woord makamba op. Maar misschien was het alleen verbazing dat ik als blanke niet in een eigen auto reed of een privé-taxi koos.
Een jongetje van acht vergeleek zijn huid met die van mij en sprak trots dat die van hem toch veel donkerder was. Anderzijds hoorde ik over mensen die 'omhoog trouwen' met iemand met een lichtere huidskleur.
Die dubbelheid en de verwarring die dat ook bij jongeren zoals Jurcell met zich meebrengt, heeft Roland Colastica goed weergegeven.
Vuurwerk in mijn hoofd, uitgeverij Leopold
Getipt voor de Kinderjury 2013
Daartussendoor spelen het eiland, zijn natuur en zijn bewoners een grote rol in het boek. Colastica laat in dit boek zien hoe sterk de slavernij en de afhankelijkheid nog altijd doorwerken, maar ook dat het niet allemaal zwart-wit is. Hij kiest als motto voor het boek een citaat van Bob Marley: Emancipate yourselves from mental slavery.
Het boek ademt voor mij de natuur en cultuur van Curaçao, zoals ik die ervaren heb in 2004 toen ik er een maand was om te schrijven. Ik vond het een mooi en boeiend, maar ook ingewikkeld eiland. Zelfs in die korte tijd voelde ik de nasleep van knechting en bevoogding en dat uitte zich soms enerzijds in onderdanigheid tegenover blanken en anderzijds in minachting. Allebei even akelig, geen basis voor gelijkwaardigheid immers.
Als ik in een taxibusje naar Willemstad ging, werd er over me gepraat. In het Papiaments dook dan meermalen het woord makamba op. Maar misschien was het alleen verbazing dat ik als blanke niet in een eigen auto reed of een privé-taxi koos.
Een jongetje van acht vergeleek zijn huid met die van mij en sprak trots dat die van hem toch veel donkerder was. Anderzijds hoorde ik over mensen die 'omhoog trouwen' met iemand met een lichtere huidskleur.
Die dubbelheid en de verwarring die dat ook bij jongeren zoals Jurcell met zich meebrengt, heeft Roland Colastica goed weergegeven.
Vuurwerk in mijn hoofd, uitgeverij Leopold
Getipt voor de Kinderjury 2013
donderdag 27 december 2012
Met de beste bedoelingen
Een van de boeken die me onlangs het meest raakten, was De benedenrivier, de nieuwe roman van Paul Theroux. Het verhaalt van Ellis Hock die zijn overzichtelijke leven als zestigjarige zakenman achterlaat op het punt dat hij niets meer te verliezen heeft.
Hij besluit terug te gaan naar Malawi waar hij als jonge man enkele jaren ontwikkelingswerk heeft gedaan en waar hij warme herinneringen aan heeft.
Wanneer hij terugkeert in het godvergeten dorp wordt hij aanvankelijk onthaald als de weldoener van weleer. Het dorp lijkt in al die jaren niets opgeschoten te zijn en de bewoners wachten lethargisch op hulp, gegijzeld door een systeem van afhankelijkheid.
De hoofdpersoon hangt tussen weggaan en blijven en beseft gauw dat hij evenzeer gevangen zit. Zijn pogingen om te ontkomen zijn halfslachtig en naïef, als lezer houd je je hart vast.
Theroux geeft een vlijmscherp beeld van de uitwassen van de hulpindustrie als hij een voedseldropping beschrijft door blanke weldoeners. Gruwelijk is de passage over een kamp van verweesde kinderen die aan hun lot zijn overgelaten en wie alleen hun dierlijke instinct tot overleven rest.
Het boek is ook weer een confrontatie met mijn eigen gedachten en gevoelens tijdens mijn reizen in Afrika. Ik voel me er goed, maar altijd is er ook weer dat schuldbesef, het risico van bevoogding (Als ze toch eens gewoon ...) en wanhoop dat er niets verandert.
Op p. 288/289 schrijft Theroux treffend: Hij was hier gekomen als een man, bereidwillig en met geld, ervan overtuigd vrienden te ontmoeten, en - omdat hij de mensen kende, de taal sprak - met een zelfvertrouwen dat grensde aan een gevoel van superioriteit. Niet van raciale aard, het was een complexe sympathie, de beminnelijke generositeit die gemaskeerd werd als de nederigheid van een voorbijganger die met Kerstmis een bedelaar eeen biljet van vijftig in de hand drukt, wetend dat het een verschil zou maken, en even inhoudend om 'God zegene u, meneer' te horen zeggen. Hij had het goed bedoeld, maar die eigenwaan had van hem de bedelaar gemaakt.
Zo fragiel en zo'n dilemma, bemoeienis met de beste bedoelingen of vertrouwen op de eigen kracht van al die mensen van goede wil in landen die eeuwenlang onder de knoet zaten en vervolgens in de tang van de afhankelijkheid bleven.
Geboeid las ik in het decembernummer van HP/De Tijd het vredesdagboek van Bert Koenders, leider van de VN-missie (ONUCI) in Ivoorkust.
Deze dagen is het precies 17 jaar geleden dat ik er een rondreis maakte. Veel is er gebeurd in die tijd, het land is nog herstellende van jarenlange instabiliteit en een burgeroorlog.
Moet de wereld wegkijken en ervan uitgaan dat Ivoorkust er zelf wel uitkomt? Daar hebben de mensen in vluchtelingenkampen op korte termijn niets aan en alle anderen die lijden onder de verdeeldheid en haat die is gezaaid, de afbraak van broodwinning, voorzieningen en vertrouwen.
Ik lees over plaatsen als San Pedro en Duékoué waar ik was. In Duékoué, een slaperig plaatsje destijds, blijkt nu een vluchtelingenkamp te zijn waar de mensen nog steeds niet veilig blijken.
Koenders schrijft aan het eind van zijn dagboek: Met behulp van ONUCI kruipt Ivoorkust uit het dal. De missie gaat een nieuwe fase in, waarin de VN niet langer de hiaten invullen die de nationale regering laat vallen, maar de Ivorianen helpen zelf de gaten op te vullen. ONUCI zal langzaam wegtrekken. Maar nu is het nog te vroeg. (...) Vrede is meer dan alleen een goed thema voor een maandblad, het is hard werken.
En dat harde werken, daarvan getuigt dit dagboek. Het lastige evenwicht tussen daadkracht, duidelijkheid en rekening houden met alle gevoeligheden en de geschiedenis.
Ik gun het prachtige land en zijn mensen eindelijk rust en werkelijke vrijheid.
Mijn reisverhaal over Ivoorkust in het boek: De helft van de route
Hij besluit terug te gaan naar Malawi waar hij als jonge man enkele jaren ontwikkelingswerk heeft gedaan en waar hij warme herinneringen aan heeft.
Wanneer hij terugkeert in het godvergeten dorp wordt hij aanvankelijk onthaald als de weldoener van weleer. Het dorp lijkt in al die jaren niets opgeschoten te zijn en de bewoners wachten lethargisch op hulp, gegijzeld door een systeem van afhankelijkheid.
De hoofdpersoon hangt tussen weggaan en blijven en beseft gauw dat hij evenzeer gevangen zit. Zijn pogingen om te ontkomen zijn halfslachtig en naïef, als lezer houd je je hart vast.
Theroux geeft een vlijmscherp beeld van de uitwassen van de hulpindustrie als hij een voedseldropping beschrijft door blanke weldoeners. Gruwelijk is de passage over een kamp van verweesde kinderen die aan hun lot zijn overgelaten en wie alleen hun dierlijke instinct tot overleven rest.
Het boek is ook weer een confrontatie met mijn eigen gedachten en gevoelens tijdens mijn reizen in Afrika. Ik voel me er goed, maar altijd is er ook weer dat schuldbesef, het risico van bevoogding (Als ze toch eens gewoon ...) en wanhoop dat er niets verandert.
Op p. 288/289 schrijft Theroux treffend: Hij was hier gekomen als een man, bereidwillig en met geld, ervan overtuigd vrienden te ontmoeten, en - omdat hij de mensen kende, de taal sprak - met een zelfvertrouwen dat grensde aan een gevoel van superioriteit. Niet van raciale aard, het was een complexe sympathie, de beminnelijke generositeit die gemaskeerd werd als de nederigheid van een voorbijganger die met Kerstmis een bedelaar eeen biljet van vijftig in de hand drukt, wetend dat het een verschil zou maken, en even inhoudend om 'God zegene u, meneer' te horen zeggen. Hij had het goed bedoeld, maar die eigenwaan had van hem de bedelaar gemaakt.
Zo fragiel en zo'n dilemma, bemoeienis met de beste bedoelingen of vertrouwen op de eigen kracht van al die mensen van goede wil in landen die eeuwenlang onder de knoet zaten en vervolgens in de tang van de afhankelijkheid bleven.
Geboeid las ik in het decembernummer van HP/De Tijd het vredesdagboek van Bert Koenders, leider van de VN-missie (ONUCI) in Ivoorkust.
Deze dagen is het precies 17 jaar geleden dat ik er een rondreis maakte. Veel is er gebeurd in die tijd, het land is nog herstellende van jarenlange instabiliteit en een burgeroorlog.
Moet de wereld wegkijken en ervan uitgaan dat Ivoorkust er zelf wel uitkomt? Daar hebben de mensen in vluchtelingenkampen op korte termijn niets aan en alle anderen die lijden onder de verdeeldheid en haat die is gezaaid, de afbraak van broodwinning, voorzieningen en vertrouwen.
Ik lees over plaatsen als San Pedro en Duékoué waar ik was. In Duékoué, een slaperig plaatsje destijds, blijkt nu een vluchtelingenkamp te zijn waar de mensen nog steeds niet veilig blijken.
Koenders schrijft aan het eind van zijn dagboek: Met behulp van ONUCI kruipt Ivoorkust uit het dal. De missie gaat een nieuwe fase in, waarin de VN niet langer de hiaten invullen die de nationale regering laat vallen, maar de Ivorianen helpen zelf de gaten op te vullen. ONUCI zal langzaam wegtrekken. Maar nu is het nog te vroeg. (...) Vrede is meer dan alleen een goed thema voor een maandblad, het is hard werken.
En dat harde werken, daarvan getuigt dit dagboek. Het lastige evenwicht tussen daadkracht, duidelijkheid en rekening houden met alle gevoeligheden en de geschiedenis.
Ik gun het prachtige land en zijn mensen eindelijk rust en werkelijke vrijheid.
Mijn reisverhaal over Ivoorkust in het boek: De helft van de route
maandag 24 december 2012
Schrijf dat boek!
De beste tip die ik kan geven, staat er ook in. Schrijf dát boek dat alleen jij kunt schrijven.
Zelf probeer ik dat met schrijven ook voor ogen te houden. Er zijn al boeken genoeg, over alle denkbare onderwerpen.
Ik wil schrijven vanuit mijn eigen denkwereld, gevoelswereld, vakkennis en persoonlijke geschiedenis.
Dat is toch weer anders dan bij jou, en bij jou, en bij jou.
Want van mij, daar is er maar eentje van.
http://www.zin.nl/
Maandblad Zin omslag januari 2013 |
Je móet natuurlijk niets. Maar heel veel mensen dromen ervan ooit een boek te schrijven. Voor een kleine kring of voor de hele wereld.
Maar wat weerhoudt hen telkens? Dit jaar schreef ik daarover een bijdrage voor het maandblad Zin. Goede redenen om het wel en niet te doen, afrekenen met smoesjes, en tips. Op basis van mijn verhaal maakte de redactie van Zin een Stoomcursus in 10 stappen, onder de titel Schrijf dat boek!
Die staat op pag. 18 en 19 van de boekenbijlage in het net verschenen nummer van januari 2013. De beste tip die ik kan geven, staat er ook in. Schrijf dát boek dat alleen jij kunt schrijven.
Zelf probeer ik dat met schrijven ook voor ogen te houden. Er zijn al boeken genoeg, over alle denkbare onderwerpen.
Ik wil schrijven vanuit mijn eigen denkwereld, gevoelswereld, vakkennis en persoonlijke geschiedenis.
Dat is toch weer anders dan bij jou, en bij jou, en bij jou.
Want van mij, daar is er maar eentje van.
http://www.zin.nl/
vrijdag 21 december 2012
Als dan
Twitblog:
Hoe laat precies vergaat de wereld? #durftevragen
En áls dan vandaag de wereld ophoudt
- heb ik mijn koelkast vergeefs aangevuld. Misschien blijven er nog wezens over die er plezier van hebben.
- heb ik mijn kerstboom gisteren voor niks opgetuigd. In elk geval heb ik er een dag van genoten.
- komt er niets van mijn mooie voornemen om in 2013 veel meer te schrijven
- word ik helaas toch geen 98 zoals ik graag wil
- heb ik me druk gemaakt om dingen die helemaal niet belangrijk blijken te zijn
- ben ik blij en dankbaar om wat ik heb mogen beleven, met wie ik heb geleefd en wie met mij hebben meegeleefd.
- had ik niets willen missen, heb ik veel geleerd en heb ik nergens spijt van.
In feite moet je elke dag leven alsof het je laatste is. Ik ben daar de afgelopen jaren steeds beter in geworden, maar ik gun mezelf meer jaren om te oefenen.
De wereld en ik hebben nog veel te leren, dus laat ons nog even.
Hoe laat precies vergaat de wereld? #durftevragen
En áls dan vandaag de wereld ophoudt
- heb ik mijn koelkast vergeefs aangevuld. Misschien blijven er nog wezens over die er plezier van hebben.
- heb ik mijn kerstboom gisteren voor niks opgetuigd. In elk geval heb ik er een dag van genoten.
- komt er niets van mijn mooie voornemen om in 2013 veel meer te schrijven
- word ik helaas toch geen 98 zoals ik graag wil
- heb ik me druk gemaakt om dingen die helemaal niet belangrijk blijken te zijn
- ben ik blij en dankbaar om wat ik heb mogen beleven, met wie ik heb geleefd en wie met mij hebben meegeleefd.
- had ik niets willen missen, heb ik veel geleerd en heb ik nergens spijt van.
In feite moet je elke dag leven alsof het je laatste is. Ik ben daar de afgelopen jaren steeds beter in geworden, maar ik gun mezelf meer jaren om te oefenen.
De wereld en ik hebben nog veel te leren, dus laat ons nog even.
dinsdag 18 december 2012
Het einde nadert
Het einde nadert. Vrijdag 21 december klinkt in Wageningen op de Finissage het onverbiddelijke slotakkoord van de tentoonstelling Point of no Return.
Dat gebeurt met een jazzimprovisatie van contra-bassist Jasper Somsen en trompettist Bert Lochs. Zij laten zich inspireren door de kunstwerken die dan nog een keer in beeld komen. Ik ben heel benieuwd wat ons werk oproept bij de jazzmusici.
Hun optreden is impliciet ook een ode aan een prachtig project dat in de afgelopen weken maar liefst 1500 bezoekers trok.
Het enthousiasme van initiatiefnemers Petra de Vree en Jacqueline van Bergeijk werkte aanstekelijk en dat ontketende energie en eendracht. Als een van de 22 kunstenaars heb ik ervaren hoe dit proces het beste in mensen naar boven haalde. Hoe verschillend van kunstdiscipline, achtergrond en karakter ook, dit hebben we samen gedaan.
Iedereen is vrijdagavond om 20 uur van harte welkom bij het optreden en de feestelijke afsluiting van Point of no Return. Voor spijtoptanten of mensen die er niet genoeg van kunnen krijgen, is dit de allerlaatste kans de kunstwerken te bekijken.
Gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7. Toegang gratis.
Website expositie Point of no Return
Website Jasper Somsen
Dat gebeurt met een jazzimprovisatie van contra-bassist Jasper Somsen en trompettist Bert Lochs. Zij laten zich inspireren door de kunstwerken die dan nog een keer in beeld komen. Ik ben heel benieuwd wat ons werk oproept bij de jazzmusici.
Hun optreden is impliciet ook een ode aan een prachtig project dat in de afgelopen weken maar liefst 1500 bezoekers trok.
Tableau deelnemende kunstenaars Foto's: Salman Ezzammoury |
Het enthousiasme van initiatiefnemers Petra de Vree en Jacqueline van Bergeijk werkte aanstekelijk en dat ontketende energie en eendracht. Als een van de 22 kunstenaars heb ik ervaren hoe dit proces het beste in mensen naar boven haalde. Hoe verschillend van kunstdiscipline, achtergrond en karakter ook, dit hebben we samen gedaan.
Iedereen is vrijdagavond om 20 uur van harte welkom bij het optreden en de feestelijke afsluiting van Point of no Return. Voor spijtoptanten of mensen die er niet genoeg van kunnen krijgen, is dit de allerlaatste kans de kunstwerken te bekijken.
Gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7. Toegang gratis.
Website expositie Point of no Return
Website Jasper Somsen
zondag 16 december 2012
Wat wordt
Ruim een jaar geleden, op 31 oktober, schreef ik het blog Wat was. Overpeinzingen en beelden van vergankelijkheid die zich aan me voordeden in Egmond aan Zee.
Ook vandaag, nu mijn verblijf hier er bijna op zit, viel mijn oog weer op wat was. Dat krabje bijvoorbeeld bij de vloedlijn, althans dat wat ooit een krabje was. Stemmig mauve aan de buitenkant en verrassend levend paars aan
de binnenkant van het schild. Maar het diertje was niet meer.
Ook vandaag, nu mijn verblijf hier er bijna op zit, viel mijn oog weer op wat was. Dat krabje bijvoorbeeld bij de vloedlijn, althans dat wat ooit een krabje was. Stemmig mauve aan de buitenkant en verrassend levend paars aan
de binnenkant van het schild. Maar het diertje was niet meer.
Oktober 2011 |
Waar vorig jaar aan de Boulevard het voormalig hotel Bellevue zich nog net staande hield in het sloopgeweld rondom, gaapt nu een gat. Vanaf het strand lijkt het enigszins op het wisselende gebit van een zesjarige.
Maar als je dichterbij komt, blijkt de tandenfee wel degelijk te bestaan. In de overvolle bouwput leek het woensdag wel een speelplek van jongetjes die al hun bouwkranen en draglines hadden verzameld. Hier ging iets groots gewrocht worden.
Vrijdag herinnerden alleen de rijplaten nog aan al die activiteiten om het terrein bouwrijp te maken.
Het is de bedoeling dat hier een nieuw hotel verrijst.
Wat wordt, kan snel gaan. Maar ik heb toch het sterke vermoeden dat de oorspronkelijke opleveringstermijn van voorjaar 2013 niet helemaal gehaald wordt.
Kerken
Zoveel jaren kom ik in Egmond aan Zee en hoe vaak was ik het al niet van plan? Vanmorgen kwam het er eindelijk van. Ik ging ter kerke in de Oud-Katholieke Kerk van de H. Agnes. De kerk die nauwelijks opvalt tussen de winkelbebouwing van de Voorstraat in Egmond.
Geruime tijd geleden had ik al ontdekt dat de naam me lang op het verkeerde been had gezet. De oud-katholieke kerk is juist meer bij de tijd en ze staat meer in deze wereld dan de officiële roomse variant. Vrouwen kunnen er ook priester zijn en priesters mogen trouwen, om maar enkele verschillen te noemen.
Deze zomer was ik voor het eerst in een oud-katholieke kerk, in Utrecht en het was een aangename ervaring. Ik voelde me er welkom, hoewel de wegen van mijn roomse kerk en de oud-katholieke zich vijfhonderd jaar geleden scheidden. Toch deden veel rituelen vertrouwd aan en kwamen de woorden uit dezelfde bron, de Bijbel. Er waren Latijnse gezangen, maar ook liederen van Huub Oosterhuis die in sommige conservatief katholieke kerken in de ban zijn gedaan.
Ook vandaag was er die vertrouwdheid en tegelijkertijd was de taal anders dan ik meestal in roomse kerken hoorde. Meer open en met zelfkritiek. Niemand mag zich erop beroepen het juiste geloof te hebben. Ieder mens heeft zijn lichte en donkere kanten. Niemand hoeft zich te verbeelden dat hij beter is.
Het is jammer dat mensen - ik ook - afhaken van kerken als we de leiders niet meer geloven. Kerk is immers van mensen samen, gesteund door stimulerend leiderschap en niet kleingehouden door onderdrukkende leiders.
Het is triest dat mensen mét de kerk vaak ook het geloof over boord kieperen. Dat is zoiets als het kind met het badwater weggooien. Ik prijs me gelukkig dat ik dat kind wel heb behouden: geloof dat me versterkt en me oproept te trachten een goed mens te zijn. Een intense kerkdienst zoals vanmorgen geeft daar weer even een impuls aan.
Geruime tijd geleden had ik al ontdekt dat de naam me lang op het verkeerde been had gezet. De oud-katholieke kerk is juist meer bij de tijd en ze staat meer in deze wereld dan de officiële roomse variant. Vrouwen kunnen er ook priester zijn en priesters mogen trouwen, om maar enkele verschillen te noemen.
Deze zomer was ik voor het eerst in een oud-katholieke kerk, in Utrecht en het was een aangename ervaring. Ik voelde me er welkom, hoewel de wegen van mijn roomse kerk en de oud-katholieke zich vijfhonderd jaar geleden scheidden. Toch deden veel rituelen vertrouwd aan en kwamen de woorden uit dezelfde bron, de Bijbel. Er waren Latijnse gezangen, maar ook liederen van Huub Oosterhuis die in sommige conservatief katholieke kerken in de ban zijn gedaan.
Ook vandaag was er die vertrouwdheid en tegelijkertijd was de taal anders dan ik meestal in roomse kerken hoorde. Meer open en met zelfkritiek. Niemand mag zich erop beroepen het juiste geloof te hebben. Ieder mens heeft zijn lichte en donkere kanten. Niemand hoeft zich te verbeelden dat hij beter is.
Het is jammer dat mensen - ik ook - afhaken van kerken als we de leiders niet meer geloven. Kerk is immers van mensen samen, gesteund door stimulerend leiderschap en niet kleingehouden door onderdrukkende leiders.
Het is triest dat mensen mét de kerk vaak ook het geloof over boord kieperen. Dat is zoiets als het kind met het badwater weggooien. Ik prijs me gelukkig dat ik dat kind wel heb behouden: geloof dat me versterkt en me oproept te trachten een goed mens te zijn. Een intense kerkdienst zoals vanmorgen geeft daar weer even een impuls aan.
zaterdag 15 december 2012
Point of no Return - gedicht (5)
Het point of no return nadert: dit weekend is de laatste kans om de tentoonstelling Point of no Return in Wageningen te bezoeken.
Vandaag mijn vijfde en laatste gedicht voor deze tentoonstelling waaraan maar liefst 22 leden meedoen van het Platform Beroepskunstenaars Wageningen. Het gedicht heeft een plek gekregen in een nis op de begane grond.
onontkoombaar is het einde
onverbiddelijk de grond
mors.
tot die tijd
niet zwaar strijden tegen
maar lichtjes met het leven
meebewegen.
Eerder weblog over mijn gedichten voor de tentoonstelling
Openingstijden: zaterdag 15 en zondag 16 december, 11-17 uur.
Allerlaatste kans: Vrijdag 21 december begint om 20 uur de finissage. Tijdens een uniek concert van Jasper Somsen en Bert Lochs zijn de werken echt voor het laatst te zien.
Gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7, Wageningen.
Toegang telkens gratis.
Vandaag mijn vijfde en laatste gedicht voor deze tentoonstelling waaraan maar liefst 22 leden meedoen van het Platform Beroepskunstenaars Wageningen. Het gedicht heeft een plek gekregen in een nis op de begane grond.
onontkoombaar is het einde
onverbiddelijk de grond
mors.
tot die tijd
niet zwaar strijden tegen
maar lichtjes met het leven
meebewegen.
Eerder weblog over mijn gedichten voor de tentoonstelling
Openingstijden: zaterdag 15 en zondag 16 december, 11-17 uur.
Allerlaatste kans: Vrijdag 21 december begint om 20 uur de finissage. Tijdens een uniek concert van Jasper Somsen en Bert Lochs zijn de werken echt voor het laatst te zien.
Gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7, Wageningen.
Toegang telkens gratis.
vrijdag 14 december 2012
Streepjescode
Een rustig dagje Egmond aan Zee, met dito strandwandeling. De zee kabbelde en de meeuwen dobberden alsof ze eend speelden. Zelfs de drieteenstrandlopertjes dribbelden minder nerveus dan anders en vlogen niet onmiddellijk op als ik in de buurt kwam.
Bij de vloedlijn lagen de vertrouwde messen en andere schelpen. Dresscode vandaag voor de schelpen: streepjes.
Het was duidelijk geen kwallendag (wind uit de verkeerde hoek) en ook geen zeesterrendag. Het verbaasde me dan ook dat er toch één kleine zeester lag.
Gelukkig was er ook het grillig gevormde wier dat als een grappig diertje oogde.
Weinig mensen op het strand in deze tijd. Wel lopen en fietsen sportievelingen zich al weer warm voor de Halve van Egmond en de Egmond-Pier-Egmond in januari.
De vertrouwde taferelen van het decemberstrand.
En nog nooit had ik het vuurtorenduin beklommen. Hoog tijd dus om vandaag een moment de toerist uit te hangen. Een beklimming van niks, het uitzicht op het dorp niet spectaculair en vanuit 'mijn' appartement is het zicht op zee zelfs mooier.
Maar Egmond is Egmond, een dorp dat gewoon zichzelf is. Dierbare plek aan de zee, de vertrouwde constante die altijd in verandering is.
woensdag 12 december 2012
12-12-12
12-12-12, een mooie datum om te trouwen voor wie de schoonheid van getallen ziet. Nu ben ik niet zo'n cijferadept, maar volgens mij duurt het tot 2-2-22, voordat zich weer zo'n bijzondere datum voordoet.
In een week van rijkgevulde dagen met bedrijfstrainingen die ik geef, was de vrije dag in Egmond aan Zee voor mij al feestelijk genoeg, zeker omdat de zon scheen en de zee prachtig tuimelde.
Binnen een uur signaleerde ik maar liefst twee bruidsparen. Een op de boulevard in een ravissant bonbonnerig koetsje, het andere met een fotograaf bij de vloedlijn. Daar werden de spontane, romantische herinneringen aan de mooiste dag van hun leven geconstrueerd. Gezien hun leeftijd was het misschien wel de tweede mooiste dag van hun leven, maar het geluk was er vast niet minder om.
Het beeld daar op de rand van zee en strand leverde mij in ieder geval kippenvel op, plaatsvervangend. De winterbruid droeg een laag uitgesneden bruidstoilet met blote schouders.
Ze heeft de vrieskou wellicht niet eens gevoeld, ook omdat haar aanstaande na de foto's meteen zorgzaam een manteltje om haar schouders drapeerde.
Over toilet gesproken. Veel heb ik de afgelopen jaren al aangetroffen langs de vloedlijn, maar een toiletbril kon ik nog niet bijschrijven in mijn register van strandvondsten.
Ik vond het wel grappig tot ik bedacht dat het ook een geval van schipbreuk zou kunnen zijn. Laat ik het er maar op houden dat het nonchalant overboord kieperen van afval was.
Maar die schoen dan, die ik verderop aantrof. Meestal zie je vrij intacte exemplaren, maar hoe lang had deze al in het water gelegen? Aangetast, verroest zelfs, leek het. Geen idee of een stalen neus kan roesten.
Ik denk aan de mannen die sinds vorige week op de Noordzee vermist zijn na de schipbreuk van het containerschip met auto's. En op slag wordt die schoen macaber.
In een week van rijkgevulde dagen met bedrijfstrainingen die ik geef, was de vrije dag in Egmond aan Zee voor mij al feestelijk genoeg, zeker omdat de zon scheen en de zee prachtig tuimelde.
Binnen een uur signaleerde ik maar liefst twee bruidsparen. Een op de boulevard in een ravissant bonbonnerig koetsje, het andere met een fotograaf bij de vloedlijn. Daar werden de spontane, romantische herinneringen aan de mooiste dag van hun leven geconstrueerd. Gezien hun leeftijd was het misschien wel de tweede mooiste dag van hun leven, maar het geluk was er vast niet minder om.
Het beeld daar op de rand van zee en strand leverde mij in ieder geval kippenvel op, plaatsvervangend. De winterbruid droeg een laag uitgesneden bruidstoilet met blote schouders.
Ze heeft de vrieskou wellicht niet eens gevoeld, ook omdat haar aanstaande na de foto's meteen zorgzaam een manteltje om haar schouders drapeerde.
Over toilet gesproken. Veel heb ik de afgelopen jaren al aangetroffen langs de vloedlijn, maar een toiletbril kon ik nog niet bijschrijven in mijn register van strandvondsten.
Ik vond het wel grappig tot ik bedacht dat het ook een geval van schipbreuk zou kunnen zijn. Laat ik het er maar op houden dat het nonchalant overboord kieperen van afval was.
Maar die schoen dan, die ik verderop aantrof. Meestal zie je vrij intacte exemplaren, maar hoe lang had deze al in het water gelegen? Aangetast, verroest zelfs, leek het. Geen idee of een stalen neus kan roesten.
Ik denk aan de mannen die sinds vorige week op de Noordzee vermist zijn na de schipbreuk van het containerschip met auto's. En op slag wordt die schoen macaber.
zaterdag 8 december 2012
Point of no Return - gedicht (4)
Op de tentoonstelling Point of no Return zijn vijf gedichten van mij te zien. Als dichter ben ik meer op woorden geconcentreerd dan op beeld. Daar komt bij dat ik toch al meer auditief ben ingesteld dan visueel. Ik vond het dan ook een hele opgave om een goede vorm te vinden voor mijn gedichten.
Dit gedicht kreeg pas de avond voor de opening zijn uiteindelijke vorm.
In de concepten was de ring te nadrukkelijk zichtbaar. Nu staat het gedicht op een sokkel geschreven.
je naam en
de dag waarop
mooi rond en
oneindig samen
ik speur in het goud
naar de breuklijn
waar zit het keerpunt
naar geen weg terug?
Andere gedichten van mij bij Point of no Return
Website tentoonstelling Point of no Return
vrijdag 7 december 2012
De weg van verbeelding
Voor de tentoonstelling Point of no Return in Wageningen heb ik zes interviews gemaakt met deelnemende kunstenaars. Ze verschenen onder meer in Hoog en Laag en op de website Cultuur in Wageningen. Deze week het zesde en laatste interview, met July Leesberg.
July Leesberg schildert de weg van verbeelding die ze wil volgen
De richting is duidelijk, het eindpunt niet
Door Annie van Gansewinkel
WAGENINGEN – Tot 21 december is in Wageningen, Binnenhaven 7, de tentoonstelling Point of no Return te zien waaraan 22 kunstenaars meedoen. Een van hen is July Leesberg.
Het grote doek waar July Leesberg de laatste weken voor de tentoonstelling laag voor laag aan werkt, is zeker niet haar eerste opzet. Ze laat een groot aantal schetsen, foto’s en kleurproeven zien die aan dit uiteindelijke werk voorafgingen. Ze experimenteerde met het verloop van kleuren om de leegte in de verte te kunnen schilderen.
Op het schilderij zonder titel staat een landschap met in elk geval een weg. De richting is duidelijk, waar hij uitkomt niet. Die weg staat symbool voor het hele wordingsproces van dit schilderij en misschien ook wel voor het professionele leven van July Leesberg.
Ze wijst naar het schilderij: ‘De richting zie ik wel. Ik moet de weg van de verbeelding volgen en met open ogen waarnemen. Ik probeer de dingen te zien zoals ze zijn, niet zoals je veronderstelt dat ze zijn.’
Dit schilderij ziet ze als een logisch vervolg op eerder werk. ‘Mijn beste werk zijn wegen,’ heeft ze ontdekt. Ze vindt het ook spannend om de snelheid weer te geven. Ze heeft ervan genoten om dit schilderij te maken en er veel van geleerd. ‘Dit schilderproces was dus zelf ook weer een weg.’
Landschappen van nu
Sinds 2006 wil ze de landschappen van nu vastleggen, zoals moderne windmolens en het havengebied van Wageningen geïnspireerd op New York (bv. ‘Manhattan aan de Rijn 2’, aangekocht door museum de Casteelse Poort in Wageningen. Overigens heeft July Leesberg in dat museum ook een tentoonstelling van 25 november tot en met 13 januari 2013 ).
Door langdurig verblijf in het buitenland is July met andere ogen naar haar eigen land gaan kijken. ‘Zo prachtig als een akker geploegd kan zijn, zo schitterend is een industrieterrein waar eindeloze velden van gekleurde limonadekratten uitgestald zijn. Nederland is een park. Aangelegd en ontworpen. Je kunt daar je twijfels bij hebben: het levert nieuwbouwwijken en asfaltlijnen op. Rokende fabrieken en een vervuild milieu. Maar die eindeloze herhaling en keurige opeenstapeling kan ook ontroeren.’
Ze wil met een open blik kijken, niet wegkijken. ‘Als ik de heide zou schilderen, zou ik het bankje, de prullenbak en de slagboom niet weglaten. De hedendaagse omgeving heeft zo een eigen schoonheid, in elk geval is ze fascinerend en intrigerend.’
July Leesberg wil blijven leren. ‘Ik wil alleen nog maar schilderen, durven dingen te laten mislukken en steeds betere werken maken.’
Ze wijst naar haar werk voor deze tentoonstelling. ‘Het toont de weg waarop ik me realiseerde dat ik niet meer achterom wil kijken. Je kunt op dit werk zien dat er overal langs de weg afleiding is. Maar de blik is nu op de einder gericht. Ik weet waar ik heen wil. Er is geen weg meer terug.’
De tentoonstelling is nog te zien tot 21 december in het 'gebouw achter de vaas', Binnenhaven 7 Wageningen. Zaterdag en zondag van 11-17 uur.
's Avonds (20.00 uur) op 14 december Salon over Transition Towns en op 21 december feestelijke afsluiting. Toegang gratis.
Website tentoonstelling Point of no Return
July Leesberg schildert de weg van verbeelding die ze wil volgen
De richting is duidelijk, het eindpunt niet
Door Annie van Gansewinkel
July werkt aan haar schilderij voor Point of no Return. Foto: Salman Ezzammoury |
Het grote doek waar July Leesberg de laatste weken voor de tentoonstelling laag voor laag aan werkt, is zeker niet haar eerste opzet. Ze laat een groot aantal schetsen, foto’s en kleurproeven zien die aan dit uiteindelijke werk voorafgingen. Ze experimenteerde met het verloop van kleuren om de leegte in de verte te kunnen schilderen.
Op het schilderij zonder titel staat een landschap met in elk geval een weg. De richting is duidelijk, waar hij uitkomt niet. Die weg staat symbool voor het hele wordingsproces van dit schilderij en misschien ook wel voor het professionele leven van July Leesberg.
Ze wijst naar het schilderij: ‘De richting zie ik wel. Ik moet de weg van de verbeelding volgen en met open ogen waarnemen. Ik probeer de dingen te zien zoals ze zijn, niet zoals je veronderstelt dat ze zijn.’
Dit schilderij ziet ze als een logisch vervolg op eerder werk. ‘Mijn beste werk zijn wegen,’ heeft ze ontdekt. Ze vindt het ook spannend om de snelheid weer te geven. Ze heeft ervan genoten om dit schilderij te maken en er veel van geleerd. ‘Dit schilderproces was dus zelf ook weer een weg.’
Landschappen van nu
Sinds 2006 wil ze de landschappen van nu vastleggen, zoals moderne windmolens en het havengebied van Wageningen geïnspireerd op New York (bv. ‘Manhattan aan de Rijn 2’, aangekocht door museum de Casteelse Poort in Wageningen. Overigens heeft July Leesberg in dat museum ook een tentoonstelling van 25 november tot en met 13 januari 2013 ).
Door langdurig verblijf in het buitenland is July met andere ogen naar haar eigen land gaan kijken. ‘Zo prachtig als een akker geploegd kan zijn, zo schitterend is een industrieterrein waar eindeloze velden van gekleurde limonadekratten uitgestald zijn. Nederland is een park. Aangelegd en ontworpen. Je kunt daar je twijfels bij hebben: het levert nieuwbouwwijken en asfaltlijnen op. Rokende fabrieken en een vervuild milieu. Maar die eindeloze herhaling en keurige opeenstapeling kan ook ontroeren.’
Ze wil met een open blik kijken, niet wegkijken. ‘Als ik de heide zou schilderen, zou ik het bankje, de prullenbak en de slagboom niet weglaten. De hedendaagse omgeving heeft zo een eigen schoonheid, in elk geval is ze fascinerend en intrigerend.’
July Leesberg wil blijven leren. ‘Ik wil alleen nog maar schilderen, durven dingen te laten mislukken en steeds betere werken maken.’
Ze wijst naar haar werk voor deze tentoonstelling. ‘Het toont de weg waarop ik me realiseerde dat ik niet meer achterom wil kijken. Je kunt op dit werk zien dat er overal langs de weg afleiding is. Maar de blik is nu op de einder gericht. Ik weet waar ik heen wil. Er is geen weg meer terug.’
De tentoonstelling is nog te zien tot 21 december in het 'gebouw achter de vaas', Binnenhaven 7 Wageningen. Zaterdag en zondag van 11-17 uur.
's Avonds (20.00 uur) op 14 december Salon over Transition Towns en op 21 december feestelijke afsluiting. Toegang gratis.
Website tentoonstelling Point of no Return
zondag 2 december 2012
De magie van kantelpunten
Vrijdagavond was er in Wageningen een boeiende Salon tijdens de tentoonstelling Point of no Return. Wetenschapper en muzikant Marten Scheffer vertoonde de film 'Critical transitions' (zie link onderaan).
Voor enkele media schreef ik een verslag/recensie:
Marten Scheffer in Salon tijdens tentoonstelling Point of no Return
De magie van kantelpunten
Door Annie van Gansewinkel
WAGENINGEN – Grote geesten kenmerken zich voor mij in hun enthousiasme en vermogen hun vakgebied begrijpelijk uit te leggen aan leken. Daarnaast hebben ze een brede blik en bezitten ze meerdere talenten. Marten Scheffer, ecoloog en hoogleraar aan Wageningen Universiteit, voldoet aan dat profiel. Vrijdagavond was hij te gast in de Salon van de tentoonstelling Point of no Return, waar hij zijn theorie over kantelpunten toelichtte voor veel aandachtige bezoekers. Dat deed hij aanschouwelijk en beeldend. Een stoel bijvoorbeeld wordt telkens net iets meer belast, nauwelijks merkbaar, tot er op een onvoorspelbaar moment dat kantelpunt is.
In een meer komen langzamerhand steeds meer vervuilende stoffen, het systeem wordt fragiel en ineens door die laatste minieme toevoeging is er dat omslagpunt.
‘Je kunt niet simpel zeggen: dat komt omdat er een mus in mijn meer heeft gepoept,’ zei Scheffer. Andere voorbeelden haalde hij uit de wereld om ons heen: de Arabische lente, de economische crisis, een sterke verandering in je persoonlijke leven. Ergens waren er omslagpunten, waarna de situatie niet zomaar meer terug te draaien was.
Marten Scheffer won in 2009 de prestigieuze Spinoza-prijs, die ook bedoeld is om wetenschappelijk werk voor een groot publiek zichtbaar te maken. Een deel van de prijs besteedde hij aan de film ‘Critical transitions’ (2012) die hij ontwikkelde samen met de Noorse kunstenares Tone Bjordam. Voor de film schreef hij de muziek en voerde die ook uit met Arthur Bont.
De film bracht de magie van kantelpunten fascinerend in beeld. Even kwam bij mij de gedachte op aan de psychedelische vloeistoflampen uit de jaren zeventig, maar dit was zoveel boeiender. Plonkende kleurdruppels via wervelende beweging en lust voor het oog tot plotsklaps een grauwe donderwolk. De muziek versterkte de beelden, soms bijna ballet en dan weer een apocalyptisch visioen. Of hij somber was, vroeg een bezoeker. ‘Nee, je kan ook uit een depressie komen of met een micro-krediet de armoedeval keren.’
Wanneer kantelpunten zich voordoen, kun je niet precies voorspellen, aldus Scheffer. Hij wil zich in zijn werk nu vooral richten op het voorkómen van kantelpunten.
Maar ook wil hij zijn twee werelden wetenschap en muziek bij elkaar brengen. Scheffer ziet een overeenkomst tussen wetenschappers en kunstenaars. ‘Goede ideeën komen vaak voort uit intuïtie, maar daarna moet je er met je vakmanschap mee aan de slag.’
De tentoonstelling Point of no Return is tot en met 21 december gratis te zien op zaterdag en zondag van 11-17 uur. Op 14 december is er een Salon over Transition Towns.
Gebouw ‘achter de vaas’, Binnenhaven 7, Wageningen
Website tentoonstelling Point of no Return
Film 'Critical transitions'
Voor enkele media schreef ik een verslag/recensie:
Marten Scheffer in Salon tijdens tentoonstelling Point of no Return
De magie van kantelpunten
Marten Scheffer in gesprek met het publiek Foto: Salman Ezzammoury |
WAGENINGEN – Grote geesten kenmerken zich voor mij in hun enthousiasme en vermogen hun vakgebied begrijpelijk uit te leggen aan leken. Daarnaast hebben ze een brede blik en bezitten ze meerdere talenten. Marten Scheffer, ecoloog en hoogleraar aan Wageningen Universiteit, voldoet aan dat profiel. Vrijdagavond was hij te gast in de Salon van de tentoonstelling Point of no Return, waar hij zijn theorie over kantelpunten toelichtte voor veel aandachtige bezoekers. Dat deed hij aanschouwelijk en beeldend. Een stoel bijvoorbeeld wordt telkens net iets meer belast, nauwelijks merkbaar, tot er op een onvoorspelbaar moment dat kantelpunt is.
Laurens van der Zee leidt Marten Scheffer (rechts) in Foto: Salman Ezzammoury |
‘Je kunt niet simpel zeggen: dat komt omdat er een mus in mijn meer heeft gepoept,’ zei Scheffer. Andere voorbeelden haalde hij uit de wereld om ons heen: de Arabische lente, de economische crisis, een sterke verandering in je persoonlijke leven. Ergens waren er omslagpunten, waarna de situatie niet zomaar meer terug te draaien was.
Marten Scheffer won in 2009 de prestigieuze Spinoza-prijs, die ook bedoeld is om wetenschappelijk werk voor een groot publiek zichtbaar te maken. Een deel van de prijs besteedde hij aan de film ‘Critical transitions’ (2012) die hij ontwikkelde samen met de Noorse kunstenares Tone Bjordam. Voor de film schreef hij de muziek en voerde die ook uit met Arthur Bont.
De film bracht de magie van kantelpunten fascinerend in beeld. Even kwam bij mij de gedachte op aan de psychedelische vloeistoflampen uit de jaren zeventig, maar dit was zoveel boeiender. Plonkende kleurdruppels via wervelende beweging en lust voor het oog tot plotsklaps een grauwe donderwolk. De muziek versterkte de beelden, soms bijna ballet en dan weer een apocalyptisch visioen. Of hij somber was, vroeg een bezoeker. ‘Nee, je kan ook uit een depressie komen of met een micro-krediet de armoedeval keren.’
Wanneer kantelpunten zich voordoen, kun je niet precies voorspellen, aldus Scheffer. Hij wil zich in zijn werk nu vooral richten op het voorkómen van kantelpunten.
Maar ook wil hij zijn twee werelden wetenschap en muziek bij elkaar brengen. Scheffer ziet een overeenkomst tussen wetenschappers en kunstenaars. ‘Goede ideeën komen vaak voort uit intuïtie, maar daarna moet je er met je vakmanschap mee aan de slag.’
De tentoonstelling Point of no Return is tot en met 21 december gratis te zien op zaterdag en zondag van 11-17 uur. Op 14 december is er een Salon over Transition Towns.
Gebouw ‘achter de vaas’, Binnenhaven 7, Wageningen
Website tentoonstelling Point of no Return
Film 'Critical transitions'
zaterdag 1 december 2012
Point of no Return - gedicht (3)
Ooit was het een universiteitsbibliotheek in Wageningen, deze weken herbergt het gebouw 'achter de vaas' aan de Binnenhaven 7 het werk van 22 kunstenaars. De tentoonstelling Point of no Return.
De meeste boekenkasten zijn weggewerkt achter witte wanden waarop de kunst beter uitkomt, maar hier en daar herinneren nog enkele elementen aan de vroegere functie van het gebouw.
Ik vond het erg leuk dat ik een van die elementen kon gebruiken voor mijn gedicht zachte kracht. Enigszins verscholen is er nog steeds het boekenliftje waarmee boeken van de begane grond naar de eerste verdieping en v.v. werden getakeld.
zachte kracht is daar dus in de vorm van een boekje wel op zijn plaats.
zachte kracht
buig en riet
en knak!
toch niet
en hak
en wankel
en strak,
en sta!
Website tentoonstelling Expositie Point of no Return; Point of no Return - gedicht (1); Point of no Return - gedicht (2)
De meeste boekenkasten zijn weggewerkt achter witte wanden waarop de kunst beter uitkomt, maar hier en daar herinneren nog enkele elementen aan de vroegere functie van het gebouw.
Ik vond het erg leuk dat ik een van die elementen kon gebruiken voor mijn gedicht zachte kracht. Enigszins verscholen is er nog steeds het boekenliftje waarmee boeken van de begane grond naar de eerste verdieping en v.v. werden getakeld.
zachte kracht is daar dus in de vorm van een boekje wel op zijn plaats.
zachte kracht
buig en riet
en knak!
toch niet
en hak
en wankel
en strak,
en sta!
Website tentoonstelling Expositie Point of no Return; Point of no Return - gedicht (1); Point of no Return - gedicht (2)
vrijdag 30 november 2012
Masterclass
Een uitgelezen kans voor wie serieus werk wil maken van de ambitie om kinderboeken te schrijven.
In Vlaanderen begint binnenkort een masterclass kinder- en jeugdverhalen, initiatief van Creatief Schrijven vzw en uitgeverij De Eenhoorn.
Bekende schrijvers geven gastcolleges, zoals Joke van Leeuwen, Anne Provoost, Tine Mortier, Do van Ranst, Kolet Janssen en Kristien Dieltjens.
Je kunt je vóór 10 december kandidaat stellen.
Meer informatie op: http://www.creatiefschrijven.be
In Vlaanderen begint binnenkort een masterclass kinder- en jeugdverhalen, initiatief van Creatief Schrijven vzw en uitgeverij De Eenhoorn.
Bekende schrijvers geven gastcolleges, zoals Joke van Leeuwen, Anne Provoost, Tine Mortier, Do van Ranst, Kolet Janssen en Kristien Dieltjens.
Je kunt je vóór 10 december kandidaat stellen.
Meer informatie op: http://www.creatiefschrijven.be
woensdag 28 november 2012
Spijbelen
Het vele werk riep, maar het mooie weer riep net iets harder. Hoewel ik eigen baas ben, kreeg ik toch een licht spijbelgevoel toen ik vanmiddag door het Binnenveld bij Wageningen wandelde.
De laatste bladeren aan de bomen en de verrassend warme zonnestralen troostten dat het nog maar herfst was. Toch gaf de blauwe lucht al een staaltje weg van winterse vriesluchten en beroerde een tinteltje kou mijn wangen.
De laatste bladeren aan de bomen en de verrassend warme zonnestralen troostten dat het nog maar herfst was. Toch gaf de blauwe lucht al een staaltje weg van winterse vriesluchten en beroerde een tinteltje kou mijn wangen.
Vaker loop ik langs de Nieuwe Kanaal, maar deze keer viel me pas de boom op waarvan een groot deel van de schors rigoureus was verdwenen. Met een klap weggebliksemd of langzaam afgevreten?
Daar speelde dat mensje met haar camera maar een onbeduidend rolletje in.
Figurant zijn in zo'n schouwspel is al mooi.
zaterdag 24 november 2012
Point of no Return - gedicht (2)
Toen ik nadacht over gedichten voor de tentoonstelling Point of no Return wist ik zeker dat mijn gedicht met als werktitel 'vallen' er bij moest.
Het moment staat me nog helder voor de geest. Van sommige momenten in je leven weet je meteen: dit kan mijn hele leven veranderen. Dit was zo'n moment, maar gelukkig viel het mee. Slechts een schaafwondje, dank u.
Een heel fysiek kantelpunt. Gewoon achterover vallen. Maar wel in een exotische setting, een wandeling in Dogongebied, Mali 2008. Ik bedenk net dat ik de foto nog heb van vlak vóór dat moment dat alles had kunnen veranderen.
De lezer zal wellicht verbaasd zijn over de uitroep aan het eind van het gedicht. Ik zelf ook, ik gebruik de Vlaamse uitroep 'amai' namelijk nooit.
Toen ik de film later terugdraaide, vermoedde ik dat het een noodkreet was om de aandacht te trekken van twee Vlaamse reisgenoten boven me op de helling.
Het gedicht heeft een plaats gekregen op de schuine schappen van een boekenkast die nog in deze voormalige bibliotheek staat. Een herinnering dus ook aan de verdwenen functie van dit gebouw.
mijn voet stapt
in het verdwijnpunt
mijn lichaam aarzelt nog
tussen hard op rots
en zacht in leeg
lading begint te schuiven
achterwaarts
niet te stuiten
film niet terug te draaien tot
- hop – weer op de voeten
en stevig staan.
babylonische angst
uit mijn keel:
a
m
a
i
Naschrift: in de catalogus van de tentoonstelling staat een fragment van dit gedicht, maar in een heel andere vorm. Toen ik het beeld voor de catalogus moest aanleveren, brak ik mijn hoofd nog over de vormgeving. Ik heb dus maar een 'werkfoto' ingeleverd. De (werk)titel raakte het gedicht ook kwijt in het hele proces.
De tentoonstelling Point of no Return is nog te zien tot 21 december, elke zaterdag en zondag van 11-17 uur en tijdens de Salons op vrijdagavond 30 november en 14 december. Gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7, Wageningen
Point of no Return - gedicht (1)
Bijna amai-moment |
Het moment staat me nog helder voor de geest. Van sommige momenten in je leven weet je meteen: dit kan mijn hele leven veranderen. Dit was zo'n moment, maar gelukkig viel het mee. Slechts een schaafwondje, dank u.
Een heel fysiek kantelpunt. Gewoon achterover vallen. Maar wel in een exotische setting, een wandeling in Dogongebied, Mali 2008. Ik bedenk net dat ik de foto nog heb van vlak vóór dat moment dat alles had kunnen veranderen.
De lezer zal wellicht verbaasd zijn over de uitroep aan het eind van het gedicht. Ik zelf ook, ik gebruik de Vlaamse uitroep 'amai' namelijk nooit.
Toen ik de film later terugdraaide, vermoedde ik dat het een noodkreet was om de aandacht te trekken van twee Vlaamse reisgenoten boven me op de helling.
Het gedicht heeft een plaats gekregen op de schuine schappen van een boekenkast die nog in deze voormalige bibliotheek staat. Een herinnering dus ook aan de verdwenen functie van dit gebouw.
mijn voet stapt
in het verdwijnpunt
mijn lichaam aarzelt nog
tussen hard op rots
en zacht in leeg
lading begint te schuiven
achterwaarts
niet te stuiten
film niet terug te draaien tot
- hop – weer op de voeten
en stevig staan.
babylonische angst
uit mijn keel:
a
m
a
i
Naschrift: in de catalogus van de tentoonstelling staat een fragment van dit gedicht, maar in een heel andere vorm. Toen ik het beeld voor de catalogus moest aanleveren, brak ik mijn hoofd nog over de vormgeving. Ik heb dus maar een 'werkfoto' ingeleverd. De (werk)titel raakte het gedicht ook kwijt in het hele proces.
De tentoonstelling Point of no Return is nog te zien tot 21 december, elke zaterdag en zondag van 11-17 uur en tijdens de Salons op vrijdagavond 30 november en 14 december. Gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7, Wageningen
Point of no Return - gedicht (1)
Terug naar Fatima
Zojuist heb ik weer even door Fatima gewandeld, het leefgebied van mijn jeugd, althans in gedachten. Vorige week verscheen het fotoboek: Fatima vroeger en nu. Straten en gebouwen in de Fatimawijk, Weert.
Bladeren in het boek is terugdenken aan wat toen zo gewoon was, want je zag het dagelijks. Nu zijn oude panden en straatbeelden ineens karakteristiek of schilderachtig.
De makers van het boek, een initiatief van de St. Vrienden van de Fatimawijk, hebben telkens een beeld van vroeger naast dat van nu gezet. Verbeteringen en verslechteringen, het hangt er vanaf met welke ogen je kijkt. De ruimvallende witte villa De Bongerd van de directeur van de Smeets Drukkerijen bijvoorbeeld heeft plaats moeten maken voor het gelijknamige gedrongen blok appartementen.
Maar dat de drukkerij zelf van het eind van onze Nieuwstraat naar de rand van de wijk verhuisde, was wel vooruitgang. Dat geldt ook voor de ruime huurwoningen die in de plaats kwamen van sombere, slechte huizen.
Door het boek word ik me weer eens bewust hoe wonen, werken, winkelen, schoolgaan en spelen dicht bij huis waren. Vanuit onze achtertuin zagen we de aluminiumfabriek waar onze vader werkte, Platinal, later Artola, maar in de volksmond werkten de mensen bij 'Waltje'. Onze meisjesschool lag twee deuren naast ons huis.
Aan de andere kant van ons huis begon een blok met winkels. Eerst Johnny Hoes met zijn muziekzaak en later werd dat een bakkerswinkel. Een deur verder zat Jan van Werden, een kleine grutter, dan kwam de Spar die later het kleintje annexeerde en zelfbediening invoerde.
Jan van Werden is waarschijnlijk eind jaren 50 al gestopt, maar ik kan me het winkeltje (hoeveel vierkante meter zal het helemaal geweest zijn?) nog herinneren. Een grote toonbank en de koopwaar tot aan het plafond opgetast. Onverpakte producten, nog af te wegen of te snijden.
Aan het eind van het blok zat een café.
Spelen deden we op straat of in tuinen, bij vriendinnetjes vlakbij. Stoeprand gooien werd later door de woonerven trouwens danig verpest. Ik zat bij de kabouters en later de gidsen, de blokhut was aan het eind van de straat. Vanuit onze slaapkamer zag ik de toren van de parochiekerk, vorig jaar gesloten.
Het is een wat weemoedig verhaal van wat was en nooit meer terugkomt. Sinds het overlijden van mijn ouders vorig jaar kom ik weinig meer in Fatima, maar de wijk blijft me dierbaar. Al die voetstappen die er liggen, de mensen die ik kende en die ook hebben gemaakt wie ik ben.
Mooi om aan de hand van dit boek weer even de dankbaarheid te voelen dat ik in zo'n ruime en beschermde omgeving mocht opgroeien en telkens weer kon terugkeren.
Overigens was het boek binnen vijf dagen uitverkocht.
Presentatie fotoboek Fatima, op site: Weert de gekste
Boek Fatima binnen vijf dagen uitverkocht
Kind aan huis, blog mei 2012 over ouderlijk huis
Bladeren in het boek is terugdenken aan wat toen zo gewoon was, want je zag het dagelijks. Nu zijn oude panden en straatbeelden ineens karakteristiek of schilderachtig.
De makers van het boek, een initiatief van de St. Vrienden van de Fatimawijk, hebben telkens een beeld van vroeger naast dat van nu gezet. Verbeteringen en verslechteringen, het hangt er vanaf met welke ogen je kijkt. De ruimvallende witte villa De Bongerd van de directeur van de Smeets Drukkerijen bijvoorbeeld heeft plaats moeten maken voor het gelijknamige gedrongen blok appartementen.
Maar dat de drukkerij zelf van het eind van onze Nieuwstraat naar de rand van de wijk verhuisde, was wel vooruitgang. Dat geldt ook voor de ruime huurwoningen die in de plaats kwamen van sombere, slechte huizen.
Door het boek word ik me weer eens bewust hoe wonen, werken, winkelen, schoolgaan en spelen dicht bij huis waren. Vanuit onze achtertuin zagen we de aluminiumfabriek waar onze vader werkte, Platinal, later Artola, maar in de volksmond werkten de mensen bij 'Waltje'. Onze meisjesschool lag twee deuren naast ons huis.
Aan de andere kant van ons huis begon een blok met winkels. Eerst Johnny Hoes met zijn muziekzaak en later werd dat een bakkerswinkel. Een deur verder zat Jan van Werden, een kleine grutter, dan kwam de Spar die later het kleintje annexeerde en zelfbediening invoerde.
Jan van Werden is waarschijnlijk eind jaren 50 al gestopt, maar ik kan me het winkeltje (hoeveel vierkante meter zal het helemaal geweest zijn?) nog herinneren. Een grote toonbank en de koopwaar tot aan het plafond opgetast. Onverpakte producten, nog af te wegen of te snijden.
Aan het eind van het blok zat een café.
Spelen deden we op straat of in tuinen, bij vriendinnetjes vlakbij. Stoeprand gooien werd later door de woonerven trouwens danig verpest. Ik zat bij de kabouters en later de gidsen, de blokhut was aan het eind van de straat. Vanuit onze slaapkamer zag ik de toren van de parochiekerk, vorig jaar gesloten.
Het is een wat weemoedig verhaal van wat was en nooit meer terugkomt. Sinds het overlijden van mijn ouders vorig jaar kom ik weinig meer in Fatima, maar de wijk blijft me dierbaar. Al die voetstappen die er liggen, de mensen die ik kende en die ook hebben gemaakt wie ik ben.
Mooi om aan de hand van dit boek weer even de dankbaarheid te voelen dat ik in zo'n ruime en beschermde omgeving mocht opgroeien en telkens weer kon terugkeren.
Overigens was het boek binnen vijf dagen uitverkocht.
Presentatie fotoboek Fatima, op site: Weert de gekste
Boek Fatima binnen vijf dagen uitverkocht
Kind aan huis, blog mei 2012 over ouderlijk huis
woensdag 21 november 2012
'Ik schilder, ik boodschap niet'
Voor de tentoonstelling Point of no Return hield ik interviews met een aantal deelnemende kunstenaars. Dit is mijn gesprek met Riekje Offerhaus, dat onder meer verscheen in Hoog en Laag.
Riekje Offerhaus schildert tweeluik van samenleving voor tentoonstelling
‘Ik schilder! Ik boodschap niet’
Door Annie van Gansewinkel
WAGENINGEN – Van 2 november tot 21 december is in Wageningen, Binnenhaven 7, de tentoonstelling Point of no Return waaraan 22 kunstenaars meedoen. Een van hen is Riekje Offerhaus.
De ochtend van het interview heeft Riekje Offerhaus (76) wel een uur op haar hurken kamelen zitten tekenen bij het circus. Ze is gefascineerd door de wereld van circus en kermis. Vroeger zat ze dagenlang te schetsen in het circus. ‘Ik mocht zelfs achter de coulissen komen. Veel glamour voor het oog, maar armoe erachter.’
Ooit maakte ze al een schilderij van een carrousel in Frankrijk onder de platanen. Die carrousel is nu weer opgedoken in een schilderij van haar tweeluik voor de tentoonstelling Point of no Return. Dat schilderij draagt de titel: ‘Menselijke samenleving’, mensen op de kermis hebben plezier en ze zijn met elkaar verbonden. Een vrouw met kind en beer zoekt zelfs contact met de toeschouwer.
Netwerksamenleving
Op het andere doek, ‘Netwerksamenleving’, is elke persoon op zichzelf, verscholen achter laptop of mobiel. Zo merkt de telefonerende vrouw niet op dat het kind aan haar hand enthousiast wijst naar de kermis.
‘Als kinderen vanuit school meteen achter de computer verdwijnen in plaats van met vriendjes te spelen, vind ik dat zorgelijk. Het is een tendens, maar ik wil het niet zwart-wit zien. Die menselijke samenleving kan ook benauwend zijn, als iedereen alles van elkaar weet.’
Riekje wilde graag meedoen aan deze groepstentoonstelling. ‘Ik wil niet alleen op een eilandje schilderen.’ Het thema bracht haar op het onderwerp: veranderingen. ‘Klimaatverandering is dan voor de hand liggend. Ik maak me daar ook zorgen over, maar ik ga geen stervende vissen schilderen. Ik heb behoefte aan warmte. Dan schilder ik liever een warme stal waar twee boertjes voor hun koetjes zorgen, of de mooie dingen in de natuur. Ik schilder! Ik boodschap niet.’
Riekje maakt figuratief werk en vaak beeldt ze mensen af. Iedere week doet ze met een groep aan modeltekenen en ook maakt ze portretten, onlangs nog het portret van de directrice van Circus Renz.
Intuïtiever
Voor het werk van deze tentoonstelling is ze op een andere manier te werk gegaan. Anders schildert ze intuïtiever, nu dacht ze tevoren lang na over de compositie voor die twee werelden.
Riekje Offerhaus heeft al een lange staat van dienst als kunstenaar. Tegen de zin van haar vader ging ze toch naar de kunstacademie, in Arnhem, en sindsdien heeft ze altijd geschilderd. ‘Ik heb het schilderen nodig voor mezelf.’ Naast haar werk in opdracht, portretten bijvoorbeeld, maakt ze ook vrij werk. Belangrijke gebeurtenissen uit haar leven zoals ziekte geeft ze daarin een plaats.
Of ze tevreden is over dit tweeluik? ‘Ik ben nooit echt tevreden. Je vergelijkt jezelf met anderen en dan zijn er ook altijd schilders die ik beter vind. Trots en twijfel wisselen elkaar af.’
Website Point of no Return
Het tweeluik van Riekje Offerhaus en het werk van 21 andere kunstenaars is nog tot 21 december te zien in het gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7, Wageningen. Elke zaterdag en zondag van 11 tot 17 uur.
Bovendien ook te bezichtigen tijdens de Salons op vrijdagavond 30 november (met wetenschapper Marten Scheffer) en 14 december over Transition Towns. Aanvang 20 uur. Toegang tot tentoonstelling en Salons is gratis.
Riekje Offerhaus schildert tweeluik van samenleving voor tentoonstelling
Riekje Offerhaus met 'Menselijke samenleving' Foto: Salman Ezzammoury |
Door Annie van Gansewinkel
WAGENINGEN – Van 2 november tot 21 december is in Wageningen, Binnenhaven 7, de tentoonstelling Point of no Return waaraan 22 kunstenaars meedoen. Een van hen is Riekje Offerhaus.
