In de afgelopen wintermaanden was ik niet meer in de Bovenste Polder geweest, te nat, te koud, te wind. Maar vanmiddag nodigde het verrassend milde weer me uit tot een wandeling in een van mijn geliefde gebieden van Wageningen.
Het was soms of ik net mijn slaap uit mijn ogen gewreven had, veel nieuws te zien. Mooi om te constateren dat de natuur in beweging blijft. Er waren stukjes afgedamd, lopen leken iets verlegd, er was dichtgegroeid of juist ruimte gekomen. Het water in de nevengeul en in de Neder-Rijn stond nog vrij hoog. En die mistletoe, maretak of verwante woekeraar, was die er altijd al in die boom?
Het voelde als lente, het klonk naar lente. Opgewekte vogelzang en pruttelende geluiden, ik kon het allemaal niet thuisbrengen. En de vogelaars die mijn pad kruisten, stoorde ik liever niet in hun observaties. Wel bekroop me het gevoel dat ik iets miste, ze hadden elkaar vast getwitterd over een uitzonderlijke vogel. Voor mij was het allemaal bijzonder.
Misschien komt er nog een koudefrontje, maar ik verwacht niet dat de brug over de geul nog opengaat ten faveure van de schaatsers.
De lente hangt in de lucht en die belofte doet me goed. Dat ik bij thuiskomst tien minuten bezig ben geweest om de uiterwaarden uit mijn schoenprofiel te peuteren, beschouw ik maar als nagenieten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten