Het Binnenveld lag er ook vandaag weer prachtig bij. Een hele tijd heb ik staan kijken naar drie ooievaars die in een weiland scharrelden. Ze gingen rustig hun gang tussen andere fouragerende vogels.
Na een heerlijke week weg is het ook weer goed thuis te zijn, realiseerde ik me toen ik een fietsrondje maakte aan de rand van Wageningen.Een week geleden stond ik op de Grebbedijk geboeid naar een ooievaarswiel te kijken met drie ooievaars. Ik kreeg sterk de indruk dat een jonkie vliegles kreeg. De twee andere ooievaars sloofden zich uit in vleugelslag en stegen een metertje op. Kijk, vliegen doe je zo. Ik heb niet meer kunnen aanschouwen dat het jong triomfantelijk riep: Papa, mama, ik kan vliegen. Maar misschien zat junior er vandaag wel bij in het weiland.
Ineens dacht ik aan al die vaders en moeders die in deze tijd hun kinderen zien uitvliegen. Voor het eerst 'alleen' op vakantie en daarna wellicht op kamers in een grote stad.
Ik kan me zo voorstellen dat Wageningen dan een heel beschutte studentenstad is, klein en overzichtelijk.
Was dat niet ooit een van de redenen om dik negentig jaar geleden hier een universiteit, toen nog Landbouwhogeschool, te vestigen? In het gemoedelijke stadje zouden de landbouwstudenten minder aan de verleidingen van de grote, boze wereld blootstaan. En ja, natuurlijk ook vanwege het feit dat Wageningen maar liefst drie grondsoorten bestreek: zand, klei en veen. Handig voor het veldonderzoek.
Waarnemingen vogelwerkgroep Wageningen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten