Ik ben niet supergehecht aan tradities, maar sommige houd ik er graag in. Zoals een week schrijfretraite in december met zicht op zee. In mijn vertrouwde Egmond aan Zee. Liefst ook telkens in hetzelfde appartement, met zeezicht vanuit kamer, keuken en bed. Waar ik blindelings de weg weet in de bestekladen. Waar ik na aankomst 'Home' van Simply Red in de cd-speler leg en meezing: 'Where the land meets the sea'.
Waar ik me laat overvallen door die vertrouwde vleug van missen en verlangen, melancholie tout court.
Waar ik op een luie dan wel koude dag niet eens de deur uit hoef om de zee te zien.
En waar dagelijkse beslommeringen uit mijn hoofd waaien en plaatsmaken voor projecten, ideeën, verhalen en onzinnige gedachten.
In december is Egmond van zichzelf, een enkele toerist schuift bescheiden door het straatbeeld. Veel is er ogenschijnlijk niet veranderd in een jaar tijd.
Het strand is voornamelijk leeg. De wind uit noordelijke richting bracht kwallen - die mooier zijn dan hun naam -, groter dan ik ooit zag. En hoewel de zee vandaag niet erg scheutig was met schelpen, deponeerde ze wel een fraai roggeneikapsel bij de vloedlijn.
De brrr is weer in de maand en dus zijn de drieteenstrandlopers er natuurlijk weer.
Ook Hotel Golfzang is terug, al prijkt de naam nu op een nieuw hotel aan de boulevard, daar waar Hotel Bellevue ooit stond. Het huis De Wijde Blik blijkt ten lange leste toch ook het veld te hebben geruimd voor nieuwbouw. Een bord bij het werk in aanbouw belooft luxe suites.
De voorheen rommelige gevelwand aan de boulevard is weldra een geheel. Mooi strak zal de een zeggen, de ander: alles is even lelijk nu.
Maar groot voordeel van verblijven in die boulevardpanden is dat je er niet tegenaan hoeft te kijken.
Gisteren ontdekte ik ineens met een schokje dat ook zowat het laatste eigenwijze pand is verdwenen: de Geveerde Kikker. In 2011 schreef ik er nog een blog over: Monument
Het houten pand brandde daarna uit. De restanten die ik de laatste keer nog zag, zijn gesloopt en hoewel de fundamenten er nog liggen, heb ik weinig hoop dat het monument uit zijn as herrijst. Er staat een hek omheen en één luik herinnert nog aan het typische geelbruine schilderwerk.
Maar de zee blijft, hetzelfde en toch telkens weer anders. Dat geldt ook voor het strand, waar de mens zichzelf uitlaat, mijmert en speelt.
Zo zag ik twee mensen bij wat een tekening in het zand zou worden. Op de terugweg trof ik hun boodschap voor de wereld aan.
Tweeledig: liefde voor alles wat is én love for myself. Zwierige lijnen met subtiele kleuraccenten door mandarijnenschillen.
En alsof dat nog niet flowerpower genoeg was, stuitte ik enkele meters verder op een opengevouwen mosselschelp in de vorm van een hart.
Niks toeval. Ik hou van Egmond aan Zee.
Hallo Annie,
BeantwoordenVerwijderenZo te lezen voel je je deze week weer in je nopjes in jouw tweede thuis.
Geniet ervan!
Groetjes,
Karin