woensdag 30 april 2014

Slaven

Dat onze voorouders geen fraaie rol hebben gespeeld in het handelsverleden van Nederland, evenals andere Europese landen, wist ik wel. Dat wij onze Gouden Eeuw onder meer te danken hebben aan de slavenhandel, daarvan ben ik me ook al lang bewust. Dat stamhoofden in Afrika zelf ook een rol speelden in het verhandelen van hun mensen, dat hoorde ik pas later.
Maar het genuanceerde en gedegen verhaal ken ik pas sinds ik onlangs 'Het kasteel van Elmina' las van journalist Marcel van Engelen. De ondertitel luidt: In het spoor van de Nederlandse slavenhandel in Afrika.
Hij kreeg terecht een paar weken geleden de M.J. Brusseprijs voor het beste journalistieke boek van 2014. Voor de E. du Perronprijs was hij ook genomineerd en hij is genomineerd voor de Bob den Uylprijs die in mei wordt uitgereikt.
Van Engelen heeft geput uit uiteenlopende bronnen die je kunt vergelijken met de hoor- en wederhoor waartoe fatsoenlijke journalistiek zich verplicht voelt.
Hij heeft zijn zoektocht naar de historische werkelijkheid en waarheid geconcentreerd rond het kasteel van Elmina, aan de kust van Ghana, dat ooit Goudkust heette. Elmina was de verzamelplaats of het 'overslagdepot' voor de mensenhandel vanuit het binnenland of vanaf de verderop gelegen aanvoerlanden zoals de Slavenkust, het huidige Benin.
Onder meer vanuit Elmina vertrokken de slavenschepen van Afrika naar Amerika, Suriname en Curaçao. Naar schatting 12,5 miljoen mensen werden in drie eeuwen weggevoerd.
Toen ik in 2004 in Curaçao was, bezocht ik in Willemstad het slavernijmuseum. Huiverend stond ik in het nagebouwde ruim van een slavenboot, terwijl ik me nauwelijks durfde voor te stellen hoeveel mensen daar wekenlang in het donker opeengepakt hadden gezeten. Mannen, vrouwen, kinderen, soms meer dood dan levend.

Van Engelen beschrijft dat er vóór de slavenhandel van Europese handelslanden in Ghana al een systeem van slaven bestond. Huisslaven, die relatief goed behandeld werden en vaak deel uitmaakten van de familie. Ze dienden soms als onderpand of om een schuld te voldoen.
De goud- en mensenhandelaars speelden daar op in en schroomden niet voor eigen gewin en met grof geweld mensen te gelde te maken.
Op p. 270 schrijft Van Engelen: De Afrikaanse betrokkenheid doet niets af aan de verantwoordelijkheid van de Europeanen of het immorele karakter van hun daden. De Afrikaanse rol maakt de geschiedenis van de slavernij voor de slachtoffers en hun nabestaanden ook niet minder pijnlijk - eerder pijnlijker. Maar deze geschiedenis is wel minder zwart-wit, en dus gecompliceerder dan zij vaak wordt voorgesteld.
Het is de verdienste van de schrijver dat hij een toegankelijk boek heeft geschreven over zijn zoektocht in geschriften, maar ook door Ghana in te trekken en de beklemmende geschiedenis voor mij als lezer te laten herleven.

Geldzucht en heerszucht haalt het slechtste in de mens naar boven en vindt armoede als handlanger.
Toen, maar nu nog steeds worden mensen als betaalmiddel misbruikt.
Tot mijn verbijstering zag ik vorige week de documentaire 'Over de grens' van Peter R. de Vries over hedendaagse slavernij in Nepal. 250 jaar nadat de slavernij officieel is afgeschaft!


Website Marcel van Engelen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten