Tot vorige week heb ik het me nooit echt gerealiseerd: er geldt blijkbaar een mode voor poppen. Sterker nog: wat eertijds schattig en aaibaar was, kan tegenwoordig heel anders beleefd worden.
Natuurlijk, de poppen waarmee ik vroeger speelde, worden niet meer verkocht. Maar dat een kind van nu zo'n pop eng zou vinden?
Mijn jongste nichtje (9 jaar) was op bezoek en zag op zolder mijn babypop. Ze was niet vertederd, nee, ze vond 'm eng.
Ineens herinnerde ik me weer dat jaren geleden een logerend neefje die pop ook al niet in zijn gezichtsveld wilde voor het slapengaan.
De pop waarmee ik getutteld heb en waarvoor ik mezelf in het fotoalbum tot 'poppenmoedertje' uitriep, kun je dus ook zien als een engerd. Het lukt me echt niet om er met die ogen naar te kijken, daarvoor heeft de pop te veel levenslang krediet opgebouwd.
Mijn iets jongere zusje en ik kregen de poppen waarschijnlijk met Sinterklaas 1959. Ik was toen bijna 6. Op de foto van juni 1960 poseren we trots. De poppen waren van het formaat baby.
Ze konden niets, niet praten, zelfs geen mama zeggen, en het waren ook geen plaspoppen. Ze waren kaal, dus je kon ze ook niet kammen. Die kwamen pas daarna in de mode.
Maar je kon ze echte babykleertjes aantrekken en die hadden we nog wel in huis. Toen in januari 1961 een nieuw zusje geboren werd, verhuisden er wat hemdjes en broekjes terug naar de babykamer.
Ergens op zolder moet ik nog babykleertjes van de pop hebben, maar sinds jaar en dag draagt mijn pop het rode wollen jurkje dat ik zelf ooit had gedragen. Het jurkje vertedert me, al is het dan stoffig en wat mottig. Onvoorstelbaar dat het al 60 jaar geleden is dat ik het zelf droeg.
Ik was niet echt een poppenkind en mijn andere poppen heb ik ook niet bewaard. Deze babypop, die ik overigens nooit een naam heb gegeven - kom op zeg, het is een pop! - is telkens meeverhuisd. Als ik later oud ben, neem ik hem dan zelfs mee naar het oude van dagentehuis? Daar vinden ze hem vast niet eng, maar oervertrouwd.
Opvallend detail aan mijn pop: ik heb de rode kleur van de lippen er praktisch helemaal afgekrast. Want hoe leuk ook, een baby had toch geen lippenstift? Daar was ik heel stellig in.
Plotseling meen ik me te herinneren dat het een pop was van het merk Wildebras. Ik kijk en het klopt, het merk op de rug is wat vervaagd, maar er staat Wildebras.
Op internet zie ik dat de fabrikant een hele range aan poppen produceerde en meeging met de mode in poppen.

donderdag 11 augustus 2016
woensdag 3 augustus 2016
Webcare via twitter
Webcare, dat doe je toch alleen om reputatieschade te voorkomen? Webcare, dat is tijdrovend en dus duur. Webcare is alleen voor grote bedrijven die 24/7 een team kunnen inzetten. Enkele misverstanden over webcare.
Als consument zie ik dat twitter werkt bij webcare. En als trainer en adviseur bedrijfscommunicatie zie ik dat bedrijven kansen laten liggen. Webcare kan ook heel geschikt zijn voor kleine bedrijven.
Om informatie te geven, klachten te beantwoorden en om signalen op te pikken uit de markt.
Bedrijven doen aan webcare via twitter, facebook en WhatsApp. Zelf heb ik de meeste ervaring met twitter en dus concentreer ik daarop mijn advies.
Voor mijn website heb ik een uitgebreider artikel geschreven:
Webcare via twitter, ook voor kleine bedrijven.
Daarin geef ik twee voorbeelden van bedrijven die in mijn ogen hun webcare goed vormgeven: NS en VID (VerkeersInformatieDienst). Zij moeten toch vaak slecht nieuws brengen zoals vertragingen en files.
Hun tweets getuigen van alertheid, empathie, feitelijke informatie en gedoseerde humor.
