Een dag om te koesteren als een parel. De ochtend werd getekend door parels van verdriet, al vind ik het behoorlijk bombastisch om tranen zo te bestempelen.
Zes weken na het overlijden van mijn vader merk ik er nog niets van dat verdriet slijt, integendeel. Het gemis sloeg vanmorgen weer in alle hevigheid toe toen ik het ouderlijk huis verliet, waar nog maar zo kort geleden vader en moeder verbonden met elkaar en met ons hun oude dag beleefden.
Het gezegde luidt: je krijgt kracht naar kruis. Maar in het verleden heb ik al ervaren dat het minstens zo hard andersom is. Tegen de tijd dat je denkt: nu voel ik me wat sterker, ik krabbel weer op, krijg je de volgende portie verdriet en gemis te incasseren. Kruis naar kracht.
Gelukkig kan ik het verdriet, de gevoelens en mooie herinneringen delen met familie en vrienden.
Vanmiddag terug in Wageningen lokte het mooie weer me naar de uiterwaarden. Voor het eerst zag ik daar een natuurverschijnsel waar ik stil van werd. Aan het riet van de nevengeul hingen ijsklompjes die als parels schitterden in de zon. Heel voorzichtig klonken tinkelgeluidjes.
Kwetsbaar en sterk, zoals ik mezelf voel.
De wind was ijzig koud, maar in de beschutting troostte de zon me met haar warmte.
Zes weken na het overlijden van mijn vader merk ik er nog niets van dat verdriet slijt, integendeel. Het gemis sloeg vanmorgen weer in alle hevigheid toe toen ik het ouderlijk huis verliet, waar nog maar zo kort geleden vader en moeder verbonden met elkaar en met ons hun oude dag beleefden.
Het gezegde luidt: je krijgt kracht naar kruis. Maar in het verleden heb ik al ervaren dat het minstens zo hard andersom is. Tegen de tijd dat je denkt: nu voel ik me wat sterker, ik krabbel weer op, krijg je de volgende portie verdriet en gemis te incasseren. Kruis naar kracht.
Gelukkig kan ik het verdriet, de gevoelens en mooie herinneringen delen met familie en vrienden.
Vanmiddag terug in Wageningen lokte het mooie weer me naar de uiterwaarden. Voor het eerst zag ik daar een natuurverschijnsel waar ik stil van werd. Aan het riet van de nevengeul hingen ijsklompjes die als parels schitterden in de zon. Heel voorzichtig klonken tinkelgeluidjes.
Kwetsbaar en sterk, zoals ik mezelf voel.
De wind was ijzig koud, maar in de beschutting troostte de zon me met haar warmte.
Tegen dood en verlies in komt er onontkoombaar nieuw leven. Dat troost, maar kan ook de pijn verhevigen, weet ik uit ervaring. 'Rot toch op', zo heb ik ooit in het voorjaar frisgroene blaadjes uitgescholden. De ontluikende natuur deed toen alleen nog maar meer pijn.
Maar vandaag kon ik er vooral van genieten, zoals van de katjes, die als fluwelen parels uitbundig het nieuwe leven vierden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten