woensdag 4 september 2019

Thuis en het Roland Holsthuis

In 2009 en 2010 bracht ik een maand door in het schrijvershuis van Roland Holst in Bergen.
Het was heel anders dan mijn thuis in Wageningen. Dat is misschien ook wel een van de redenen dat ik graag werk in een schrijvershuis. Los van de comfortabele en vertrouwde omgeving kom ik tot nieuwe ideeën en werkwijzen.
Het Roland Holsthuis neemt in mijn schrijfverblijven een bijzondere plek in. De kleine villa aan de Nesdijk geeft zich niet heel gemakkelijk gewonnen. Er zweeft nog altijd iets rond van de illustere gasten die Adriaan Roland Holst ontving, de somberte waar hij soms aan leed, en daarna al die schrijvers die elkaar opvolgden sinds het Letterenfonds het huis tot schrijvershuis bestemde. Er is genoten, maar er is ook veel gezwoegd in dat huis. En zelf deed ik dat ook. Je hebt immers maar een maand, dus er moet gewerkt worden.
Het is geen geruststellend huis, het heeft ook wel iets spartaans. De steile trap, de zware deuren, en dan die wonderlijke spiegel in de slaapkamer. Ik weet niet of hij er nog steeds is. Maar er wás iets met die verweerde spiegel.
Tot mijn verbazing lees ik er niets over in het boek 'Thuis' van Pieter Hoexum, dat onlangs verscheen. Hij verbleef ook meerdere malen in het Roland Holsthuis. Het staat zelfs centraal in dit boek met als ondertitel 'Filosofische verkenningen van het alledaagse'.
Omdat ik het huis ken, was het zeker interessant om te lezen. Maar ook om met Pieter Hoexum te verkennen wat nu een thuis-gevoel is.
Onder het lezen opende ik de achterdeur, die eigenlijk voordeur is, liep ik allengs zekerder over de steile trap, stond ik weer in de royale badkamer met de beschutte douche. Zag ik weer de briefjes van  een zorgzame beheerdershand. De spiegeling van de terrasdeuren. Voelde ik opnieuw het soms wat unheimische gevoel 's avonds in mijn eentje in dat huis met zoveel historie.
Ik voelde me er thuis en ook weer niet. En dat is mooi, want anders had ik net zo goed thuis kunnen blijven.
Met al die herinneringen in mijn achterhoofd heb ik 'Thuis' van Pieter Hoexum gelezen. In zijn onderzoek naar het begrip Thuis komt hij niet tot een definitief antwoord - gelukkig maar -, zijn zoektocht is al interessant.
In een van de pogingen tot definitie slaat Hoexum de plank mis: 'Home is waar de wifi mij herkent' (illustratie p.104). Maar de wifi herkent mij ook bij vrienden en familie, zelfs in hotels  en al die andere plekken waar ik ooit gebruik maakte van de huiswifi.
Al met al was het leuk om dit boek te lezen. Zelf was ik de afgelopen tijd bezig met mijn kinderboek (10+) over heimwee, een pendant van thuis. Deze maand verschijnt 'Op reis met heimwee' bij uitgeverij De Eenhoorn.


Een van de blogs die ik schreef over het Roland Holst Huis

Geen opmerkingen:

Een reactie posten