Het effect van webcare is moeilijk te meten, maar klanttevredenheid is kostbaar en betaalt zich uiteindelijk uit.
Ik ga graag met bedrijven of organisaties in gesprek om te kijken of voor hen webcare via twitter werkt. Ik kan medewerkers trainen in uiteenlopende aspecten van schrijven zoals kernachtig schrijven, toon, spelling, bewust zijn van de doelgroep.
Op mijn website meer artikelen en tips over zakelijk schrijven
Als consument zie ik dat twitter werkt bij webcare. En als trainer en adviseur bedrijfscommunicatie zie ik dat bedrijven kansen laten liggen. Webcare kan ook heel geschikt zijn voor kleine bedrijven.
Om informatie te geven, klachten te beantwoorden en om signalen op te pikken uit de markt.
Bedrijven doen aan webcare via twitter, facebook en WhatsApp. Zelf heb ik de meeste ervaring met twitter en dus concentreer ik daarop mijn advies.
Voor mijn website heb ik een uitgebreider artikel geschreven:
Webcare via twitter, ook voor kleine bedrijven.
Daarin geef ik twee voorbeelden van bedrijven die in mijn ogen hun webcare goed vormgeven: NS en VID (VerkeersInformatieDienst). Zij moeten toch vaak slecht nieuws brengen zoals vertragingen en files.
Hun tweets getuigen van alertheid, empathie, feitelijke informatie en gedoseerde humor.
Het effect van webcare is moeilijk te meten, maar klanttevredenheid is kostbaar en betaalt zich uiteindelijk uit.
Ik ga graag met bedrijven of organisaties in gesprek om te kijken of voor hen webcare via twitter werkt. Ik kan medewerkers trainen in uiteenlopende aspecten van schrijven zoals kernachtig schrijven, toon, spelling, bewust zijn van de doelgroep.
Op mijn website meer artikelen en tips over zakelijk schrijven
zondag 24 juli 2016
Met twee armen
Precies 7 weken geleden brak ik mijn linkerarm. In een oogzwenk.
De weg terug is vele malen langer. Sinds de controle deze week ben ik voorzichtig met de revalidatie begonnen. Een langdurig proces, zo managede de arts in het begin al meteen de verwachtingen. Toen ik voorzichtig peilde 'dit seizoen dus niet meer tennissen?' keek hij me nog net niet meewarig aan. Nu zie ik ook dat dat een heel onnozele vraag was.
Zes weken moest ik mijn arm in een sling dragen om de breuk te laten helen. Maar door die rust gaan de belendende vitale delen dus ook vastzitten.
Fysiotherapie en veel zelf oefenen, centimeter voor centimeter terugwinnen, vrees ik. Zelfs dan is nog niet zeker dat het helemaal goed komt. Maar ik doe mijn best.
De afgelopen weken ging er een streep door de vanzelfsprekendheid van een lichaam dat alles deed wat ik wilde. Mijn energie moest ik goed verdelen, mijn geduld oefenen en ik leerde hulp te vragen.
Daar was ik niet goed in, het was ook nooit nodig. Maar het zijn vaardigheden waar je iets aan hebt in je leven, zeker voor later als je oud bent.
Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan. Kledingstukken over mijn benen naar boven aantrekken en blouses met knoopjes in plaats van strakke T-shirts, veel textiel kan ook ongestreken in de kast. Aanzien dat anderen klussen doen, of klusjes gewoon laten liggen. Ik kan dat steeds beter.
Voorlopig mag ik nog niet autorijden of fietsen.
Maar mijn linkerhand kan al weer een beetje meedoen. Ik kan inmiddels bv. met mes en vork eten, en schoenveters strikken, dus ook van mijn wandelschoenen. Mijn actieradius wordt weer wat groter.
Kleine stappen voorwaarts, maar voor mij is dit al een enorme vooruitgang.
Met vertrouwen ben ik aan de revalidatie begonnen. En ik ben dankbaar, want die val had nog ergere gevolgen kunnen hebben. Ook ben ik dankbaar voor mijn gezonde lichaam dat me nooit in de steek liet. Bovendien, zo liet de laatste röntgenfoto zien, is het al welgemoed begonnen nieuw bot te vormen.
Wat zit het menselijk lichaam toch ingenieus in elkaar.
Eerder blog: In een oogzwenk
De weg terug is vele malen langer. Sinds de controle deze week ben ik voorzichtig met de revalidatie begonnen. Een langdurig proces, zo managede de arts in het begin al meteen de verwachtingen. Toen ik voorzichtig peilde 'dit seizoen dus niet meer tennissen?' keek hij me nog net niet meewarig aan. Nu zie ik ook dat dat een heel onnozele vraag was.
Zes weken moest ik mijn arm in een sling dragen om de breuk te laten helen. Maar door die rust gaan de belendende vitale delen dus ook vastzitten.
![]() |
Fysio oefeningen deze week |
De afgelopen weken ging er een streep door de vanzelfsprekendheid van een lichaam dat alles deed wat ik wilde. Mijn energie moest ik goed verdelen, mijn geduld oefenen en ik leerde hulp te vragen.
Daar was ik niet goed in, het was ook nooit nodig. Maar het zijn vaardigheden waar je iets aan hebt in je leven, zeker voor later als je oud bent.
Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan. Kledingstukken over mijn benen naar boven aantrekken en blouses met knoopjes in plaats van strakke T-shirts, veel textiel kan ook ongestreken in de kast. Aanzien dat anderen klussen doen, of klusjes gewoon laten liggen. Ik kan dat steeds beter.
Voorlopig mag ik nog niet autorijden of fietsen.
Maar mijn linkerhand kan al weer een beetje meedoen. Ik kan inmiddels bv. met mes en vork eten, en schoenveters strikken, dus ook van mijn wandelschoenen. Mijn actieradius wordt weer wat groter.
Kleine stappen voorwaarts, maar voor mij is dit al een enorme vooruitgang.
Met vertrouwen ben ik aan de revalidatie begonnen. En ik ben dankbaar, want die val had nog ergere gevolgen kunnen hebben. Ook ben ik dankbaar voor mijn gezonde lichaam dat me nooit in de steek liet. Bovendien, zo liet de laatste röntgenfoto zien, is het al welgemoed begonnen nieuw bot te vormen.
Wat zit het menselijk lichaam toch ingenieus in elkaar.
Eerder blog: In een oogzwenk
donderdag 30 juni 2016
Landhuis Knip
Vandaag en morgen wordt de afschaffing van de slavernij herdacht en gevierd.
In 2004 was ik voor een schrijfretraite een maand op Curaçao.
Wat veel indruk op me maakte, was het museum van Kura Hulanda in Willemstad. Daar stond ik alleen in het bedompte ruim van de replica van een slavenschip. Niet voor te stellen dat daarin ooit honderden slaven opeengepakt werden vervoerd.
Ik zag ook Landhuis Knip dat blijkbaar sinds 2007 het Tula Museum herbergt.
In 2004 lag Landhuis Knip er desolaat bij. De trieste geschiedenis was voelbaar en het contrast met de prachtige natuur eromheen schrijnend.
Ik schreef er dit gedicht:
In 2004 was ik voor een schrijfretraite een maand op Curaçao.
Wat veel indruk op me maakte, was het museum van Kura Hulanda in Willemstad. Daar stond ik alleen in het bedompte ruim van de replica van een slavenschip. Niet voor te stellen dat daarin ooit honderden slaven opeengepakt werden vervoerd.
Ik zag ook Landhuis Knip dat blijkbaar sinds 2007 het Tula Museum herbergt.
In 2004 lag Landhuis Knip er desolaat bij. De trieste geschiedenis was voelbaar en het contrast met de prachtige natuur eromheen schrijnend.
Ik schreef er dit gedicht:
Landhuis Knip
Verstilde kleur in wonderschoon
na turbulent en lelijk verleden.
Het bordje Bushalte zakt steeds verder weg,
wie staat er nog bij stil?
Slavenhuisjes strak in de verf,
de slavenbel is er niet meer,
maar het touw van hun strop
hangt er nog.
De trappen zijn uitgesleten
van vermoeide en bescheiden voetstappen
en van stampende heerszucht
op grote voet.
