zondag 13 april 2014

De cirkel

In 'De cirkel' sleept Dave Eggers me onontkoombaar mee in de wereld van Mae Holland. Zijn personage krijgt een baan bij het prestigieuze social media-concern met die naam. Stapje voor stapje neemt het bedrijf bezit van haar overtuigingen, haar privacy en haar wezen.
Het oogt als science fiction, maar ik vrees dat we er al middenin zitten. En als je er middenin zit, heb je geen overzicht.
Probeer er ook maar eens buiten te blijven. We lijken nauwelijks een keuze te hebben. Toch heeft iedereen volgens voorzitter Jacob Kohnstamm van het College bescherming persoonsgegevens (CBP): 'het recht om vergeten te worden' op internet.

Ik weet zeker dat ik absoluut niet weet hoeveel overheid, organisaties en personen allemaal over mij weten uit digitale bronnen.
Zelf maak ik flink gebruik van social media en gooi ik een deel van mijn privacy te grabbel in blogs en tweets. Maar daar kies ik zelf voor.
Als ik boodschappen wil laten thuisbezorgen, kan dat niet met een anonieme bonuskaart en dus noteert mijn grootgrutter (die zich familiair 'Appie' laat noemen) voortaan al mijn aankopen in zijn computer. Voor een betere service, heet het.
Zoals minister Opstelten ook de kentekens van passerende automobilisten wil opslaan. Voor meer veiligheid, heet het.
En waarom niet de vingerafdrukken van iedereen in een databank? De meeste mensen zullen zeggen: 'De mijne mogen ze best hebben, ik heb niets te verbergen'. Ik ook niet, maar ik ben uit principe tegen.
Het bedrijf De Cirkel gaat nog een stap verder: waarom niet alle kinderen chippen als middel tegen kinderontvoeringen? Voor meer veiligheid van de kinderen.
Dat klinkt nobel en daarna gaat het nog vele stappen verder. Mae bedenkt de volgende slogans:
Privacy is diefstal; Geheimen zijn leugens; Delen is mee-leven
Transparantie wordt de toverformule om te komen tot een betere wereld. En wie wil dat nou niet?
Iedereen ziet en hoort alles van anderen, heeft er een mening over, stemt, liket.
Mercer, de ex-vriend van Mae, probeert zich te onttrekken aan de toenemende greep van De cirkel en waarschuwt haar: (...) Ik denk dat jij denkt dat je een enorm boeiend leven leidt als je achter je bureau zit te frownen en te smilen. Je levert commentaar op van alles, maar zelf doe je niets. Je bekijkt beelden uit Nepal, klikt op een smiley en denkt dat dat hetzelfde is als daar zelf naartoe gaan. (p. 239)
Mae laat slechts een enkele keer ruimte voor twijfel: (...) dat haar hoofd te vol zat. Dat de hoeveelheid informatie, gegevens, meningen en oordelen te groot was, dat er te veel mensen waren, te veel verlangens,  te veel meningen, te veel verdriet, en dat dat allemaal voortdurend werd geordend, verzameld, toegevoegd en gerangschikt en aan haar werd gepresenteerd alsof het daardoor overzichtelijker en beheersbaarder werd. Het was te veel. (p. 372)
Ook slaat ze de waarschuwingen in de wind van een van de oprichters, die gaandeweg ontdekt heeft dat met De Cirkel de doos van Pandora geopend is.
Ze weigert voor haar miljoenen volgers zijn verklaring voor te lezen met als kernzin: 'Iedereen heeft het recht te verdwijnen'. (p. 440)
 
'De cirkel' is een fascinerend, gruwelijk goed boek over onze wereld, nu en in de toekomst. Het versterkt me in mijn houding: Onderzoek het nieuwe en behoud het goede.
Nieuwsgierigheid, maar ook stevig in de schoenen staan en gezond wantrouwen zijn daarbij van groot belang.
 

zaterdag 12 april 2014

Schrijfworkshop voor kinderen

Op zaterdag 19 april is in Wageningen voor de 10e keer de Boekenmarkt. Ongeveer 150 kramen met een uiteenlopend boekenaanbod staan in het centrum. Daarnaast zijn er allerlei activiteiten, ook voor kinderen.
In een speciale tent bij het stadhuis is poppenkast en er zijn workshops. Zo geef ik van 14.00 tot 14.45 uur een schrijfworkshop voor kinderen van 9 tot 12 jaar.



Dit is de aankondiging voor kinderen:



Schrijf je blij
Vind je het leuk om gedichten of verhalen te schrijven?

Schrijf je blij in deze workshop op de Boekenmarkt van Wageningen. We maken elfjes, twaalfjes, wat jij wilt. Over de lente en de zon, maar over de regen mag natuurlijk ook en over je lievelingsdier.Je houdt je adem in als je iets spannends schrijft of je droomt weg van je letters.

Met korte oefeningen en schrijfspelletjes maken we er een blije boel van.



Kinderboekenschrijfster Annie van Gansewinkel geeft de workshop voor kinderen van 9-12 jaar. Plaats: speciale tent op de Boekenmarkt 19 april, bij het bordes van het stadhuis Wageningen.

De workshop duurt 45 minuten en begint om 14 uur. Je hoeft geen pen en papier mee te brengen.
Het is gratis, maar je moet je wel tevoren aanmelden. Dat kan per mail bij: info@annievangansewinkel.nl



Programma Wageningse Boekenmarkt 

woensdag 2 april 2014

Dag van het Kinderboek

Illustratie: Niamh Sharkey
Vandaag is het de Internationale Dag van het Kinderboek, zoals elk jaar op 2 april, de geboortedag van schrijver Hans Chr. Andersen. Deze dag is een initiatief van IBBY (International Board on Books for Young People, opgericht in 1953).
Ook Nederland heeft een actieve IBBY-afdeling en ik verheug me al weer op de Vriendendag deze maand in Den Haag.
Goede herinneringen bewaar ik nog steeds aan het grote IBBY-congres in Groningen in 1996. Elke twee jaar is er een internationaal congres ergens op de wereld. Het was een feest om kinderboekenliefhebbers en -makers uit de hele wereld te ontmoeten.
De Ierse afdeling van IBBY heeft voor deze dag een open brief aan de kinderen van de wereld gericht. Secretaris Toin Duijx van IBBY-Nederland stuurde de brief door en ik neem hem graag op in dit blog.


Brief aan de kinderen van de wereld

Lezers vragen vaak aan schrijvers hoe ze hun verhalen verzinnen: waar komen die ideeën vandaan? Uit mijn fantasie, antwoordt de schrijver. Ja, maar waar zit je fantasie, en waar is die van gemaakt, en heeft iedereen dat?, vraagt de lezer dan.
            Nou, zegt de schrijver, de fantasie zit natuurlijk in mijn hoofd, en is gemaakt van plaatjes en woorden en herinneringen en sporen van andere verhalen en woorden en stukjes verbeelding en muziek en gedachten en gezichten en monsters en gebeurtenissen en woorden en bewegingen en woorden en golven en danspassen en landschappen en woorden en geuren en gevoelens en kleuren en gedichten en ingevingen en zuchten en smaken en uitbarstingen van energie en raadsels en windvlagen en woorden. En dat alles draait rond in mijn hoofd en zingt en verandert en zwemt en broedt en denkt en puzzelt.
            Natuurlijk heeft iedereen fantasie: anders zouden we ook geen dromen hebben. Maar niet iedereen heeft hetzelfde soort fantasie. Die van een kok bestaat vast vooral uit allerlei smaken, van een kunstenaar vooral uit kleuren en vormen. En de fantasie van een schrijver bestaat vooral uit veel woorden.
            En als je leest en naar verhalen luistert, weet je dat je eigen fantasie ook door woorden wordt gevoed. De fantasie van de schrijver werkt, kneedt en kleit net zo lang met ideeën, geluiden, stemmen en mensen tot er een verhaal is, en dat verhaal bestaat uit woorden, uit een heel leger kriebeltjes dat over de bladzijden marcheert. Dan komt er een lezer bij en de kriebeltjes gaan leven. Ze blijven op de bladzijde, ze zijn nog steeds een leger, maar ze spelen nu ook met de fantasie van de lezer, en nu kneedt en kleit de lezer de woorden en gaat het verhaal in zijn of haar hoofd wonen zoals het eerst in het hoofd van de schrijver woonde.
            Daarom is een lezer net zo belangrijk voor het verhaal als de schrijver. Een verhaal heeft maar één schrijver, maar wel honderd, of duizend, of misschien zelfs een miljoen lezers,  die het verhaal in de eigen taal van de schrijver lezen of misschien zelfs in heel veel andere talen. Zonder de schrijver zou het verhaal nooit geboren zijn, maar zonder al die duizenden lezers over de hele wereld zou het verhaal niet al die levens krijgen die mogelijk zijn.
            Elke lezer van een verhaal deelt iets met alle andere lezers van het verhaal. Ieder voor zich, en toch ook allemaal samen, maken lezers er in hun fantasie een eigen verhaal van: een gebeurtenis die heel privé en toch ook openbaar is, heel persoonlijk en toch ook algemeen, heel intiem en toch ook internationaal.
            Daarin zijn mensen misschien wel op hun best.
            Blijf lezen!