De ochtend van het interview heeft Riekje Offerhaus (76) wel een uur op haar hurken kamelen zitten tekenen bij het circus. Ze is gefascineerd door de wereld van circus en kermis. Vroeger zat ze dagenlang te schetsen in het circus. ‘Ik mocht zelfs achter de coulissen komen. Veel glamour voor het oog, maar armoe erachter.’
Ooit maakte ze al een schilderij van een carrousel in Frankrijk onder de platanen. Die carrousel is nu weer opgedoken in een schilderij van haar tweeluik voor de tentoonstelling Point of no Return. Dat schilderij draagt de titel: ‘Menselijke samenleving’, mensen op de kermis hebben plezier en ze zijn met elkaar verbonden. Een vrouw met kind en beer zoekt zelfs contact met de toeschouwer.
Netwerksamenleving
Op het andere doek, ‘Netwerksamenleving’, is elke persoon op zichzelf, verscholen achter laptop of mobiel. Zo merkt de telefonerende vrouw niet op dat het kind aan haar hand enthousiast wijst naar de kermis.
‘Als kinderen vanuit school meteen achter de computer verdwijnen in plaats van met vriendjes te spelen, vind ik dat zorgelijk. Het is een tendens, maar ik wil het niet zwart-wit zien. Die menselijke samenleving kan ook benauwend zijn, als iedereen alles van elkaar weet.’
Riekje wilde graag meedoen aan deze groepstentoonstelling. ‘Ik wil niet alleen op een eilandje schilderen.’ Het thema bracht haar op het onderwerp: veranderingen. ‘Klimaatverandering is dan voor de hand liggend. Ik maak me daar ook zorgen over, maar ik ga geen stervende vissen schilderen. Ik heb behoefte aan warmte. Dan schilder ik liever een warme stal waar twee boertjes voor hun koetjes zorgen, of de mooie dingen in de natuur. Ik schilder! Ik boodschap niet.’
Riekje maakt figuratief werk en vaak beeldt ze mensen af. Iedere week doet ze met een groep aan modeltekenen en ook maakt ze portretten, onlangs nog het portret van de directrice van Circus Renz.
Intuïtiever
Voor het werk van deze tentoonstelling is ze op een andere manier te werk gegaan. Anders schildert ze intuïtiever, nu dacht ze tevoren lang na over de compositie voor die twee werelden.
Riekje Offerhaus heeft al een lange staat van dienst als kunstenaar. Tegen de zin van haar vader ging ze toch naar de kunstacademie, in Arnhem, en sindsdien heeft ze altijd geschilderd. ‘Ik heb het schilderen nodig voor mezelf.’ Naast haar werk in opdracht, portretten bijvoorbeeld, maakt ze ook vrij werk. Belangrijke gebeurtenissen uit haar leven zoals ziekte geeft ze daarin een plaats.
Of ze tevreden is over dit tweeluik? ‘Ik ben nooit echt tevreden. Je vergelijkt jezelf met anderen en dan zijn er ook altijd schilders die ik beter vind. Trots en twijfel wisselen elkaar af.’
Website Point of no Return
Het tweeluik van Riekje Offerhaus en het werk van 21 andere kunstenaars is nog tot 21 december te zien in het gebouw 'achter de vaas', Binnenhaven 7, Wageningen. Elke zaterdag en zondag van 11 tot 17 uur.
Bovendien ook te bezichtigen tijdens de Salons op vrijdagavond 30 november (met wetenschapper Marten Scheffer) en 14 december over Transition Towns. Aanvang 20 uur. Toegang tot tentoonstelling en Salons is gratis.
zaterdag 17 november 2012
Point of no Return - gedicht (1)
De tentoonstelling Point of no Return in Wageningen loopt inmiddels twee weken en ik durf het project van 22 kunstenaars nu al een succes te noemen. Met enthousiasme tot stand gekomen, veel bezoekers, die doorgaans lang blijven, en mooie reacties.
Bij het begin van de tentoonstelling op de vloer tussen de twee trappen ligt dit gedicht:
de weg terug is
nooit meer hetzelfde,
mijn voetstappen
staan achterstevoren.
Website Expositie Point of no Return Tentoonstelling nog te zien tot en met 21 december. Open op zaterdag en zondag van 11-17 uur, en tijdens de Salons op vrijdagavond 30 november en 14 december.
Van mij zijn er 5 gedichten te zien, verspreid in het gebouw 'achter de vaas', aan de Binnenhaven 7. De komende weken plaats ik telkens een van die gedichten op dit weblog.
Omdat op mijn mobieltjesfoto's het gedicht niet altijd goed leesbaar is, voeg ik de tekst toe. Soms zet ik er ook een toelichting bij, al geeft die niet het antwoord op de vraag: wat bedoelt de dichter? Dat mag de lezer lekker zelf bedenken.
Trouwens, de dichter weet zelf ook niet altijd wat zij bedoelt.
Wanneer ik een gedicht schrijf, snap ik op dat moment soms ook niet wat er staat, noch waar het vandaan komt. Veel later begrijp ik dan ineens de strekking of blijken ritme en klank nog te kloppen ook.
Mijn schrijven gaat wel eens mijn verstand of gevoel vooruit. Ik blijf het een wonderlijk proces vinden.
Bij het begin van de tentoonstelling op de vloer tussen de twee trappen ligt dit gedicht:
ik keer op mijn schreden
en zoek mijn sporen.
de weg terug is
nooit meer hetzelfde,
mijn voetstappen
staan achterstevoren.
Website Expositie Point of no Return Tentoonstelling nog te zien tot en met 21 december. Open op zaterdag en zondag van 11-17 uur, en tijdens de Salons op vrijdagavond 30 november en 14 december.
donderdag 15 november 2012
'Maghreb Blues'
Voor de tentoonstelling Point of no Return hield ik interviews met een aantal deelnemende kunstenaars. Hier mijn gesprek met Laurens van der Zee dat onder meer verscheen in Hoog en Laag.
Laurens van der Zee maakt ‘Maghreb Blues’ voor tentoonstelling Wageningen
Veldwerk legde kiem voor eeuwige liefde
Door Annie van Gansewinkel
Foto: Salman Ezzammoury |
Zie hem daar zitten op die ietwat verbleekte foto uit 1971, de jonge student antropologie tegen het einde van zijn eerste veldonderzoek op het platteland van Tunesië. Na de boekenwijsheid ineens oog in oog met de harde praktijk en afhankelijk van een slecht functionerende tolk. Het bevorderde zijn frustratie en de gedachte: ik kan het niet, ik word nooit een goede antropoloog. Hij nam afstand van zijn onderzoek in Tunesië, blokte de ervaringen en hield de contacten niet meer in stand. Hij studeerde af op iets anders: De Aymara-indianen van Chili.
Toch bleek er een zaadje geplant en onbewust en onderhuids zocht de liefde voor de Maghreb, de muziek en de taal, zich een weg. In de jaren 80 begon hij Arabische muziek mooi te vinden en voelde hij de sterke behoefte om de taal te leren. Het is voor hem een moeilijke, maar ook poëtische taal en hij blijft er halsstarrig mee bezig.
Voor de tentoonstelling maakt Laurens een drieluik met de titel: ‘Maghreb Blues’: centraal daarin de foto van hem als student geflankeerd door plaatselijke medewerkers met een markttafereel op de achtergrond. Aan weerszijden staat zijn persoonlijke verhaal in het Nederlands, en in het Arabisch. ‘Het werk legt het accent op de verlorenheid en de frustratie. Tegelijkertijd zit er ook een enorme gehechtheid aan, terwijl ik me dat toen niet bewust was. Dat er zoveel dierbare emotie in die ervaring zat, verbaasde me later.’
Weemoed
Ondanks de frustratie beleefde hij ook een mooie tijd door de onderdompeling in de Arabische cultuur: in het dorp verzamelen rond een transistorradiootje met muziek, ’s avonds theedrinken bij mooie zonsondergangen. Dat heeft bijgedragen aan zijn sympathie voor de Maghreb en werkt nog steeds door in zijn leven en werk.
‘Ik vind het ook goed om als een tegengeluid de poëtische kant van de islamitische cultuur te laten zien, hoewel dat niet mijn opzet was voor deze tentoonstelling. Het autobiografische stond voorop.’
Laurens heeft als dichter tientallen tekstinstallaties gemaakt, een combinatie van tekst en beeld. Maar voor het eerst werkt hij zo autobiografisch. Wat overeenkomt met zijn andere werk is de ondertoon van weemoed.
Hij werkt graag mee aan groepstentoonstellingen van het Platform Beroepskunstenaars Wageningen. ‘Het is een prikkel om iets te creëren en ik kan goed op thema werken.’
Waarom mogen mensen de tentoonstelling Point of no Return niet missen?
'Het kan mensen aan het denken zetten. Ieders leven kent keerpunten. ’ Studenten en oud-studenten zullen zich ook herkennen in zijn eerste veldwerkervaring.
Daarnaast lift er een maatschappelijke boodschap mee: ‘Er valt nog veel te winnen op het gebied van wellevendheid en hoe we met elkaar en de wereld omgaan.’
Website expositie Point of no Return
Abonneren op:
Posts (Atom)