Maar ook macht verschrompelt
tot toeristische trekpleister,
op zijn retour zelfs.
Ik word stil van oud zeer
en vraag me af
of de frisgele bloemtrossen
ook toen gezien werden.
Heb je lucht om ze te zien
als je zucht onder het juk?
Biedt schoonheid troost
en laat zij je mens blijven
als je behandeld wordt als beest?
zaterdag 25 juni 2016
Wat wordt de titel?
Hoe vind je de beste titel voor een nieuw boek? Het blijft een spannend proces samen met de uitgeverij. Volgens de meeste contracten heeft de uitgeverij zelfs het laatste woord bij de keuze. Maar als schrijver heb ik wel degelijk inbreng.
Als ik aan een boek begin, geef ik het een werktitel. Soms blijft die uiteindelijk ook zo, bv. bij Stijn Klein en Logeerbeer. Soms is het boek al af en ben ik er nóg niet uit. Dan ben ik heel blij met een goed idee van de uitgever, zoals bij Niemandsdochters.
Mijn eerstvolgende boek heeft als werktitel Vast en de komende maanden ga ik het schrijven. Net als Zat, Sleutelen en Vreemdgaan is het voor de serie Thuisfront van Uitgeverij Eenvoudig Communiceren. Boeken voor 12+'ers die moeite hebben met lezen, een doelgroep die me na aan het hart ligt.
Voor het boek 'Vast' deed ik in maart alvast research in gevangenis Esserheem tijdens mijn schrijfretraite in Veenhuizen.
De uitgeverij heeft nu een wedstrijd voor jongeren uitgeschreven om een goede titel te bedenken voor mijn nieuwe boek.
In de nieuwe catalogus 2016-2017 staat er meer over te lezen op bladzijde 15.
Ik ben heel benieuwd naar de ideeën!
Als ik aan een boek begin, geef ik het een werktitel. Soms blijft die uiteindelijk ook zo, bv. bij Stijn Klein en Logeerbeer. Soms is het boek al af en ben ik er nóg niet uit. Dan ben ik heel blij met een goed idee van de uitgever, zoals bij Niemandsdochters.
Mijn eerstvolgende boek heeft als werktitel Vast en de komende maanden ga ik het schrijven. Net als Zat, Sleutelen en Vreemdgaan is het voor de serie Thuisfront van Uitgeverij Eenvoudig Communiceren. Boeken voor 12+'ers die moeite hebben met lezen, een doelgroep die me na aan het hart ligt.
Voor het boek 'Vast' deed ik in maart alvast research in gevangenis Esserheem tijdens mijn schrijfretraite in Veenhuizen.
De uitgeverij heeft nu een wedstrijd voor jongeren uitgeschreven om een goede titel te bedenken voor mijn nieuwe boek.
In de nieuwe catalogus 2016-2017 staat er meer over te lezen op bladzijde 15.
Ik ben heel benieuwd naar de ideeën!
woensdag 22 juni 2016
Oerol - het was weer een feest
De entreebandjes zijn losgeknipt van mijn pols en ik kijk met zoete weemoed terug. Het was weer een feest, Oerol.
Ondanks mijn tijdelijke handicap (blog: In een oogzwenk) kon ik er gelukkig toch heen. De tandem, nadrukkelijk afgebeeld op het entreebandje, bleek deze keer voor mij het ideale vervoermiddel. Waar zou je zijn zonder fiets op Oerol, op Terschelling?
Ik ben de tel kwijt geraakt van mijn Oerolbezoeken. Negen keer toch zeker wel. Dat is nog niets vergeleken bij de vaste bezoekers die geen of nauwelijks Oerols hebben overgeslagen in de 35 jaar van zijn bestaan.
De editie 2016 gaat voor mij in de boeken als een van de meest geslaagde. Het prachtige weer terwijl het binnenland werd geteisterd door hoosbuien, maar op Terschelling was het relatief warm en regende het weinig.
Deze keer heb ik maar zes voorstellingen gezien, maar ik vond de meeste goed tot geweldig. De voorstellingen en installaties van de Expeditie spraken me ook zeer aan.
Aan een toplijstje begin ik niet, maar enkele hoogtepunten noem ik toch.
De Wand van Ulrique Quade Company, een intense monoloog van Harriet Stroet.
Windstilleven van Collectief Walden over tijd, waarin natuurwetenschap, filosofie en persoonlijke reflectie op je levenspad prachtig samenkwamen.
In Instant Happiness van Cello8ctet Amsterdam/Via Berlin verlieten de cellisten dapper hun comfortzone. Ze acteerden, doorkruisten het terrein en wentelden zich in de modder.
Het waren allemaal ook mooie voorbeelden van optimaal gebruik van en samenspel met het landschap.
Bij de Expeditie was er natuurlijk het eerbetoon aan de grutto van de Waterlanders uit Wageningen. De Passage met uitkijkplekken over land en wad. Drie streken van Marc van Vliet was een blikvanger in de Waddenzee en liet voetgangers eb en
vloed nog sterker ervaren.
Er was de pianiste Tomoko Mukaiyama van wie de vleugel in een royale duinpan stond. Daaromheen verzamelden zich een aantal keren per dag honderden mensen. Alleen al het toneelbeeld was prachtig. Het ontroerde me zelfs. Die vleugel, de vrouw en daarboven een meterslange sluier die boven de duinpan zweefde. De muziek in die duinpan en al die mensen van goede wil waar het kwaad van de wereld ver weg leek.
In het prachtige bos bij Formerum was er Lachrymae van Artmusic, een korte wandeling die leidde naar bomen met tranen van barnsteen.
En SLeM had ook deze keer met Windwerk een bijzonder project waarin jonge aanplant van helmgras een belangrijke rol speelde. Komt het door mijn herinnering aan het gedicht 'Jonge sla' van Rutger Kopland dat het iets aandoenlijks had?
Als Vriend van Oerol kreeg ik gelegenheid om een soort repetitie bij te wonen van dansgezelschap LeineRoebana en het Stolz Quartet. Zij bereiden zich voor op Oerol 2017. Nu waren alleen de musici er en zij waren onder meer aan het uitproberen hoe de transparante tent werkt voor hun muziek.
Bijzondere akoestiek en bijna op de huid, musici en publiek samen in die 'bubbel'. Straks met de dansers erbij, het wordt vast geweldig.
Het zou bijna reden zijn om alvast te boeken voor Oerol 2017.
Website Oerol (met foto's, o.m. van vleugelconcert in duinpan)
Blog: terugblik Oerol 2014
Ondanks mijn tijdelijke handicap (blog: In een oogzwenk) kon ik er gelukkig toch heen. De tandem, nadrukkelijk afgebeeld op het entreebandje, bleek deze keer voor mij het ideale vervoermiddel. Waar zou je zijn zonder fiets op Oerol, op Terschelling?
Ik ben de tel kwijt geraakt van mijn Oerolbezoeken. Negen keer toch zeker wel. Dat is nog niets vergeleken bij de vaste bezoekers die geen of nauwelijks Oerols hebben overgeslagen in de 35 jaar van zijn bestaan.
De editie 2016 gaat voor mij in de boeken als een van de meest geslaagde. Het prachtige weer terwijl het binnenland werd geteisterd door hoosbuien, maar op Terschelling was het relatief warm en regende het weinig.
Deze keer heb ik maar zes voorstellingen gezien, maar ik vond de meeste goed tot geweldig. De voorstellingen en installaties van de Expeditie spraken me ook zeer aan.
![]() |
'Instant happiness' - Cello8ctet Amsterdam/Via Berlin |
De Wand van Ulrique Quade Company, een intense monoloog van Harriet Stroet.
Windstilleven van Collectief Walden over tijd, waarin natuurwetenschap, filosofie en persoonlijke reflectie op je levenspad prachtig samenkwamen.
![]() |
Waterlanders |
Het waren allemaal ook mooie voorbeelden van optimaal gebruik van en samenspel met het landschap.