Siobhán Parkinson, schrijver, redacteur, vertaler en voormalig Laureate na nÓg (Kinderlaureaat van Ierland)                                                     
Vertaald door Annelies Jorna

donderdag 27 maart 2014

Eeuwige onrust

Opmerkelijk genoeg had ik nog nooit gehoord over de boeken van Adriaan Groen, laat staan dat ik ze had gelezen. En dat terwijl ze spelen in Afrika.
De roman 'Overlander' verscheen vorige maand bij Van Gennep en ik las het boek in enkele dagen uit. Bijna voortgedreven door de onrust van de hoofdpersoon Jesse Drost, tropenarts. Het is niet zijn eerste missie, maar deze keer herkent hij zich echt in het bijbelse verhaal van de wandelende jood, gedoemd te zwerven als straf voor onvoldoende hulp bieden. Hij krijgt steeds vaker het gevoel dat hij tekort schiet.
'Voor het eerst in al die jaren voel ik twijfel tegen me aanschurken over wat ik hier aan het doen ben. Van mijn drang voortdurend weg te willen heb ik mijn leven gemaakt.' (p. 62)
Steeds maar weer voort. Na het St. Christopher's Hospital in het binnenland van Tanzania heeft hij zo genoeg van mensen helpen die meestentijds toch geen uitzicht hebben op een beter leven. 'Wat ik doe, is zo ongeveer hetzelfde als straatkinderen met hun neus tegen de etalageruit van een veel te dure speelgoedwinkel drukken.' (p. 62)
Hij verkast naar de hoofdstad Dar es Salaam waar hij zich in een privékliniek bezighoudt met luxe-kwalen in tegenstelling tot de levensbedreigende ziektes in het armenziekenhuis in het binnenland. Hij heeft niet het vermogen zich in het expat-wereldje te voegen en wordt mikpunt van roddel en achterklap.
Weg dus maar weer en nu mee als arts bij een reisgezelschap van overlanders, op expeditie door Afrika, onderwerp van tv-reportages. Doel is 'Onverslagen Afrika' te laten zien, de andere kant van de kommer-en-kwelreportages die weinig aandacht krijgt in de media.
Weer komt arts Jesse in een heel ander gezelschap en komen zijn eigen zekerheden nog meer aan het wankelen. Ondertussen voelt hij een constante roep om terug te gaan naar de arme patiënten die hij achtergelaten heeft, zeker als in die regio een uitbraak is van het Ebola-virus.

Adriaan Groen weet waarover hij schrijft. Hij is tropenarts en werkte een groot deel van zijn leven in Afrika. Hij schrijft in een aansprekende stijl en zijn boek is doortrokken van kleur, geur en, ja ook, soms afschuwelijke medische details. Beeldrijk, bijvoorbeeld in natuurbeschrijvingen als: 'Met aanzwellend geruis, als van een reusachtig gordijn dat langzaam wordt dichtgeschoven, nadert de regen.' (p. 49) Ik zie, hoor en voel het.
Zo invoelbaar ook dat Jesse Drost twijfelt over zijn missie. De routinier bevindt zich ineens in verwarrend Afrika, zoals ik dat tijdens mijn paar reizen tot nu toe ook voelde. Schuldgevoel, tekortschieten, moedeloosheid, maar ook bewondering en onbekommerd plezier.
Afrika, waar niets vanzelfsprekend is.


Website Adriaan Groen 
Ralf Bodelier over Adriaan Groen en zijn boeken (op site De Bezieling) 

 

woensdag 19 maart 2014

Reisschrijven

De Boekenweek ligt weer achter ons, het boekenweekgeschenk van Tommy Wieringa heb ik uit (goed), het gratis treinen zondag was opnieuw een succes (druk) en voor me ligt nog 'Arctisch dagboek', het boekenweekessay van Jelle Brandt Corstius.
Zaterdag was er in de bblthk van Wageningen een geslaagde avond met dichters, schrijvers, rappers en muzikanten. Ook daar waren gedichten en verhalen te horen over reizen.
Een van de gedichten die ik voorlas was:

Uit het raam

Een zwarte vrouw
loopt voorbij.
Op haar hoofd
een zak aardappelen.
Hoe ver is Afrika?

Je hoeft immers niet ver te reizen om te ontdekken. Op mijn website schrijf ik over reizen en reisverhalen
Als je dan reist, is het wel fijn om je ervaringen voor jezelf en eventueel voor anderen vast te leggen.
Misschien geef ik in het nieuwe cursusseizoen wel weer een mondelinge cursus Reisverhalen. En anders is er altijd nog mijn schriftelijke cursus met theorie en huiswerkopdrachten waar ik feedback op geef.


Een mooie kennismaking met het schrijven van reisverhalen is de online workshop Reisverhalen die ik ontwikkelde voor Libelle Academy.

 
Natuurlijk is het ook heerlijk om te dromen over droomreizen. Naar Afrika bijvoorbeeld, of Nepal.
In elk geval is er binnenkort in het echt een uitstapje naar Egmond aan Zee. De zee weer even zien is voor mij vakantie in één dag.

zaterdag 15 maart 2014

Vreemdgaan (2)

Het is er, mijn nieuwe jongerenboek: Vreemdgaan.

Enkele weken geleden kondigde ik het al aan in dit blog
Sinds deze week is het te koop of te bestellen in de boekhandel. Ik ben blij met dit boek dat op de eerste plaats bedoeld is voor jongeren die moeite hebben met lezen. Maar het onderwerp spreekt vast ook een bredere doelgroep aan.
Stel je voor: je hebt een toffe vader, al had voor jou zijn nieuwe vriendin niet bij jullie hoeven komen wonen. Jullie hadden het immers goed met zijn tweetjes. Dat vindt Britt, hoewel ze ook wel zag hoe verliefd haar vader en Inge waren.
Als je verliefd bent, ben je niet meer te houden. Daar komt ze zelf achter als ze valt voor Bas. Maar Bas heeft al een vriendin en dus moet ze van hem afblijven volgens Anouk, beste vriendin van Britt.
Verwarrend allemaal, zeker als Britt ontdekt waardoor haar vader zo vreemd begint te doen. Overwerken, telkens weer whatsappjes en op een dag een nieuw kapsel.



Geen kinderachtig onderwerp en dat is ook precies de bedoeling. Jongeren kunnen wel problemen hebben met lezen, maar hun leesplezier wordt er niet groter op als ze kinderlijke verhaaltjes voorgeschoteld krijgen.

Vreemdgaan verschijnt in de serie Thuisfront, waar in 2010 ook al mijn jongerenboek Zat verscheen. Het verhaal over Rosa van wie de moeder een alcoholprobleem heeft. 

Uitgeverij Eenvoudig Communiceren doet goed werk door zich juist te richten op jongeren en volwassenen die moeite hebben met lezen. En die groep is veel groter dan menigeen denkt.
Ongeveer 1,5 miljoen mensen in Nederland zijn laaggeletterd. Juist in deze tijd leidt laaggeletterdheid vaak tot uitsluiting met alle persoonlijke en maatschappelijk problemen vandien.
Zeker voor laaggeletterden is het belangrijk dat ze kennismaken met goed geschreven, eigentijdse verhalen. In de 'Leeslicht'-serie bijvoorbeeld worden boeken hertaald als: Het diner (Herman Koch), De voorlezer (Bernhard Schlink), Haar naam was Sarah (Tatiana de Rosnay), Ik omhels je met duizend armen (Ronald Giphart), boeken van Renate Dorrestein en bekende thrillers.


'Vreemdgaan' - bestelinformatie
Catalogus 2014 uitg. Eenvoudig Communiceren 
Website Annie van Gansewinkel - boek Zat 

zaterdag 1 maart 2014

Ziende blind

Verbijsterd klik ik het e-book weg dat ik net heb gelezen: De moord op de boekverkoopster van Frank Westerman. Deze longread is sinds vandaag bij uitg. Fosfor te koop als app en als e-book.
Hoe kan iemand zo wreed, hoe kan iemand zo naïef, waarom wil iemand dit opschrijven, waarom willen mensen meewerken, waarom lees ik dit? Vragen, vragen.

Ik weet al te goed dat de werkelijkheid meer bizar is dan ik als schrijver zou durven verzinnen. Maar het verhaal van Westerman is niet verzonnen, al is het zijn persoonlijke weergave van de werkelijkheid.
Kort de feiten: op 13 mei 2012 overlijdt Marian Heij (60), voormalig eigenaar van Kniphorst Boekwinkel in Wageningen. Haar man wordt gearresteerd en tot 18 jaar cel veroordeeld voor vergiftiging van zijn vrouw. Precies op 13 mei van dit jaar dient de zaak in hoger beroep.
Ongeloof, verdriet, boosheid destijds en nog steeds. Hoe kon een slimme, sterke vrouw als Marian ziende blind zijn en de man met zijn boosaardige plannen niet hebben doorgehad?
Westerman is gaan praten met mensen om Marian heen, buren, vrienden, ex-man en (oud-)medewerkers van de boekwinkel.
Westerman lijkt vaag een werkhypothese te hebben: was de veranderde boekensmaak van Marian al een voorspelling van wat haar zou overkomen? Zo probeert hij uit haar persoonlijke bestellijst van de laatste tien jaar conclusies te trekken.
Als ik mijn eigen leesgedrag in tien jaar bekijk, ben ik ook anders gaan lezen. Ik ben immers zelf veranderd. Ik moet er niet aan denken dat nabestaanden ooit mijn leven duiden aan de hand van mijn geleende en gekochte boeken.
Westerman zegt zich verre te willen houden van al te wilde speculaties, maar noemt vervolgens dan toch een van haar geliefde boeken 'Kroniek van een aangekondigde dood' van Marquéz. Zoals hij ook een merkwaardige interpretatie geeft aan de hand van een foto. De rode lippenstift en de rode bril zouden getuigen van rechtlijnigheid.
[Ik wil er zelf wel een hypothese tegenaan gooien over het schrijven van een digitaal boek. Is een schrijver bij een papieren boek zorgvuldiger, omdat hij daar langere tijd mee bezig is en papier net iets meer voor de eeuwigheid is. Er staan in elk geval minstens twee fouten in het boek. Het hoger beroep dient bij een gerechtshof en niet een hooggerechtshof. En Wageningen is nooit een romeins vestingstadje geweest. Maar dit terzijde.]

Ik kende Marian niet erg goed, maar toen ze me vertelde hoe blij ze was met haar nieuwe man, was haar dat aan te zien.
Uit het boek lees ik dat ze afstand nam van vrienden die haar waarschuwden.
Zo te lezen heeft haar familie niet meegewerkt aan de interviews van Westerman. 
Zou ik zelf hebben meegewerkt aan het boek als ik Marian goed had gekend? Ik weet het niet. Ik kan me voorstellen dat ik had gehoopt door medewerking ook antwoorden te vinden voor mijn eigen vragen: hoe had ik zelf ziende blind kunnen zijn. Te goed van vertrouwen. Zou mij zelf zoiets ook kunnen overkomen als ik blind van verliefdheid was? Een mens is tot rare dingen in staat, en niets menselijks is mij vreemd.
Ik voelde gêne toen ik het boek vanmorgen downloadde en die gêne werd onder het lezen alleen maar groter. Waarom wilde Westerman dit in hemelsnaam schrijven? En waarom wilde ik dit per se lezen? Hoe zou Marian het vinden dat na haar dood anderen deze inkijk in haar leven kregen?
En wat zou ze vinden van het afgrijselijke omslag? Soms ben je blij dat een boek slechts digitaal is en dat het niet in stapels in haar voormalige winkel ligt.
Als je dood bent, gaan anderen met je leven op de loop. Ze zijn er verdrietig over, ze halen herinneringen op, praten erover, ze vinden er iets van en ze verspreiden het door erover te schrijven. Ik ook, met dit blog.
Het boek van Westerman geeft niet zozeer antwoorden, maar roept bij mij vragen op, ethische vragen ook. Welk recht heb ik me het leven van een ander toe te eigenen?

Het e-book is maar een deel van het verhaal. Er is ook een app-versie met video, audio, nog meer foto's en een luisterboek. Ik vind de foto's in het e-book al ver gaan, onder meer van de dader, weliswaar met een balkje over de ogen.
Vorig jaar zat ik met gekromde tenen te kijken naar een reconstructie van Omroep Gelderland. Ik wilde het niet zien en bleef toch kijken.

Vandaag staat er in Volkskrant Magazine een voorpublicatie uit het boek.

Op 9 maart is er in de bibliotheek van Wageningen een ode aan Marian Heij. Als ik naar dat eerbetoon ga, zal het met veel schroom zijn.

Uitg. Fosfor: De moord op de boekverkoopster