Bij de Expeditie was er natuurlijk het eerbetoon aan de grutto van de Waterlanders uit Wageningen. De Passage met uitkijkplekken over land en wad. Drie streken van Marc van Vliet was een blikvanger in de Waddenzee en liet voetgangers eb en
![]() |
De Passage |
![]() |
Marc van Vliet |
![]() |
Lachrymae |
![]() |
SLeM |
In het prachtige bos bij Formerum was er Lachrymae van Artmusic, een korte wandeling die leidde naar bomen met tranen van barnsteen.
En SLeM had ook deze keer met Windwerk een bijzonder project waarin jonge aanplant van helmgras een belangrijke rol speelde. Komt het door mijn herinnering aan het gedicht 'Jonge sla' van Rutger Kopland dat het iets aandoenlijks had?
Als Vriend van Oerol kreeg ik gelegenheid om een soort repetitie bij te wonen van dansgezelschap LeineRoebana en het Stolz Quartet. Zij bereiden zich voor op Oerol 2017. Nu waren alleen de musici er en zij waren onder meer aan het uitproberen hoe de transparante tent werkt voor hun muziek.
![]() |
Stolz Quartet/LeineRoebana |
Bijzondere akoestiek en bijna op de huid, musici en publiek samen in die 'bubbel'. Straks met de dansers erbij, het wordt vast geweldig.
Het zou bijna reden zijn om alvast te boeken voor Oerol 2017.
Website Oerol (met foto's, o.m. van vleugelconcert in duinpan)
Blog: terugblik Oerol 2014
dinsdag 21 juni 2016
In een oogzwenk
![]() |
Terschelling - Oerol |
Dat overkwam mij twee weken geleden. Beter gezegd: het ging in een oogzwenk.
Op 5 juni was de première van de dansvoorstelling I am the river waaraan ik meewerkte als dichter. Voor de inspiratie fietste ik die ochtend nog even naar de rivier, de Nederrijn in Wageningen. Hoog boven de nevenstrang naast Aan de Rijn zweefde een grote vogel. Ik stapte af om rustig te kijken. Passerende wandelaars hadden het over een vale gier of vis-/zeearend. We lachten nog dat ik in eerste instantie aan een buizerd dacht.
Ik stapte op en keek nog 1 keer omhoog naar die majestueuze vogel. *)
Dát had ik dus beter niet kunnen doen. Ik zwenkte en sloeg Bám! tegen het asfalt. Bovenarm gebroken, zo bleek de volgende dag bij een nieuw onderzoek in het ziekenhuis.
De komende weken hangt mijn linkerarm - ik ben links - onbruikbaar in een sling. Ik was me niet bewust dat je voor veel dingen twee armen nodig hebt. Autorijden en fietsen is voorlopig niet aan de orde.
Dat wordt dus OV en veel te voet, áls ik tenminste de vaardigheid onder de knie krijg de veters van mijn wandelschoenen met één hand te strikken. Ik heb de filmpjes op youtube inmiddels al bestudeerd.
Op internet gaat trouwens een hele wereld aan hulpmiddelen voor je open.
Zo van het ene moment op het andere ging er een streep door veel activiteiten in mijn agenda. Extra veel tijd om te lezen én te schrijven dus deze zomer, al staat mijn kop daar nu nog niet naar.
Geluk bij een ongeluk: dankzij mijn volgzaamheid als kind heb ik me wel laten dwingen tot rechts schrijven. Dus dát deel van mijn business kan doorgaan de komende tijd.
Nog een geluk: dankzij lieve en zorgzame vrienden kon ik toch naar Oerol.
Op de tandem kon ik alle geplande voorstellingen bezoeken.
Ik hoop niet dat ik een traditie heb ingezet van om de 20 jaar malheur op Oerol. (Overigens de tussenliggende bezoeken verliepen zonder lichamelijke beperkingen.)
In 1996 bezocht ik Oerol op krukken, in 2016 met een gebroken arm. Hoe in 2036?
*) welke vogel het was? Naderhand heb ik op Waarnemingen vogels Wageningen vergeefs gezocht naar de melding over een grote vogel die ochtend bij de rivier. 's Middags is er wel een zeearend gesignaleerd.
Dus toch? Bijzonder, maar de prijs vind ik achteraf bezien te hoog.
Over Oerol meer in een volgend blog.
Abonneren op:
Posts (Atom)